[Nummer 44 - 2 november 1985]
Ter zake
Diny Schouten
Achter de overname van Unieboek zit zeer beslist géén Duits geld, aldus directeur R.C. Malherbe van M & P Boeken in Weert, die daarmee de berichten tegenspreekt dat Lingen-Verlag en boekenclub ECI zich aandelen zouden hebben verworven in Unieboek. Rob van der Laar en Jan Geurt Gaarlandt van Unieboek klinken heel positief over de overname door non-fictieuitgever en packager (producent van boeken in opdracht) Malherbe, waarover nu overleg gaande is met vakbond en ondernemingsraad. M & P Boeken (‘zeker niet onze laatste strohalm’) neemt minimaal 22 werknemers over (van 32), laat de fondsen van Unieboek (onder andere Agathon, Fibula-Van Dishoeck, De Haan, Van Holkema & Warendorf, Van Kampen, Moussault en Het Wereldvenster) bestaan en verzekert dat het bedrijf in de Randstad blijft. Bij Unieboek is men ongelukkig over de berichten dat het bedrijf ‘miljoenen verliezen’ zou hebben geleden: ‘in feite is pas vorig jaar voor het eerst een verlies geleden, van 1,2 miljoen, in 1983 maakten we nog een bescheiden winst’. Van M & P Boeken (die gelieerd is met uitgeverij Kadmos in Utrecht en met René Malherbe Editeurs in Parijs) verwacht men een grotere affiniteit met het boekenvak; ‘de vorige eigenaar, Bührmann-Tetterode, eiste rendementen die voor een uitgever niet op te brengen zijn’. De auteurs bij Unieboek zijn inmiddels zo veel mogelijk naar vermogen gerustgesteld, ‘daar hebben we misschien wat te lang mee gewacht. Voor hen is hun uitgeverij toch zoiets als een bank die je vermogen beheert. Die bank was tijdelijk wegens reorganisatie gesloten. We hebben een crisis doorstaan die andere uitgeverijen nog te wachten staat.’
Miskend in eigen land? Het werk van Nederlandse schrijfsters bereikt in het buitenland opmerkelijk hoge oplagen, vooral in Duitsland. Van Doeschka Meijsings De Katze hinterher verkocht Droemer -Knau Verlag 5000 exemplaren. In februari verschijnt haar Tiger aus Glas. Martine Cartons ‘licht-feministische’ crime-stories (Fischer) bereiken oplagen van 70 tot 80.000. ZDF kocht onlangs de rechten voor de televisiebewerkingen van haar detectives. Door Rowohlt werd Valer und Tochter van Lizzy Sara May vier keer herdrukt, in totaal zo'n 60.000 exemplaren. Ook bij Rowohlt verscheen in de jaren vijftig Marga Minco's Het bittere kruid. Nu verschijnt Das bittere Kraut, in een nieuwe vertaling, bij Konkret Verlag. De eerste uitgave haalde vermoedelijk 20.000 exemplaren. Bij Suhrkamp is Renate Rubinsteins Niets te verliezen en toch bang aan een herdruk toe. Frauenoffensive was de uitgeverij waar Die Scham ist vorbei verscheen; 160.000 exemplaren, 60.000 meer dan de totale Nederlandse oplage. Rowohlt gaf Anja Meulenbelts tweede roman uit; de 20.000 exemplaren van Die Gewöhnung ans alltügliche Glück (= Alba) waren in anderhalve maand uitverkocht. Meulenbelts nieuwe roman, Een kleine moeite, is door haar uitgever Van Gennep op de Buchmesse verkocht, ook aan Rowohlt. De eerste oplage is 12.000. In Rowohlts fonds zit nu ook Yvonne Keuls; de eerste oplage van Davids Mutter is 15.000 exemplaren. Gerda Meijerink beheert zelf de rechten van haar De vrouw uit het holoceen, dat bij Amman Verlag (Zürich) zal verschijnen (oplage 3500). Van twee Nederlandse
schrijfsters is (bij Oetinger Verlag, Hamburg) het hele oeuvre vertaald. Het zijn An Rutgers van der Loeff en Annie Schmidt.
Uitgeverij Sara zag met genoegen hoe op de afgelopen Buchmesse een run ontstond op Keri Hulmes The Bone People, dat kans maakt op de Booker-McConnell-prize 1985. Negen landen, waaronder Japan, kochten het, maar Sara, als de enige uitgeverij die er een jaar eerder op de Buchmesse in geïnteresseerd was, heeft de vertaling al bijna in de winkels liggen: eind november verschijnt het als Kerewin. Nú zouden de rechten van het boek voor Sara niet op te brengen zijn. Keri Hulme is een Nieuwzeelandse schrijfster, van afkomst half-Maori, half Iers/Brits. The Bone People, haar eerste boek, is een Kaspar Hauser-achtig verhaal over een vrouw die zich aan de kust van Nieuw-Zeeland heeft teruggetrokken in een toren en daar een mishandeld jongetje ontdekt dat stom is. Commentaar op de raciale verhoudingen in Nieuw-Zeeland gaat schuil achter enige symboliek. In Hulmes eigen land is het boek, dat drie jaar geleden verscheen, een seller; 25.000 exemplaren. De Engelse editie, van Hodder & Stoughton, is pas deze maand verschenen. Volgens de Sunday Times getuigt het van een opmerkelijk vertrouwen van de uitgeverij om een in omvang (600 bladzijden) en taal (een mengsel van Maori-, poëtisch en alledaags taalgebruik) extreem boek aan te durven. Het commentaar van The Observer is cynischer: met de stijgende status van de Bookerprize zijn Britse uitgevers zich gaan gedragen alsof ze op paardenraces aan het wedden zijn.
De bekendmaking van de Nobelprijs voor literatuur aan de Franse schrijver/wijnbouwer Claude Simon (72) plaatste het Westduitse televisieprogramma Die grosse Bücherschau voor het probleem om een Duitse uitgever te vinden bij wie zijn werk ooit verschenen kon zijn. Die bleek niet te vinden, evenmin als een boekhandelaar die het werk van Simon kende. Volgens Rob Mendel van uitgeverij Meulenhoff is veel werk van Simon in het Zweeds vertaald, en wordt hij in Zweden ook veel gelezen. Zou dat in de toekomst kansen geven op de Nobelprijs voor Maarten 't Hart? Diens oeuvre is bijkans integraal in het Zweeds beschikbaar. Claude Simon is in het Nederlands éénmaal vertaald, in 1965, door Jean A. Schalekamp, en uitgegeven door Meulenhoff. Daar herinnerde men het zich. Er was één weekend voor nodig om de vertaling in orde te bevinden. 's Maandags kon de drukorder de deur uit, zodat Palace binnen twee weken in de boekhandels zal liggen, als een voor de gelegenheid gecreëerde ‘Nobelprijspocket’. Inmiddels heeft Meulenhoff ook de rechten verworven van La route des Flandres en Les Georgiques (Minuit).
De in 1982 gestarte uitgeverij van fotoboeken Fragment (een coöperatie van Cary Markerink, Sybrand Hekking, Paula Vaandrager en Marie-José Creemers) kan weer wat ruimer ademhalen, nadat een ambitieuze uitgave, Foto's/Photographs van Willem Diepraam, aanvankelijk een faillissement dreigde te veroorzaken. Het boek, groot-formaat (30x30), duo-tone en ‘van internationale allure’, werd in mei van dit jaar aangeboden voor f 79,50 (na 10 juni voor f 89,50), in plaats van de f 120, - die het boek zónder de verworven subsidie van WVC zou hebben moeten kosten. Slechts een klein gedeelte van de bestellingen kon echter worden uitgevoerd; in veel bladzijden van de 1600 exemplaren (van de oplage van 2100) ontstonden door ontoereikende bindapparatuur (van Grafisch Service Centrum Albracht BV)vouwen, waardoor ze er uit gingen zien alsof ze allemaal een tijdlang hadden gediend als inkijkexemplaren. Een dik dossier met aangetekende brieven is overgebleven na de (inmiddels naar tevredenheid opgeloste) onderhandelingen tussen uitgever, drukker en binder. De drukker (Rosbeek, Nuth) drukte opnieuw, de binder bond ditmaal zorgvuldiger, de uitgever kon eindelijk, na vijf maanden, de fondslijsten versturen, want de publiciteit was ijlings stopgezet. Zelfs de export is inmiddels op gang gekomen: naar Engeland, Frankrijk, Italië, Duitsland, Amerika en Japan, via Fragments literaire agenten Idea Books en Pepijn van Roojen. De kleine lettertjes van de Leveringsvoorwaarden voor de Grafische Industrie zijn nu ook grondig bestudeerd, maar dat was na de ontdekking ‘dat je als kleine uitgever eigenlijk geen been hebt om op te staan, bij
zulke calamiteiten’, aldus Sybrand Hekking. Ook een andere
ervaring maakte de jonge uitgevers wijzer: de tentoonstellingen (over Cas Oorthuys, ‘De jongeren’ van Maya Pejic en Han Singels, en ‘Amsterdam 1950-1959’, door 20 fotografen) die gekoppeld werden aan de desbetreffende fotoboeken van Fragment, hebben tot gevolg dat de tentoonstellingen besproken worden.