Intellectueel narcisme
De gevaren van literaire praalzucht
Heaven and Earth door Frederic Raphael Uitgever: Jonathan Cape, 310 p. Importeur Consul, f 45,55
Anthony Paul
Frederic Raphael
Frederic Raphael, die zich specialiseert in leven en liefdes van de intellectuele chic die ooit in Cambridge heeft gestudeerd en uitsluitend in flitsende, vlijmscherpe dialogen converseert, toont met Heaven and Earth overduidelijk aan hoe slecht een intelligent en vindingrijk schrijver kan zijn, hoe hij zijn eigen werk met een bombardement van die talenten juist kan torpederen. De warrige, op verschillende punten verbijsterend vulgaire roman, heeft zoveel intellectuele pretenties dat de lezer het gevoel krijgt volgepropt te worden met niet bijzonder voedzaam geestelijk snoepgoed waarvan hij al gauw misselijk wordt.
Het boek begint verwarrend met verschillende intriges, die ons hoofdzakelijk in de vorm van vooral scherpzinnig bedoelde dialogen worden voorgeschoteld. Halverwege lijkt het er even op alsof de schrijver de irrelevante draadjes heeft laten schieten om er een samenhangend, logisch geheel van te maken, maar dan blijkt hij zich toch weer op allerlei bombastische dwaalwegen te begeven. De roman kan niet alleen als een les in de gevaren van literaire praalzucht worden gelezen, maar, net als het andere werk van Raphael, met name The Glittering Prizes, ook als een rondleiding door de wereld, de huizen en de echtelijke en seksuele twisten van de schrijvende en denkende klasse in het huidige Engeland. Tot op zekere hoogte, tenminste: ondanks de wanhopige opeenstapeling van namen en verwijzingen, laat Heaven and Earth vooral de indruk achter dat alle gebeurtenissen en personages tot een hallucinatorische onwerkelijkheid behoren.
Gideon Shand is een gefrustreerde veertiger: hij had ‘de meest vooraanstaande geschiedkundige van zijn generatie’ op Cambridge moeten zijn, maar verspeelde zijn kansen door het hoofd van zijn afdeling in een polemisch artikel aan te vallen. Daarom verdient hij zijn brood nu in de rauwe, kille buitenwereld - hij is docent aan de Open Universiteit, schrijft over bridge en doet zo nu en dan wat voor de tv. Hij woont met zijn vrouw Pamela en hun twee kinderen in de domstad Chaworth, ooit een religieus centrum maar nu dichtgeplakt met kranten - net als Engeland, wordt er op een gegeven moment gesuggereerd (een van de vele toespelingen die wel gemaakt, maar nergens verder uitgewerkt worden). Ons wordt gevraagd te geloven dat Gideon niet alleen briljant maar ook een goed mens is, maar we krijgen hem nooit in een van beide hoedanigheden te zien. Hij heeft seksuele problemen: Pamela toont weinig belangstelling en heeft de vervelende gewoonte om op het cruciale moment te gaan hoesten. Hun dochter Miranda is een eigenwijze puber en zo adrem dat het niet leuk meer is. Ze heeft een verhouding met de biseksuele, roodharige geestelijke Piers Rougier, een jonge vertegenwoordiger van intellectueel Nieuw Rechts. Gideon maakt zich echter meer zorgen om zijn zoontje Tom, die het slachtoffer is van een stelletje pestkoppen, de broertjes Monahan uit Noord-Ierland. Over hen, en andere buren, krijgen we heel wat te horen; we mogen zelfs, over Gideons schouder heen, meegenieten van de semi-pornografische autobiografie van een van hen. En of het niet op kan, krijgen we ook nog een samenvatting van de semi-pornografische roman die Gideon uit het Frans vertaalt (ja, hij werkt hard). Geen van deze bijfiguren en geschiedenissen heeft echter een functie in het geheel.
De achtergrondinformatie moet uit flarden van onwaarschijnlijk klinkende gesprekken komen: zo komen we erachter dat Miranda niet Gideons dochter is maar die van Pamela's vroegere minnaar en Gideons goede vriend en bridgepartner, de rijke, slimme, joodse, ietwat gemene advocaat Stephen Hellman. Als de Shands uit Chaworth weg willen, bezorgen de Hellmans hun een huis bij hen in de buurt, en lijkt het er even op alsof de roman vorm gaat krijgen. Maar in plaats van vorm komen er nog meer dialogen, heel wat seks - van het gênante soort - een verkrachting (achter de schermen), brandstichting (idem), moord (idem), iets
[vervolg op pagina 12]