[Nummer 37 - 14 september 1985]
Ter zake
Rudie Kagie
De Nationale boekendag, een grootscheepse manifestatie die op vrijdag 8 november gehouden zal worden in het Rai-Congrescentrum (een nationale boekenbeurs, ‘het’ nationale boekenfeest met orkesten in alle zalen, plus een anderhalf uur durende televisieshow) verdient niet helemaal het etiket Open Boek. Weliswaar zullen de Avro-uitzendingen die dag ‘in het teken staan van het algemene boek’ en zal tv-presentator Ruud ter Weijden 's avonds de winnaars voorstellen van de zeven Televizier-Boekenprijzen 1985 (in de categorieën Uit, Thuis, Welzijn, Vrije tijd, Informatie, Spanning en Ontspanning), maar dat betekent niet dat de ‘algemene’ boeken die de trofeeën zullen wegslepen, ook werkelijk de beste in hun soort zullen zijn. Niet alle uitgevers vinden het fair dat zij flinke bedragen moeten betalen om hun boek bekroond te krijgen. De jury, bestaande uit vertegenwoordigers uit het boekenvak, zal daarom slechts selecteren uit die boeken waarvoor per titel f 500, - inschrijfgeld is betaald. Voor de drie boeken per categorie die ‘genomineerd’ zullen worden en waaruit het publiek middels jurybonnen (in Televizier, Libelle en in de boekhandel) de uiteindelijke keuze zal maken, moet er ten behoeve van de vereiste extra publiciteit méér geld op tafel komen. De bedragen van f 5000, - en meer die hiervoor genoemd worden, worden bij uitgeverij Het Spectrum, samen met de Avro de initiator van de manifestatie, niet bevestigd. Volgens Marianne Tieleman is er sprake van een verzoek op vrijwillige basis. Als een titel genomineerd wordt, wordt aan de uitgever ervan een donatie gevraagd, ‘maar daar is geen tarief voor, het wordt aan de discretie van de uitgever overgelaten’. Gerlag van Gendt, directeur algemene boeken van Het
Spectrum en secretaris van de inmiddels opgerichte ‘Stichting Open Boek’, wijst de kritiek dat zo niet gesproken kan worden van een open inzending van de hand. ‘Dat er voor inschrijving betaald moet worden is niet zo gek, dat is bij de platentiendaagse ook zo. Dat van degenen die wat meer aandacht voor hun boek krijgen een extra bijdrage gevraagd wordt, lijkt me redelijk, het moet je als uitgever toch wat waard zijn om er wat geld in te steken. Het budget van de CPNB (Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek) was dit jaar nu eenmaal al vergeven.’ Van Gendt benadrukt dat de in allerijl opgerichte Stichting Open Boek, waarin ook Elsevier, Bruna en Zomer & Keuning zitting hebben, (‘om de Spectrumlucht eraf te halen’) geenszins te doen is om de CPNB te beconcurreren, ‘het initiatief moet gezien worden als een aanvulling op wat de CPNB doet en kan doen. Door de toetreding van Gijs Brandsma, voorzitter van de CPNB, in het bestuur van de Stichting Open Boek is het nu gelukkig ook een zaak van de CPNB geworden.’ Juist tegen die toetreding heeft de ‘Werkgroep literaire uitgevers’ heftig geprotesteerd bij het bestuur van de Groep Algemene Uitgevers van de KNUB (Koninklijke Nederlandse Uitgevers Bond). De literaire uitgevers, vertelt Ary Langbroek van Querido, hebben hun bezorgdheid geuit dat de CPNB aldus een soort keurmerk verleent aan de Stichting Open Boek, ‘die vooral het belang van het populaire boek wil behartigen, maar zich gezien uitingen van initiatiefnemers in de pers vooral presenteert als tegenhanger van de te literair geachte boekenweek.’ In de brief van de literaire uitgevers aan de GAU staat voorts: ‘Het is de vraag of een aantal boekhandels en uitgeverijen zich niet zullen gaan onttrekken aan de boekenweekactiviteiten, mocht zulks gebeuren dan is dat bepaald niet het collectief belang van de boekenbranche.’ ‘Een troebele
affaire’, vindt Langbroek. Dat niet alleen de grote literaire uitgeverijen zich distantiëren van de Nationale Boekendag bevestigt de directeur van de uitgeversgroep Veen, Luitingh, Kosmos en Contact, Bert de Groot. De Groot heeft alle lof voor het enthousiasme waarmee Toine Akveld (Elsevier) en Gerlag van Gendt deze manifestatie hebben opgezet. Maar ook zijn uitgeverij doet niet mee omdat het gehanteerde selectiesysteem ‘er niet voor zal zorgen dat de bekroonde boeken een representatieve doorsnede zullen zijn voor wat er in dit land aan kwaliteit wordt uitgegeven. Voortzetting van dit initiatief zou heel zinnig zijn, maar dat zou dan wel moeten ressorteren onder het instituut dat wij daarvoor hebben, de CPNB.’ Marijke Gelderman blijkt namens de CPNB De Groots standpunt te delen: ‘Het liefst zouden we de activiteiten van de Stichting Open Boek willen ovememen, inclusief de boekenprijzen, maar dan wel met een ander juryreglement, en ook niet alleen in samenwerking met de Avro. Wij willen onze band met andere omroepen goed houden. Toen het Spectrum ons vroeg om organisatorische hulp bij hun Open-Boek-actie hebben wij formeel geweigerd, omdat wij collectieve belangen nastreven. Daarbij kwam dat er lang met Het Spectrum gepraat is over hun “halve prijzen”-jubileumactie, die in feite een uitholling was van de vaste boekenprijs, zodat het publiek gaat geloven dat boeken inderdaad goedkoper kunnen. Maar toen heeft Het Spectrum gezocht naar samenwerking met andere uitgevers. Toen vonden wij dat wij ons niet meer afzijdig konden houden, al fungeert Brandsma daar alleen als waarnemer. Meer aandacht voor het non-fiction-boek, daar staan we zeker achter, maar in wezen is daar geen Stichting Open Boek voor nodig.’
Nederlandse auteurs üjken op te stoten in de vaart der volkeren. Harry Mulisch' The Assault (Pantheon Books), waarvan de eerste hardcover-editie (7500 exemplaren) nu aan een tweede druk toe is, zal volgend jaar als (Amerikaanse) Penguin verschijnen. In Duitsland is Das Attentat in voorbereiding, bij Hanser Verlag. Ook Nootebooms Rituelen verschijnt in het Duits, bij Suhrkamp. Er is al een Oostduitse editie van verschenen. Ook bij Suhrkamp zal worden uitgegeven Maarten 't Harts Ein Schwarm Regenbrachvögel (vertaling Rosemarie Still). In Oost-Duitsland verschijnen Kester Freriks Hölderlins Turm (Schlender Verlag), en Die Reise nach Mohrbach (Volk und Welt), een verzame ling ‘Niederlandische Kindheitsgeschichte’, bevattende de integrale tekst van Wolkers' Terug naar Oegstgeest, Kellendonks De Nietsnut, Jona Oberski's Kinderjaren en Inez van Dullemens Vroeger is dood. Bij Schlender is reeds verschenen Theun de Vries' Geliebt und bewundert; Frauen um Rembrandt, een vertaling van Meester en Minnaar. Een Franse bloemlezing uit de poëzie van Rutger Kopland verschijnt (vermoedelijk dit najaar) bij Gallimard. Al verschenen is een Noorse vertaling van Gerrit Krols De weg naar Sacramento, uitgeverij Aschehoug. Zonder gebruik te maken van de faciliteiten van de Stichting voor Vertalingen plaatste J. Bemlef, bevriend met vertaler Per Holmer, Hersenschimmen bij de Zweedse uitgever Norstedts. Zelfstandig en voortvarend handelde ook de Rotterdamse fotografe Marrie Bot, die haar in eigen beheer uitgegeven fotoboek Miserere in het Frans, Duits en Engels liet vertalen, zodat het via een distributeur een ruimere verspreiding zal krijgen. Haar foto's en
een interview met haar (onderwerp: tien grote boetebedevaarten in Europa)werden vorig jaar augustus gepubliceerd in de kleurenbijlage van VN.
Nederland is een interessant afzetgebied voor Engelstalige pockets (500.000 Penguins per jaar), en dat hier zoveel ‘buitenlands’ gelezen wordt, streelt natuurlijk het nationale ego. Maar hoe staat het met de verkoop van Franse boeken? Bij importbedrijf Nilsson & Lamm betoont men zich verrast door de stijgende verkoopcijfers van Franse pockets. Zwartkijkerij als zou er op scholen geen Frans meer gelezen worden, is niet gerechtvaardigd bij de 3500 exemplaren die verkocht zijn van Umberto Eco's Nom de la Rosé, en de meer dan 2000 exemplaren van Marguerite Duras' L'Amant. De cijfers verbleken enigszins naast de 25.000 Engelstalige Eco's en de 10.000 van Kundera's The Unbearable Lightness of Being.