Vrij Nederland. Boekenbijlage 1985
(1985)– [tijdschrift] Vrij Nederland– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 12]
| |
Rudie KagieH Het omslag doet het ergste vrezen voor de inhoud: een speelgoedraketje kruipt op rupsbanden over een blauwe aardkorst. In vette letters liet de uitgever een koopopwekking dwars door de foto drukken: ‘Dit is een waarschuwing voor wat er werkelijk kan gebeuren als de geheime oorlog om wetenschappelijke en militaire superioriteit uitloopt op een regelrecht gewapend conflict.’ Een boek als dit moest natuurlijk een titel krijgen in de trant van Aan de poorten van de hel - en zo heet het boek dan ook. De roman is, verklapt de flaptekst, ‘gebaseerd op feiten, want de schrijver heeft gebruik gemaakt van de huidige politieke en militaire strategieën van Oost en West en daarbij veel openbare maar ook geheime informatie verwerkt’. Met rode konen de thriller in één ruk uitgelezen, want de auteur is toevallig even in Nederland en bereid zijn werk de volgende dag in een gesprek toe te lichten. Hij noemt zich Anthony Corbett en is ‘een Noorse geleerde’ en ‘expert op het gebied van de moderne wapensystemen’ en wel van dusdanig kaliber dat hij ‘in Noord-Amerika, verschillende Europese landen en Afrika heeft gedoceerd aan universiteiten’. Klinkt goed. De combinatie van science en fiction wordt er des te intrigerender door. Corbett beschrijft oorzaak en gevolg van een abusievelijk afgevuurd kernwapen dat - maar dat blijkt pas als de laatste pagina's in zicht komen - van Russisch fabrikaat is. Van de ‘indrukwekkende bouwwerken’ en gasterminals in het Noorse stadje Nordvik, gelegen op het eilandje Senja, resteren na de explosie ‘een paar brandende opslagtanks, ingestorte betonnen gebouwen, verwrongen staalconstructies en rokende puinhopen’. Boven het hele gebied hangt een ‘kilometershoge zuil van verstikkende, veelkleurige rook’. De schrijver betoogt dat de ramp die hij schildert elk moment zou kunnen plaats vinden. Zijn boek is, zegt de uitgever, ‘een waarschuwing aan de mensheid’. Senja ligt immers in de uiterste noordflank van de Navozone, pal tegen de Russische grens. Volgens de ‘openbare, maar ook geheime informatie’ die Corbett raadpleegde zijn de Scandinavische wateren in dit gebied vergeven van radiografisch bestuurbare diepzeeraketten van beide grootmachten. Wie mocht vermoeden dat de auteur leutert wordt tot andere gedachten gedwongen door de stortvloed aan gedetailleerde gegevens die letterlijk lijken overgeschreven uit het Handboek voor de Geheime Agent: ‘De Yak-36 was het modernste V/STOL-toestel, waar de Russische kustpatrouilledienst AVMF, met bases in Archangelsk, Kalingrad en Sebastopol, over beschikte. Dit toestel was het enige van de Russische marine dat verticaal kon opstijgen en landen, terwijl het tegelijkertijd een volbloedjager was. Het was kleiner dan de Eagle, woog maar net vijf ton. De topsnelheid bedroeg ongeveer Mach 1, 3, terwijl de Eagle een snelheid van Mach 2,5 kon halen en in een minuuut tot een hoogte van vijftienduizend meter kon stijgen.’ Zo gaat het door, want Anthony Corbett getroost zich weinig moeite om te camoufleren dat hij tot de zeer welingelichte kringen behoort. | |
Geheime missieEr kleeft een tipje slagroom aan de neus van de schrijver, die zich in de lounge van een strandhotel te Noordwijk een kleine versnapering bij de koffie permitteert. Vergezeld van secretaresse en een ‘staf wetenschappelijke medewerkers’ volbrengt hij in Nederland een geheime missie, waarover geen enkele mededeling is te doen. Corbett is een pseudoniem, dat klopt. Zijn ware naam kan hij onmogelijk prijs geven vanwege regelmatige bezoeken die hij uit hoofde van zijn functie aan onder meer het Midden-Oosten brengt. Waaruit die functie bestaat, dient hij om veiligheidsredenen helaas te verzwijgen. Wel valt te noteren dat hij zich deskundig op het raakvlak van natuurkunde, chemie en moderne wapenbeheersing mag noemen. Hij beschikt over ‘veel goede contacten bij diverse geheime diensten’, deels omdat een aantal voormalige makkers die met hem ten tijde van de Tweede Wereldoorlog in het verzet zaten thans de security van binnen- en buitenlandse mogendheden bewaken. Corbett, een gedecideerde zestiger die zijn Amerikaanse accent toeschrijft aan een vijftienjarig verblijf in de Verenigde Staten, voelt zich tevens uitstekend op zijn gemak in Afrika. Jarenlang doceerde hij aan de universiteit van Nairobi, maar ook - om maar iets te noemen - in Iran, Irak en Oeganda weet hij zonder plattegrond de weg. Het mysterie rond zijn identiteit wordt nog eens aangewakkerd als hij zich terloops laat ontvallen dat de koude wintermaanden in het Midden-Oosten hem veel vrije tijd opleveren, die hij benut om te schrijven. Aan de poorten van de hel is de eerste van zijn vijf thrillers die in het Nederlands werd vertaald. Komend najaar verschijnt bij Atheneum Forlag in Oslo UX Nemo. Daarin ontvouwt Corbett zijn door geheime informanten ingefluisterde theorie [vervolg op pagina 13] |
|