Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst. Deel II. De provincie Drente
(1909)– [serie] Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst– Auteursrecht onbekend
[pagina 5]
| |||||||||||||||
Anloo.a. Voorhistorische, Germaansche enz. monumenten.Zeven hunebedden:
Een grafkelder op het heideveld, tusschen de sub 6 en 7 genoemde hunebedden, bij de kom van het dorp Eekst.
Grafheuvels (Germaansch) komen voor bij Anloo, Eekst en Gasteren; een Germaansch kamp bij Anloo; kuilen bij Eekst.
Voorwerpen, gevonden in of bij Anloo, Armen*, Eekst*, Gasteren en Schipborg, berusten in de musea te Assen en te LeidenGa naar voetnoot1). | |||||||||||||||
Anloo.De ned. herv. kerk, een der kerken waarin de 24 etten hunne vonnissen velden, nadat dit niet meer in de open lucht plaats had, heeft een tufsteenen schip (XI), met choor van 1260. Voor herstel van kerk en toren gaven 14 September 1615 drost en Gedeputeerden toestemming tot verkoop van land. Herstellingswerken in 1859; toren hersteld in 1895; het hernieuwd kerkgebouw 24 December 1905 weder in gebruik genomen. Schip bijna geheel | |||||||||||||||
[pagina 6]
| |||||||||||||||
tuf, de muren met baksteen verhoogd, de romaansche vensters, behalve een aan de N.-zijde, dichtgemetseld. Gestucte halfronde zoldering. Het choor heeft twee koepelvormige gewelven met afgeschuinde diagonaalribben, tusschen de gewelfvakken een in doorsnede vierkante gordelboog, in de sluiting gestucadoorde zoldering. De vloer van groene en gele, met rand van bruine en zwarte tegels. De vensters gelijktijdig met die van het schip vernieuwd en gewijzigd (XIX b). De toren (XI), rustend op zware keien, heeft nog de oorspronkelijke kern van vuursteen en veldkeien tot ± 11 M. hoogte, overigens in- en uitwendig gedeeltelijk in baksteen vernieuwd en afgedekt door zadeldak tusschen trapgevels. De kerk bevat: Een altaarsteen. Eiken banken (XVII d en XVIII a en b). Orgel, ingewijd 16 October 1718. Een zandsteenen deksel van een doodkist met mansfiguur in hoog relief (XII), ingemetseld in N.-buitenwand van het schip. Rood-zandsteenen grafzerk (1599). Twee zilveren avondmaalsbekers (1644 en 1823). Koperen doopbekken met koperen houder (XVII c). Koperen kroon (XVII d). Koperen blaker voor twee kaarsen op den preekstoel (XVII d). Klok van 1732. Voor den ingang van het kerkhof aan de torenzijde: ijzeren rooster, waarbij geel zandsteenen deksel van steenen doodkist. |
|