Waarom de steelpan altijd stuk gaat
Vrouwen op het Indiase platteland
An Indian attachment door Sarah Lloyd Uitgever: Futura, 250 p. Importeur: Van Ditmar, f 16,65
Into the Heart of Borneo door Redmond O'Hanlon Uitgever: Salamander Press, 190 p., f57,25
Tessel Pollmann
Een van de meest zorgvuldige, liefdevolle en geduldige beschrijvingen die ik ooit van een plattelandsverblijf in Azië las, is An Indian Attachment van Sarah Lloyd. De schrijfster is van haar vak ontwerpster. Ze is reislustig en ging naar India. Anders dan de hippies die eikaars gezelschap opzoeken, ging zij slapen in de gastverblijven van de Sikhs. Daar ontmoette ze Jungli (een bijnaam), een aardige, zorgzame maar ook aan opium verslaafde man van eenendertig die haar meeneemt naar zijn moeder, in een klein dorp nabij Amritsar in de Punjab. Zij woont een jaar bij Jungli, zijn moeder en zijn stiefvader, en noteert onvermoeibaar wat er gebeurt: er zijn ruzies, niet te duiden spanningen, geroddel onder dorpelingen, wantrouwen. Vooral de jongere mensen hebben een weerstand tegen de Britse aanwezigheid van Sarah Lloyd. Zonder haar Jungli zou ze weinig te weten gekomen zijn van het leven daar - het schijnbaar gelukkige huwelijk van Jungli's zuster, de opvatting dat het beleefd is iemand aan te staren, de prijs van de ghee, de traditionele architectuur van de huisjes met de ronde hoeken, de smokkel vanuit Pakistan waar alles goedkoper is, de omkoopprijzen voor een paspoort, de kruiden voor de ingrediënten voor het eten, de zittingen van de sat (mannenvergadering) in het dorp, en de ins en outs van de sekte van de Nihang waar Jungli een leiderspositie op dorpsniveau in bekleedt.
Het relaas van Sarah Lloyd is, anders dan het verhaal van een antropoloog, zeer persoonlijk: het is haar verhouding met Jungli die haar verblijf mogelijk of onmogelijk maakt; ze is geen (quasi) gedistantieerde waarnemer die geen vested interest in verhoudingen zou hebben. Zo is de zeer slechte relatie met Jungli's moeder een voortdurend terugkerend onderwerp in het boek. Als zijn moeder ontdekt dat Sarah niet wil trouwen, heeft Sarah voor haar haar nut verloren. In India, ontdekt Sarah, zijn relaties niet voor alles affectief, maar eerder instrumenteel - en dat breekt haar dan ook op. Ze vertrekt uit Jungli's dorp en gaat met hem naar Utar Pradesh waar ze gaan wonen en werken in de gurdwara (de ashram, zou Bhagwan zeggen) waar de heilige Santji de mensen tiranniseert. Vrijwel voor niks, onder een slavenregime, zwoegt Jungli dag en nacht (letterlijk) voor de heilige; stap voor stap ontmantelt Sarah Lloyd de heilige als een oplichter eerste klas die de mensen in zijn ban houdt. Ondertussen vertelt ze het verhaal van de verhouding tussen haarzelf en Jungli die zij als tijdelijk ervaart. Jungli niet. Pas in de allerlaatste zinnen vertelt Sarah Lloyd waarom ze hem dat nooit verteld heeft. Dat maakt het boek dan bij retrospectie nog interessanter dan het al was.
Indiase vrouw in sari en met opmerkelijk grote tika (stip op het voorhoofd)
Dagelijks leven, bloemen en planten, het recept van chapattis, de betekenis van rituelen en van roddelpraat, alles interesseert haar. Om twee redenen schreef Sarah Lloyd een echt vrouwelijk boek. De eerste is dat ze houdt van een wereld waarin mannen- en vrouwen- taken streng gescheiden zijn. Wat die voorkeur betreft
Vervolg op pagina 16