Vormen. Jaargang 4(1939-1940)– [tijdschrift] Vormen– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 43] [p. 43] Eigen lied Ik ben het niet, die zingt en zalig doet - Ik kon mijn zachte stem hoog in de blauwe luchten Als een onzichtbren weemoedsvogel zingen. En luister al maar toe, en wil niet vluchten. Ik laat mij door het verre lied bedwingen. En voel de streeling en de jacht van mijn onstuimig bloed En stille angst, de stem daarginds te storen. - Ik ben het niet, die zingt en zalig doet, Maar ben tevreden wijl ik zalig toe mag hooren. J. TRUYTS naar Ina Seidel. Vorige Volgende