Vrij Nederland. Boekenbijlage 1986
(1986)– [tijdschrift] Vrij Nederland– Auteursrechtelijk beschermdBeschadigde lente door Mario Benedetti Vertaling: Fleur Bourgonje Uitgever: Meulenhoff, 191 p., f 32,50Maarten SteenmeijerOmstreeks 1960 wordt Mario Benedetti in zijn woonplaats Montevideo opgebeld door Siles Zuazo, een van de kopstukken van de Boliviaanse politiek, die in Uruguay in ballingschap woont. Verbaasd accepteert Benedetti de uitnodiging voor een ontmoeting. Nog verbaasder is hij wanneer hij merkt dat het onderwerp van gesprek niet de politiek is, maar ‘Proust en andere literaire onderwerpen.’ Omstreeks 1974 ontmoeten de schrijver en de politicus elkaar weer, ditmaal in Buenos Aires. Nu kunnen beiden niet meer in hun vaderland wonen. Over Proust wordt niet meer gerept. Ballingschap is het thema die avond. Deze anekdote, een van de autobiografische fragmenten in de roman Beschadigde lente, is de geschiedenis van Benedetti's schrijverschap in een notedop. Toen hij kennismaakte met Siles Zuazo was Uruguay een ‘land van kabbelende golfjes’. In deze periode schreef Benedetti Het uitstel, zijn bekendste en ook zijn beste roman. De vijftigjarige hoofdpersoon kon het zich permitteren te tobben over de leegte die zijn spoedige pensionering zou brengen. Niet lang hierna stortte de welvaartsstaat in elkaar en groeide de politieke onrust, die culmineerde in de militaire coup van 1973. Benedetti moest naar het buitenland vertrekken. In zijn werk was geen plaats meer voor comfortabele problemen als sleur en verveling, de politieke actualiteit eiste alle aandacht op. Benedetti werd in woord en daad een geëngageerd schrijver. Sinds een jaar kan hij weer in zijn vaderland verblijven, maar of Proust weer het voornaamste onderwerp van gesprek zal worden is gezien de labiele politieke situatie in Uruguay zeer de vraag. Beschadigde lente (1982) is een roman over ballingschap. In de cursief gedrukte hoofdstukken schrijft Benedetti over zijn ballingschap in Argentinië, Peru, Cuba en Spanje, en over bevriende landgenoten in het buitenland. Deze fragmenten staan echter los van het eigenlijke verhaal, waardoor als rode draad een liefdesgeschiedenis loopt: de in ballingschap levende vrouw van een politieke gevangene krijgt een verhouding met een van de beste vrienden van haar man. Het is een ingenieuze gedachte van Benedetti geweest om een roman over ballingschap in te bedden in een liefdesdrama. In zekere zin ligt Beschadigde lente in het verlengde van Het uitstel, die prachtige smartlap over de verhouding van een man van middelbare leeftijd met een jonge vrouw waaraan op dramatische wijze een einde komt. Benedetti's gevoel voor drama heeft Beschadigde lente echter niet kunnen redden. Uit de gesprekken, monologen, beschrijvingen en brieven die de roman vormen blijkt dat het uitsluitend Benedetti's bedoeling is geweest om een roman over ballingschap te schrijven. Beschadigde lente is zelfs in de tweede plaats geen liefdesroman, althans geen overtuigende. Benedetti heeft zijn ideeën over ballingschap in de verkeerde vorm gegoten. De verhandelingen over de verschillende vormen van ballingschap, over de wijze waarop een balling het hoofd boven water kan houden, over de verstrekkende gevolgen van ballingschap, over de terugkeer, over het veranderde vaderland, ze passen in een essay, niet in dialogen van wanhopige, vermoeide mensen. Het spreekt boekdelen dat deze fragmenten bijna letterlijk terug zijn te vinden in Benedetti's kranteartikelen. Storend vind ik ook het eindeloze begrip dat de hoofdpersonen voor elkaar opbrengen. Altijd wordt alles in alle redelijkheid uitgepraat. Ook de gevangene, die overigens niets weet van de verhouding van zijn vrouw met zijn vriend, is met zijn verstandelijke beheersing een steriel en soms zelfs enigszins belachelijk personage. Want op weg naar vrouw en kind na ruim vijf jaar gevangenschap heeft hij dit soort gedachten: ‘Het is duidelijk dat een proletariër altijd zekerder is van zichzelf en zich niet zo snel laat meeslepen langs de mentale bergpaadjes waarop wij ons gewoonlijk in alle bochten wringen.’ Vrij van een kleinburgerlijke moraal is deze roman evenmin: Rolando, de minaar van de vrouw, was vroeger een wilde jongen die zich niet aan een vrouw wilde binden. In Graciela heeft hij echter eindelijk de ware gevonden. Zonder ironie houdt hij zijn zo juist vrijgekomen vriend in gedachten voor, dat zijn verhouding met Graciela echte liefde is, geen avontuurtje. Stel je voor! In Beschadigde lente is Benedetti er jammer genoeg niet in geslaagd om het zware thema ballingschap terug te brengen tot ‘menselijke’ proporties. Hij had zelf te veel op zijn lever om zijn personages de kans te geven een eigen leven te leiden. ■ |
|