Vormen. Jaargang 3(1938-1939)– [tijdschrift] Vormen– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 215] [p. 215] Ballade van de wereldsche liefde Wat blijft het langst: een lief gezicht of 't spoor van eene zilvren wolk in dit verslindend levenslicht? wat duurt het langst: den draaikolk ingezogen worden van den tijd of vallen onder plotsen dolk? Antwoord voor mij, Hoogweerdigheid! terwijl ik met mijn liefste paar oogenblik aan eeuwigheid. De kleederen van mij en haar zijn voor de deftigen die wijs vermanen komen met de baar. Drapeer uw lendenen van ijs met onze schuld en onze schand op uwe lange, veilige reis - en gij, mijn kleine slingerplant mijn sterflijk lief van dit ons uur, slaap rustig in dit broos verband: verschroeien zal aan 't aardsche vuur de vleezen bloesem onzer ziel, maar van een onverwoestbre duur is 't visioen dat ons geviel in een omhelzing, in een blik, voordat ons hoofd in 't duister viel, eeuwig komt uit oogenblik. René VERBEECK Vorige Volgende