Vrij Nederland. Boekenbijlage 1984
(1984)– [tijdschrift] Vrij Nederland– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 8]
| |
Fatal vision door Joe McGinnis Uitgever: Signet Books, 654 p., f19,75 Importeur: Van Ditmar
| |
Sharon TateIn de huiskamer van de MacDonalds werd het nieuwste nummer van het blad Esquire aangetroffen. Dat was bijna geheel gewijd aan de angst in Californië waar drugs, bloedbaden, sekten, orgiën en het daarmee samenhangend geweld de pan uit zouden rijzen. Onderdeel van het nummer: een reportage over de bloedige moord op Polanski's vrouw, de filmster Sharon Tate, door de hippiesekte van Charles Manson. Boven het bed van Sharon Tate was in bloed het woord PIG geschreven. Sharon Tate was zwanger geweest en de overeenkomst werd nog duidelijker toen bekend werd dat ook Colette MacDonald zwanger bleek. Er ontstond in de omgeving van het legerkamp zelfs een toestand die op paniek leek: huizen werden 's nachts gebarricadeerd en de verkoop van handwapens nam ineens sterk toe. De pers deed er een schepje bovenop: het linkse tuig, dat toch al zo tegen de Viëtnamoorlog reageerde, had zich niet ontzien het leger aan te vallen: de Verenigde Staten stonden aan de rand van een geweldsuitbarsting. Maar de verdachten bleken onvindbaar. Sterker: de opdracht was niet eens uitgevoerd, die nacht waren er te weinig manschappen geweest om de wegen af te zetten. Ook het onderzoek liep zeer traag en slecht: alle politiemannen hadden dingen verplaatst en veel te veel vingerafdrukken achtergelaten. Technici hadden onder de nagels van Colette haartjes en draadjes gevonden, maar die waren in het laboratorium zoekgeraakt. De tegels waarop de bebloede voetafdruk stond waren uit de vloer gehaald en vervolgens bij het transport gebroken. Het was een rotzootje. Het leger had het onderzoek daarom nog meer willen vertragen, maar de stiefouders van Colette, Freddy en Mildred Kassab, waren zo gebrand op resultaat dat ze iedereen opzweepten. Hoe verder de militaire onderzoekers kwamen, hoe vaker de veronderstelling werd geuit dat er wellicht helemaal geen vier hippies waren geweest. MacDonalds grote liefde voor Colette, eerst door iedereen uitgebazuind, werd ondergraven door berichten over buitenhuwelijkse activiteiten en op een gegeven moment werd hij gearresteerd en voorgeleid. En vrijgesproken. Na de vrijspraak werd Jeffrey geïnterviewd in vele kranten en zelfs in de Dick Cavett-show, waar nogal wat gelachen werd over de Kafkiaanse wegen van het onderzoek. Maar stiefvader Freddy Kassab was niet tevreden, hij wilde wraak. En Jeffrey MacDonald liet hem - daarom - weten dat hij met vrienden van de Groene Baretten al één van de daders had opgespoord en gedood. Dát had hij niet moeten doen: Kassab begon nu zelf een onderzoek, waarbij hij pers en justitie opjoeg, aanvuurde en inschakelde. In de loop van dat onderzoek raakte Kassab overtuigd dat hij het verkeerd gezien had en dat zijn schoonzoon, inmiddels geacht, veelverdienend chirurg aan de westkust, in die nacht van 16 op 17 februari zélf zijn vrouw en kinderen had vermoord. En met dezelfde ijver als waarmee hij op de vermeende hippies had gejaagd begon hij de jacht op Jeffrey MacDonald. Het was een jacht die twaalf jaar, tien maanden en vierentwintig dagen duurde, gerekend vanaf de nacht van de moord. Toen Joe McGinnis ermee te maken kreeg, waren van die ruim twaalf jaar er al negen verlopen. Toen hij de plaats van het misdrijf bezocht, het verzegelde huis 544 Castle Drive in Fort Bragg, stonden de bedden er nog met het opgedroogde bloed, lag het bankstel nog op zijn kant en werkte de ijskast nog, en koelde het inmiddels vergane voedsel dat Colette MacDonald er lang geleden had ingezet. Wáár gebeurde misdaad is, zeker sinds In Cold Blood van Truman Capote, een geliefde prooi voor boekenschrijvers en Jeffrey MacDonald had al talloze verzoeken van auteurs (en van filmers) afgewezen, tot hij in 1979 zo wanhopig werd dat hij begon te denken dat een gedegen weergave van zijn standpunt zijn zaak alleen maar goed kon doen. McGinnis vroeg, en kreeg, de garantie dat hij toegang tot álles zou hebben, ook de gesprekken met de advocaten én tot alle brieven en documenten en dossiers en vroeg vervolgens de garantie dat hij zijn eigen oordeel zou mogen volgen. Jeffrey MacDonald gaf die garantie. Hij kon natuurlijk niet anders, na zoveel jaren zijn onschuld te hebben gepleit, maar hij had het niet moeten doen: ook Joe McGinnis kan maar tot één conclusie komen: de gevierde arts met zijn vele vriendinnen, zijn supersnelle auto's en zijn Groene Baretten-opleiding heeft in die nacht van 16 op 17 februari, naar men mag aannemen na een dispuut met zijn vrouw over het in bed plassen van een van zijn kinderen, zijn hele gezin uitgemoord en vervolgens zich zelf in arm, buik en borst gestoken om een overval door hippies te suggereren. En in de twaalf jaar daarna is hij opnieuw gaan geloven in het mooie gezin enis het onmogelijk uit te maken of hij nog wel wéét wat er die nacht gebeurd is. | |
Totale fiascoWáár gebeurde misdaad is altijd boeiend, maar Fatal Vision is fascinerend, althans de vijfhonderd pagina's waarin McGinnis de gebeurtenissen, de onderzoeken en de rechtszittingen beschrijft. In de laatste honderd komen de psychiaters aan bod, maar bij gebrek aan zekerlijk weten helpt theorie maar ten dele. Wat het meest frappeert is dat de werkelijkheid, juist door een aantal zaken die een schrijver niet zou durven verzinnen (het totale fiasco van het technisch onderzoek bijvoorbeeld), zo'n prachtige spanning meebrengt. Er zijn trouwens voortdurend dingen waar een schrijver, die zit te verzinnen, zich nauwelijks aan zou wagen: de controverse tussen Jeffrey MacDonald en zijn verdediger bij de allerlaatste rechtszaak, als de verdediger kiest voor een jury bestaande uit zeer patriottische vaderlanders, een jury die door elke andere advocaat in een rechtszaak als de pest geschuwd zou worden. De titel, Fatal Vision, heeft McGinnis uit Shakespeares Macbeth geplukt, als Lady Macbeth de dolk gezien heeft: ‘Art thou not, fatal vision, sensible /To feeling as to sight? or art thou but/ A dagger of the mind, a false creation/ proceeding from the heat-oppressed brain?’ Dat noodlottig visioen is, in de persoonlijke uitleg van McGinnis, Jeffrey MacDonalds kijk op zijn vrouw en gezin: zij was voor hem de ideale vrouw en moeder en dát was haar noodlot. Het is een redelijke conclusie. Maar zelfs zonder die conclusie is McGinnis' verslag enerverend, boeiend en overtuigend. ■ |
|