Bernard Sijtsma
Vervolg van pagina 34
blauwhemden van de Freie Deutsche Jugend, functionarissen, hun aller familieleden) door de couleur locale reliëf moeten geven aan de discrepantie tussen communistische kretologie en maatschappelijke werkelijkheid - maar dat het daar niet deugt bemerkt ieder weldenkend en rondkijkend mens, daar is die voortdurende herhaling van ‘feiten’ niet voor nodig. Werkelijk interessant, want menselijk-tragisch, is echter de psychische confrontatie met een repressief systeem: ‘Als het hier ook maar iets rechtvaardiger toeging dan in mijn eigen land, dan was die terreur, misschien heel misschien, tenminste nog ergens goed voor. Maar het is hier nog veel erger. Als je de moed hebt ánders te zijn, maken ze je kapot. Op wat voor wijze dan ook.’ Meer geconcentreerd op deze verhaallijn had ik de roman geschreven willen zien omdat juist in de gedeelten over Johan en Ernst, de wijze waarop zij in hun anders-zijn kapot worden gemaakt, Sijtsma toont dat hij een intrige naar een climax toe kan bouwen. De passages over de erotiek tussen de beide jongens zijn door de ingehouden emotionaliteit, zonder aan de intensiteit afbreuk te doen, qua schrijfstijl de beste van de roman.