Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst. Deel VIII, II. De provincie Limburg (Meerloo-Zwalmen)
(1926)– [serie] Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst– Auteursrecht onbekend
[pagina 361]
| |
Doenrade.c. Aan den weg naar Amstenrade een moordkruis (1673). e. De r.k. kerk (H. Jozef) bezit: Gedreven zilveren eiborium (de voet ± 1700). Zes kazuifels (XVIII), drie koorkappen (XVIII), humeraal (midden-XVIII), kelkvelum (XVII), dito (XVIII), bursa (XVIII).
g 1. Het huis doenrade, vroeger omgracht, bestaat uit twee van baksteen opgetrokken, vier, resp, vijf vensters breede, twee verdiepingen hooge vleugels (XVI, XVII, XVIII) onder schilddaken, rechthoekig aaneengesloten met (in den binnenhoek) een vierkant, drie verdiepingen hoog, kamertorentje met spits. Een thans vrijstaand vierkant torentje met spits (schietgaten) was vroeger wellicht hoektoren in de ommuring. Verbouwingen (vooral XVIII), waarbij de kruisvensters door groote vensters werden vervangen; hardsteenen ingangsdeur met cartouche Lodewijk XV. Inwendig: schouw met karyatidepilasters en consoles (± 1600); roodmarmeren schoorsteenmantel (XVIII). In den gevel aan de hofzijde, hardsteenen wapensteen met alliantiewapen-van Brempt - van Kerckhem (1629). De zich hier bevindende vergaderzaal der ‘Weldadige Stichting Jan de Limpens’ bevat (eigendom der stichting): eenige schilderstukken op doek: tafereel van Johannes' onthoofding (± 1650, onder Italiaanschen invloed), Madonna, (± 1650, Vlaamsche school), Maria-kopje (± 1650, navolging der Italiaansche school), een kast Lodewijk XV, een canapé Empire, een stel van twaalf stoelen Empire, een stel van zes eenvoudigere, een kleinen spiegel Empire. | |
[pagina 362]
| |
De bij het huis behoorende eenvoudige hoeve heeft een effen natuursteenen frontonpoort, vroeger met valbrug. 2. Huis C 62. Klein, in vakwerk gebouwd huis (1793). 3-7. C 30, versierde deurdorpel van 1781; C 51, sluitsteen: 1812; C 52, sluitsteen: 1811; C 53, ankerjaartal 1777; C 68, rest van een deur Lodewijk XVI. | |
Oorsbeek.e 1. De r.k. kerk (H. Lambertus), van baksteen gebouwd, bestaat uit een vierkant schip, met ten O. een nagenoeg normaal georiënteerd, kleiner vierkant koor (beide 1830), ten W. een kort en smaller rechthoekig gedeelte (XIV, XVI, XIX), hetwelk, met de ingangen aan de zuidzijde, tegen den breeden westtoren (1514) aansluit; achter het koor een kleine vierkante sacristie (na 1830). Schip en koor samen met één doorloopend, gestucadoord, breed tongewelf. De geheel vierkante toren is uitwendig versierd met breede mergelbanden, aan de westzijde tevens met een tweedeelige, aan de zuidzijde met een driedeelige, fraaie nistraceering met driepassen; het bovendeel (XVIII) van den toren heeft met segmentbogen afgesloten galmgaten en geblokte hoeken en draagt een achthoekig ingesnoerden helm (XVIII), eindigende in een peervormige spits. In den noordelijken torenmuur en den aansluitingsmuur van het schip ingebouwd, overblijfselen van twee vierkante zandsteenen pijlers en twee mergelsteenen spitse (schei-?) bogen, eener meerbeukige kerk (XIII of XIV). De kerk bezit: Houten hoogaltaar (XVIII d; later gewijzigd) en twee zijaltaren (± 1700, één ten deele, één grootendeels veranderd). Hardsteenen doopvont met vier koppen (gedeeltelijk middeleeuwsch). Houten beelden: Madonna (XV B) op sikkel en door engelen gedragen (XV B); Kruisbeeld (XVI, zwaar bescha- | |
[pagina 363]
| |
digd); H. Lucia (XVIII A); aan het hoogaltaar: H. Norbertus en H. Lambertus (XVIII?). Koperen kroontje (XVII, gewijzigd). Offerblok Lodewijk XVI. Gedreven zilveren stratenmonstrans Lodewijk XIV, op fraaien voet; verguld koperen cylindermonstrans (XVII, voet XVIII). Koperen kandelaars: vier paar gegotene met drievoet (XVII B); een paar kleine, geprofileerde dito (XVI); een grooten fraai gedreven en geprofileerden (XVIII); Koperen Godslamp (XIX a). Driestel (XVII d); vier kazuifels (XVIII); corporale met Vlaamsche kant; verzameling lapjes van brocaat, zijde enz. Klok, in 1826 gegoten door J.B.N. Gaulard; kleine klok, in 1827 gegoten door Charles Gaulard. Groote sacristiekast (XVIII) imitatie-Japansch, klein houten Kruisbeeld op voet Lodewijk XVI; kist (XVIII). In den kerkmuur steenen grafkruisen van 1679 en 1695, op het kerkhof een vijftal van 1626 tot 1759. 2. De pastorie (XVIII), heeft een eenvoudigen, baksteenen gevel, waarvan de vensters met hardsteen zijn omlijst; inwendig een schoorsteen met stucversiering en een dito, waaraan tegeltjes met tafereelen.
g 1-2. A. 33, boerderijgevel met twee inrij-poorten en het ankerjaartal 172?; E 57, met plompen topgevel met kantrondingen; ankerjaartal 1737. |
|