Een miljoenste deel
Door deze verschillende ervaringen betekenen ‘lichaam’ en ‘ziel’ voor Tereza heel iets anders dan voor Tomas. Ze wil dat haar lichaam iets unieks is voor Tomas. Hij heeft zijn leven echter niet veranderd nadat hij haar heeft ontmoet en houdt er nog precies evenveel vrouwen op na om mee naar bed te gaan - zonder zijn ziel erin te betrekken. (‘Hij zag niet meer reden om ermee op te houden dan zich zelf het kijken naar voetbalwedstrijden te ontzeggen.’) Het is Tereza die bezit heeft genomen van Tomas' ziel, al vraagt hij zich voortdurend af welke betekenis en waarde hij eraan toe moet kennen. Heeft hij haar gered uit medelijden? En is dat positief of negatief? Is medelijden ‘supreme’ in de hiërarchie van menselijke sentimenten, ‘the art of emotional telepathy’? Tereza is zijn vrouw als gevolg van ‘zes toevalligheden’ en is ‘kiezen’ niet meer overeenkomstig de menselijke waardigheid? Is medelijden geen ‘ziekte’?
Het belang voor Tomas van het vrijen met andere vrouwen wordt door Kundera zonder terughouding en gedetailleerd uit de doeken gedaan: het heeft een ‘existentiële’ betekenis. Hij heeft geen last van de ‘asymmetrie’ in zijn verhouding met Tereza. Zij heeft hem geleerd naar Beethoven te luisteren, maar daardoor maakte hij ook kennis met Beethovens ‘Muss es sein?’ Es muss sein!’, een imperatief die aan de basis ligt van zijn inzet als chirurg, zijn promiscuïteit en zijn liefde voor Tereza. Het ‘Es muss sein!’ van zijn promiscuïteit is zijn behoefte om in elke vrouw tijdens het vrijen het ‘een-miljoenste deel verschil’ te zien met andere vrouwen om daarmee een een-miljoenste deel van de wereld in bezit te hebben genomen.
Eén van die andere vrouwen is Sabina, een schilderes met evenveel ‘geschiedenis’ als Tereza. Haar ziel is evenmin tijdens het vrijen aanwezig als die van Tomas, die zit in haar schilderijen. Wat zwaar is bij Tereza is licht bij Sabina. Zij moest in haar jeugd van alles: meedoen aan jeugdkampen van de Partij, meelopen in parades, het zingen van liederen, het roepen van leuzen. Op de kunstacademie moest ze sociaal-realistisch schilderen. Met dit alles heeft ze radicaal gebroken, met haar familie, de Partij en de academie.
Na de inval van Rusland in Tsjechoslowakije in 1968, waarbij Tereza als fotografe een gelukkige tijd heeft van enkele weken, verlaten Tomas en Tereza Praag en gaan naar Zürich: hun positie als dissidenten werd onhoudbaar. Zonder werk houdt Tereza het er echter niet uit en ze gaat op een dag, na zeven maanden, alleen terug. Gedurende één weekend voelt Tomas dan ‘the lightness of being’, maar daarna gaat hij ook weer naar Praag, zijn noodlot achterna.
In Praag blijkt wat een metafoor kan veroorzaken en hoe Kundera het lot van zijn personages met elkaar verbindt. Tomas werd chirurg omdat hij vanaf zijn jeugd iets had met ‘mensen helpen’. Als chirrug maakte hij mensen ‘aan de grens’ mee, alsof niet de geest, maar het lichaam een vraag stelde. Dit was het soort vragen waarop hij meestal een antwoord wist, want hij was een van de beste chirurgen. Deze fascinatie bracht hem bij het verhaal van Oedipus, evenals Moses te vondeling gelegd. Dat verhaal moet hem ook bij Tereza hebben gebracht. In het voorjaar van 1968, vóór de inval van de Russen, schrijft Tomas een stuk over de schuld van de Tsjechische communisten zelf voor de ontwikkeling van hun land na de opstand van 1948: ‘the criminal regimes were made not by criminals but by enthusiasts convinced they had discovered the only road to paradise.’ Later werd duidelijk dat er geen paradijs was en dat de enthousiasten in feite moordenaars waren. Maar wat riepen zij?: ‘We wisten het niet!’ Hierover ging het stuk van Tomas. Oedipus komt erin voor als iemand die evenmin wist dat hij in werkelijkheid zijn vader vermoordde, en tóch stak hij zich zelf zijn ogen uit. Het stuk wordt door menigeen gelezen als een dringende uitnodiging zich zelf de ogen uit te steken. Tomas had slechts een onbeantwoordbare vraag gesteld. Na de invasie van de Russen wordt het stuk tegen hem gebruikt en moet hij het intrekken of hij verliest zijn baan. Het dilemma dat dan voor Tomas ontstaat wordt door Kundera moreel en psychologisch uitgebeend: er wordt op zijn gevoel gewerkt, op de ‘formaliteit’ die het intrekken is, de nietigheid van enkele woorden. Hoe licht zou zijn leven niet worden als hij het stuk zou intrekken? Tomas trekt het niet in en de consequentie is dat hij glazenwasser wordt, een gedeclasseerde intellectueel. Met een onvoorzien gevolg: zijn leven wordt als een vakantie. Verlost van zijn
verantwoordelijkheden, door iedereen als de voormalige chirurg hartelijk ontvangen en vrouwen in overvloed. Alleen Tereza ziet hij nauwelijks omdat hij overdag en zij tot 's avonds laat werkt.
Kundera vertelt in zijn romans nooit één verhaal. Hij geeft binnen één roman variaties op een thema. In The Unbearable Lightness of Being is die variatie de relatie tussen Sabina (eerder Tomas' maîtresse) en Franz, zich afspelend in Genève. Sabina en Franz vormen een oppositie die Kundera uitwerkt in een hoofdstuk waarin hij uiteenzet dat bepaalde woorden voor hen iets totaal verschillends betekenen: trouw, verraad, parades, licht en donker, schoonheid. Ondanks zijn ontrouw wil Franz ‘in waarheid leven’; hij heeft een intense belangstelling voor linkse oppositiegroepen en was in '68 deelnemer aan menige demonstratie. Dat alles interesseert Sabina niets; alles wat haar aan haar land herinnert gaat langs haar heen. Haar ‘lichtheid’ heeft ze verworven door ‘verraad’ aan dat alles en dat trekt ze door in haar intieme relaties. De dag dat Franz zijn vrouw Marie-Claude heeft verteld dat hij een maîtresse heeft is het voor haar over. Franz, een professor in filosofie, is iemand de in ‘lichtheid’ is opgegroeid en hij zoekt juist overal de ernst. Hij gaat zelfs voor Sabina, hoewel ze uit elkaar zijn, met een groep dokters, kunstenaars en journalisten naar Cambodja om daar een mars te houden die beheerst wordt door het ‘ijdele engagement’ van de meelopende filmsterren.
Tegen het einde van The Unbearable Lightness of Being wordt alles uiterst treurig. Bij Sabina begint de ‘zwaarte’ de kop op te steken, Tomas krijgt genoeg van zijn ‘vakantie’, Tereza houdt het in Praag niet meer uit omdat ze zich net als Tomas voortdurend ‘bekeken’ voelt door geheime politie (reden voor een verhandeling van Kundera over de vier manieren waarop men zich bekeken kan voelen) en Franz gaat dood. Kundera heeft een ontwikkeld gevoel voor de eenheid van tegenstellingen. Dat leidt in het laatste deel van de roman tot wat men kan noemen ‘de reeël bestaande tweeslachtigheid der dingen’, in dit geval ‘kitsch’ en ‘het idyllische’. Sabina wil niet dat haar kunst anti-communistisch wordt genoemd; ze wil niet tot kitsch, tot iets politieks gereduceerd worden; haar kunst moet op zich zelf beoordeeld worden. Niettemin koestert zij ‘kitscherige’ gevoelens: ‘Her kitsch was her image of home, all peace, quiet, and harmony, and ruled by a loving mother and wise father.’ Ze weet echter (mét de bezorgde schrijver) dat ‘the brotherhood of man on earth will be possible only on a base of kitsch.’ In de werkelijkheid van de kitsch heerst het dictatorschap van het hart. Maar toch: ‘Hoe we ook op kitsch schelden, het is een integraal deel van de menselijke conditie.’ Hetzelfde geldt voor ‘de idylle’ die in de hoofden van Tereza en, lang onwillig, van Tomas sluimert. Zij ontvluchten Praag, kopen een boerderij en gaan vee houden. Samen met de hond Karenin (genoemd naar Anna Karenina, het boek van Tolstoi dat Tereza altijd onder haar arm had) leiden ze een van politiek en conflict afgeschermd leven. Tereza vindt haar ‘lichtheid’ in haar passie voor dieren en dat is in zijn absoluutheid pure kitsch. Dit terugtrekken op het platteland is voor Tereza ook een manier om Tomas van
andere vrouwen weg te houden. ‘Haar zachtheid was agressief en eropuit hem te laten capituleren, zodat zijn kracht gebroken is en ze hem kon veranderen in een konijn in haar armen.’ Kundera gaat niet zover dat hij deze door de politiek en de liefde geforceerde idylle laat bestaan. Dat Tereza en Tomas bij een ongeluk met hun auto om het leven komen wisten we al op de helft van het boek.
The Unbearable Lightness of Being is een roman waarin je de ideeën levend voor je ziet.
■