Opruiende taal
Hoeveel waardevolle informatie Tichelmans bronnenpublikatie ook geeft over Indonesië, haar inheemse bewegingen, socialistische activisten en de reacties daarop vanuit Europa en vooral van het blanke bestuur zelf - gaandeweg komt Sneevliet sterk naar voren als de hoofdfiguur. Het duurde enkele jaren voordat de ISDV als gevaar voor de koloniale orde en rust ernstig werd genomen. ‘De Indische regering, minder conservatief dan de Europese publieke opinie, nam eerst een afwachtende houding aan. (...) De afwachtende houding zou pas veranderen toen de ISDV in 1917 aanzienlijke invloed verwierf onder de Indonesische beweging.’
Sneevliets stroming was in Indonesië niet alleen bestreden door de conservatieve bladen maar ook door het dagblad van de ethische richting De Locomotief. Sterker nog: binnen de ISDV waren er socialisten die openlijk zeiden dichter te staan bij de ethische politiek van de regering die zo veel goeds had gedaan in het onderwijs, dan bij Sneevliet. We moeten, vonden sommige socialisten, de burgerlijke democraten niet van ons vervreemden. Men kent het liedje, men kent de tekst.
De gematigde socialisten in Indonesië vonden de tijd nog lang niet rijp voor Sneevliets opruiende taal; daar waren de inlanders nog niet aan toe; bovendien: de verhoudingen in de kolonie waren zo totaal anders dan in Europa; begrippen als klassenstrijd en kapitalisme stonden er ver buiten de werkelijkheid. Sneevliet, die toegaf er moeite mee te hebben precies de inlandse maatschappij te doorgronden, verweerde zich tegen de aanvallen van de medesocialisten: ‘Onze propaganda moet de Inlanders opwekken zich los te maken van de regeringsbevoogding.’ Dat was het vooruitlopen op de latere leuze: Indonesië los van Holland nú.
Tichelmans bronnenpublikatie is geen biografie van Henk Sneevliet, het is wel een bijdrage tot een belangrijke periode van deze eenzame revolutionair-socialist. Na zijn Indonesische periode zou Sneevliet als vertegenwoordiger van de Communistische Internationale een belangrijke rol in China gaan spelen.
Socialisme in Indonesië laat op een indringende manier zien hoe een groepje socialistische contribuanten door de vakverenigingsman Sneevliet wordt omgevormd tot een zenuwcentrum met directe invloed op de Indonesische massa's. De intelligente maar toch buitenstaander Muurling merkte in een van zijn rapporten zo fraai op: ‘Socialisten hebben een merkwaardige openhartige wijze van elkaar de waarheid te zeggen, zonder dat blijvende verwijdering daarvan het gevolg schijnt te zijn.’
Die openhartige debatten - verslagen van ISDV-congressen verschenen in druk - laten op boeiende wijze zien dat veel socialisten van Sneevliets acties niets moesten hebben. De Locomotief-redacteur Philip Mechanicus, later buitenland-redacteur van het Algemeen Handelsblad in Amsterdam, schrijft aan het SDAP-bestuur in Holland dat Sneevliet niet anders dan ‘holle, anarchistische frasen’ verkondigt. Mechanicus is wél socialist maar staat bewust buiten de kleine ISDV. Ook binnen die organisatie zijn er die over Sneevliet zo denken als Mechanicus. Ik noem even de naam van de Handelsblad-redacteur omdat hij dezelfde is wiens aangrijpende dagboek uit Westerbork (In depot) na de oorlog werd gepubliceerd. Mechanicus is niet de enige ‘interessante’ Nederlander die binnen of buiten de ISDV een rol speelde. De bronnenpublikatie is wat dat betreft een ware Fundgrube.
Socialisme in Indonesië geeft slechts indirect een antwoord op de vraag wat Sneevliet en zijn handvol medestanders te maken hadden met de communistische massabeweging die opkomt als Sneevliet al is verbannen. Zonder centimeter of weegschaal te hanteren wordt uit Tichelmans minutieuze studie duidelijk dat zij de grondleggers waren van de revolutionaire beweging in Indonesië. Na de maart-revolutie van 1917 in Rusland had Sneevliet een opruiend artikel geschreven in het blad De Indiër van de vereniging Insulinde. ‘Dringen de tonen der vreugdeklokken ook tot de steden en dessa's dezer landen door? (...) Volk van Java, de Russische revolutie houdt ook lessen in voor U.’
Een Javaanse nationalist schrijft hem twee dagen later dat hij vreest dat de regering nu het oor zal lenen aan de hetze van de pers der bourgeoisie. Hij liet verder weten het artikel in het Maleis vertaald te hebben. Het werd ook gepubliceerd. In een naschrift had de Indonesische nationalist echter duidelijk gemaakt, liet hij Sneevliet weten, dat hij wel begreep dat het nimmer in Sneevliets bedoeling had gelegen het Javaanse volk op te zetten zich met wapengeweld van de huidige regering te ontdoen ‘gelijk de Indisch-Europeesche pers gelieft te beweeren.’
Op de bronnenpublikatie valt weinig of niets aan te merken. Daar is natuurlijk wél de malligheid om Van der Goes Franc in plaats van Frank te noemen, zoals hij toch al meer dan honderd jaar bekendstaat. 't Schijnt een kleine vrijheid te zijn die men zich op het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis, waar Tichelman werkt, permitteert. Was Ticheman zélf trouwens niet jarenlang bestuurslid van een Frank van der Goes-Stichting?
Ik kan verder moeilijk geloof hechten aan de bewering dat de eens felle medestander van Sneevliet, de joodse ingenieur Asser Baars, in de Tweede Wereldoorlog vrijwillig naar Duitsland is gegaan waar hij ‘overleden’ is.
Wat in de parels van voetnoten (vaak aanzetten tot monografieën) soms ontbreekt, is het jaar van overlijden van de beschreven persoon. Maar dit is niet veel meer dan spelden op laag water zoeken.
■