Reizen is een experiment met de tijd
Paul Theroux bereist het meest nabije: Engeland
The Kingdom by the Sea door Paul Theroux Uitgever: Hamish Mailton, 303 p., ca. f55,-
Hans Keller
Zowat iedereen leek dat jaar naar China te gaan, verzucht Paul Theroux in het begin van The Kingdom by the Sea. Of anders, vervolgt hij, schreven ze onvriendelijke dingen over de Arabieren of ze namen als het over Afrika ging nu eens geen blad voor de mond.
Maar híj, zegt Theroux, had toen - het jaar is 1981 - andere dingen aan zijn hoofd. Hij woonde al elf jaar in Londen, maar was eigenlijk nog nooit in Engeland geweest. Nooit in Wales, nooit in East Anglia. Over Bognor Regis hoorde je altijd grappen maken. Ook in Bognor Regis was hij nog nooit geweest. ‘Toch maakte ik er óók grappen over.’
En waar lag Porlock en was Noord-Ierland werkelijk een nachtmerrie en Schotland zo adembenemend als je altijd hoorde? Wat hij van Engeland wist, had hij uit boeken want over geen land is in de loop ter tijden zoveel geschreven als over Groot-Brittanië. Het eiland dat in de literatuur ronddreef, kende hij, maar de realiteit van het echte koninkrijk was hem net zo vreemd als enig ander land dat hij nog nooit had bezocht. Trouwens, moest de gestalte die Engeland in de literatuur had aangenomen niet worden gewantrouwd? Theroux was in Ralph Waldo Emersons English Traits gestuit op de zinsnede: ‘Engeland lijkt naar zijn vorm op een schip’ en met de kaart erbij had hij die karakteristiek eens met de werkelijkheid vergeleken. Boeken van vrome vreemdelingen stonden vol met zulke vriendelijkheden en ook Emerson zat er natuurlijk naast. Theroux zag dat Engeland nog het meest leek op een varken dat iets op zijn rug draagt. ‘Kijk maar,’ schrijft hij, ‘een varken met haast, zijn snuit is het zuidwesten van Wales, zijn voorpoten steken tot in Cornwall en East Anglia is zijn romp. De rest van Engeland vormt het silhouet van een heks, rijdend op de rug van een varken.’
Paul Theroux
En Londen? Londen was volgen Theroux een onafhankelijke republiek waar tegenwoordig boeken verschenen met titels als Britain: What Went Wrong? en Is Britain Dying? - alsof het hier een ander land betrof. Zijn afkeer jegens de hoofdstad, en zijn woonplaats, was in de loop van jaren groter geworden. Hij kende de zegswijze ‘Hij die moe is van Londen is moe van het leven’, maar dat was het niet. Moe was hij van het jagen op een parkeerplaats, moe van de voor hem uit deinende massa's mensen op de trottoirs, van de volgekladderde muren, van de smerige oude en lelijke nieuwe gebouwen die elkaar meer en meer omringden. En ziek werd hij van het Londense verkeer, de Londense verwaandheid en de groezeligheid van alles.
Er is veel humeurigheid, een herkenbaar en daarom aangenaam soort chagrijn in de motieven die Theroux aanvoert om de reis langs de Engelse kust - van Margate naar het zuidwesten, vervolgens aan de westzijde naar boven (onderbroken door de zeereis naar Noord-Ierland en daar een eind landinwaarts), Schotland rondend en daarna aan de oostzijde naar beneden tot het punt waar in de verte Margate weer opdoemt - te ondernemen en te beschrijven. Hij weet dat het een tocht vol tegenvallers zal worden, maar hij weet nog niet precies welke. Hij zal het onderweg grotendeels niet prettig hebben maar waaraan dat precies ligt, is nog onbekend. Hij zal van de ene Engelse droom in de andere terechtkomen - geïdealiseerde voorstellingen van het land en van zijn bewoners - en daarvan het echte interieur moeten beschrijven, waar het bladdert en hoe dat komt. Hij heeft nog geen stap verzet maar dáár is hij zeker van - geen land ter wereld, geen bewoner van welk land ook ter wereld koestert over zich zelf zulke dierbare taferelen als de Brit, als Groot-Brittanië.