Audens en Spenders peetvader
Geoffrey Grigsons herinneringen
Recollections Mainly of Writers and Artists door Geoffrey Grigson Uitgever: Chatto & Windus/The Hogarth Press, 195 p., f 59,45
The English Year Samenstelling: Geoffrey Grigson Uitgever: Faber and Faber, 186 p., f 18,95
The Faber Book of Reflective Verse Samenstelling Geoffrey Grigson Uitgever: Faber and Faber, 238 p. Importeur: Nilsson & Lamm, f 18,95
Anthony Paul
Ik blijk in de loop der jaren meer boeken van Geoffrey Grigson te hebben vergaard dan ik besefte: verschillende dichtbundels, zijn vroege autobiografie The Crest on the Silver (1950), gebundelde verhandelingen over literatuur, de schilderkunst en de natuur, een boek over de Engelse romantische kunstenaar Samuel Palmer (1947, een boek dat enige invloed op de ontwikkeling van de smaak heeft gehad), zijn Henry Moore in de reeks Penguin Modern Painters (1943) een Dictionary of English Plant Names, The Faber Book of Epigrams and Epitaphs en verschillende andere bloemlezingen. Deze verzameling lijkt me een representatieve selectie van het werk van de produktieve schrijver.
De in 1905 geboren Grigson is al ruim vijftig jaar een actieve, soms zelfs agressieve en twistzieke figuur in de Engelse literaire wereld. Van januari 1933 tot 1939 voerde hij de redactie van het tijdschrift New Verse, dat de Engelsen uit het antimodernistisch zelfgenoegzaamheid en apathie wilde wakker schudden en nu als een van de mijlpalen uit die periode wordt beschouwd. New Verse verwelkomde de toen net opkomende W.H. Auden, een vriend van Grigson, met open armen en probeerde, zoals Grigson nu in zijn Recollections schrijft, ‘een heldere en frissere poëzie te stimuleren’. Het blad telde al gauw alle vooraanstaande dichters van de generatie van de jaren dertig tot zijn medewerkers.
Grigson was ook bevriend met de oudere Wyndham Lewis, de kunstenaar en schrijver die in 1914 BLAST (het eerste avant-garde tijdschrift in Engeland) had uitgegeven en zichzelf tot de vijand had uitgeroepen, de gesel van Bloomsbury en al het overtollige halfzachte in de Engelse cultuur. Grigson beschrijft zijn vriendschap met Lewis en zijn sympathie voor die vaak verguisde man, wiens rol van nationale zuiveraar hij probeert over te nemen.
De als criticus zo vaak fel uithalende en te absolute Grigson is een verrassend bescheiden en zachtmoedig dichter: een gevoel van warmte loopt als een rode draad door al zijn werk. Hij is op zijn sympathiekst als hij schrijft over de dichters, kunstenaars, vrienden en landschappen die hem nauw aan het hart liggen, zoals blijkt uit zijn verhandelingen over Henry Moore en Ben Nicholson. Ook als bloemlezer komt Grigson over als een enthousiasteling, een man die weet wat genieten is en anderen daarvan kan laten meeproeven. In The English Year wordt iedere dag van het jaar behandeld met opmerkingen over de natuur en het weer uit allerlei kronieken, dagboeken en brieven - voornamelijk uit de achttiende en negentiende eeuw. Het is een fraai, op goed papier gedrukt, met tekeningen van Constable geïllustreerd boek - op en top Engels. The Faber Book of Reflective Verse is een rijke en verrassende verzameling ‘ernstige en vreedzame poëzie’, variërend van middeleeuwse klaagzangen tot Thomas Hardy en wat daarna kwam. Grigson vermijdt een te grote nadruk op de christelijke kant van het onderwerp en heeft, net als in zijn andere bloemlezingen, een iets afwijkende, kritische kijk op de geaccepteerde literaire traditie.
Recollections is vooral interessant omdat het boek ons een blik gunt op het leven van Auden, Stephen Spender, Louis MacNeice - lang en elegant maar met vieze nagels en een nog viezere windhond - Dylan Thomas en anderen. Er staan ook enkele gemene opmerkingen aan het adres van T.S. Eliot en John Betjeman in, en wat lekkere oude roddelpraatjes. Zo lezen we dat H.G. Wells Rebecca West in een rijtuigje ‘verleidde - een hele kunst, maar ‘Wells was niet zo erg groot’ - en dat Clive Bell, de kunstcriticus van de Bloomsbury-groep, na een receptie ten huize van de hertogin van Westminster, ‘welterusten, hertogin. Welterusten, hertogin,’ zingend naar huis liep ‘zonder in de gaten te hebben dat hij werd gevolgd door een in de mist onzichtbare Osbert Sitwell, die ervoor zorgde dat heel Londen het verhaal binnen de kortste keren kende.’ En daarna kwam Geoffrey Grigson, die ervoor heeft gezorgd dat het verhaal niet vergeten wordt.
■
Geoffrey Grigson