Jonge haantjes van het spit
2 jonge haantjes van 5 ons elk of iets meer, panklaar, opgebonden |
zout & peper |
boter |
voor suas:
2 sjalotten, gehakt |
120 g boter |
2 dessertl. sherryazijn |
2 worteltjes, klein gesneden |
2 takjes verse dragon, gehakt |
6 dessertl. droge mousserende witte wijn |
2 dessertl. droge Noilly Prat vermouth |
1 dl blanke bouillon van kippemaagjes |
zout & peper |
Zout en peper de haantjes van binnen en van buiten en rijg ze aan het spit van een elektrische grill of de ovengrill. Smelt een flinke klont boter in een sauspannetje en kwast hiermee de vogels royaal in. Rooster ze 30 minuten aan het spit of tot ze mooi goudbruin zijn geworden. Braad ze anders in een open braadpan, om de 15 minuten kerend in de oven.
Maak intussen de saus. Zweet daarvoor de sjalotten kort aan in de helft van de boter in een sauspan. Zorg dat ze niet kleuren. Blus het dan af met de sherryazijn en laat het geheel inkoken. Voeg nu wortel en dragon toe met 2 dessertlepels van de wijn en de Noilly Prat en damp het in tot de helft. Voeg dan de bouillon toe en kook het weer wat in. Monteer nu met de rest van de koude boter, dus klop de resterende koude boter er met telkens een klontje door. Roer de rest van de wijn erdoor, laat het even wat opkomen en maak de saus op smaak af met zout en peper.
Haal de haantjes uit de grill, laat ze even betijen, halveer ze en verdeel ze over 4 borden. Begiet ze met de saus en geef er verse spinazie bij omgeven door een rand van smeuïge aardappelpuree.
Bij deze gerechten kan een mooie Elzasser gewürztraminer gedronken worden. Het dessert kan bestaan uit wat Leerdammer en Texelse geitenkaas met boter en verse toost, met eventueel wat parten peer ernaast.