Vita Sackville-West
vervolg van pagina 7
een paar maanden naar Harold in Teheran gaat, schrijft ze haar in de trein: ‘I'm reduced to a thing that wants Virginia.’
Toch was Vita's verhouding met Virginia minder stabiel dan die met Harold. Virginia was in tegenstelling tot Harold wél jaloers en ze had geen waardering voor de manier waarop Vita in passies grossierde. ‘I detest the 2nd rate schoolgirl atmosphere.’ schreef ze in haar dagboek over Vita's infatuaties.
Mary Campbell was in 1927 de eerste met wie Vita iets moois begon en er kwamen nog veel opvolgsters. In het algemeen vermeed ze het zorgvuldig om hier tegen Virginia over uit te weiden. Het liefst schreef ze er helemaal niet over.
Vita was een meester in het optrekken van schotten tussen haar verschillende gevoelens, want de brieven aan Virginia boetten in het geheel niet in aan intimiteit of verlangen. Maar af en toe kwam Virginia toch het een en ander aan de weet en kon dan niet nalaten om een half-serieus plaagstootje uit te delen. Ze had een plan opgevat om een roman over Vita te schrijven (Orlando) en schreef: ‘But listen, suppose Orlando turns out to be Vita; and its all about you and the lusts of your flesh and the lure of your mind (heart you have none, who go gallivanting down the lanes with Campbell)... Shall you mind? Say yes or No.’ Vita was buiten zichzelf van enthousiasme over dit idee van Virginia en vanaf die tijd kwamen allerlei toespelingen en grapjes die met Orlando te maken hadden, regelmatig terug in de correspondentie. De liefdes van Vita kwamen en gingen, maar Virginia bleef dankzij de veelzijdigheid van hun verhouding. De frequentie van brieven nam af in de loop van de jaren dertig. Dit liep parallel aan een geleidelijk zich terugtrekken van Vita uit het openbare leven. Na haar succesvolle tournee als gevierd schrijfster door Amerika, met lezingen door heel het land, kreeg ze genoeg van wilde avonturen en grote emoties. Vita was 42 en had ontdekt dat tuinieren ook een bijzonder plezierige bezigheid was. Haar naar buiten gekeerde blik - naast haar enorme energie en produktiviteit, was ze altijd in voor een verzetje - keerde zich naar binnen. In 1935 noteerde Virginia spijtig in haar dagboek: ‘And she has grown very fat, very much the indolent country lady, run to seed, incurious now about books; has written no poetry; only kindles about dogs, flowers, and new buildings... And there is no bitterness, only a certain emptiness.’ Hun brieven werden iets weemoediger van toon. Vita verwijst een enkele keer naar het verleden, altijd een gevaarlijke manier om een beroep op iemand te doen.
‘Well, dig about in your memory and perhaps you will remember a porpoise on a marble slab.’ (Een porpoise is een dolfijnachtige, een van de vele bijnamen die Virginia voor Vita had verzonnen.) Maar ondanks Virginia's boven geciteerde dagboekverzuchting die begon met de regels ‘My friendship with Vita is over. Not with a quarrel, not with a bang, but as a ripe fruit falls...’ ging alles gewoon door. Vita schreef het lange gedicht ‘Solitude’ en gaf daardoor blijk geen afscheid van de literatuur genomen te hebben, zoals Virginia vreesde. Hun verbondenheid was te groot dat ze opgehouden zouden kunnen zijn met het schrijven van brieven. Nog in 1939 vraagt Virginia dringend ‘op welke sport van Vita's emotionele ladder ze eigenlijk staat’. Tegenwoordig zouden we zeggen: hoe hoog scoor ik op je toptien? ‘Virginia darling, you are very high up on the rungs - always -’ schrijft Vita geruststellend, zij het mogelijk niet specifiek genoeg, terug. Op 28 maart 1941 pleegde Virginia zelfmoord door zich te verdrinken. Vita was verbijsterd en schreef naar Harold dat Virginia in een vlaag van waanzin gehandeld moest hebben, omdat ze anders nooit Leonard en Vanessa (haar zuster) een dergelijk verdriet had kunnen aandoen.
Acht jaar later schreef ze naar Harold dat ze ervan overtuigd was dat ze Virginia had kunnen tegenhouden, als ze maar in de buurt was geweest. Daar had ze wel eens gelijk in kunnen hebben, want Virginia hield heel veel van Vita, in mijn idee net iets meer dan andersom.
■