Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst. Deel IX. De provincie Friesland
(1930)– [serie] Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst– Auteursrecht onbekend
[pagina 274]
| |||||||||||||||||||||||
e. 1. De ned. herv. kerk in 1856 gebouwd, ter vervanging eener oudere (H. Johannes) bezit: Orgelfront (XVIII B), waarop twee witgeverfde beeldjes. Koperen lichtarm (XVIII B), op het doophek.
2. Van het voormalige klooster marienhof der Praemonstratensen bestaat nog slechts een kerkhof ten Zuidwesten van het dorp. | |||||||||||||||||||||||
Beets.e. De ned. herv. kerk (H. Gertrudis), oorspronkelijk een seendstoel, sedert de Hervorming gecombineerd met Beetsterzwaag, is in 1889 vervangen door een nieuw gebouw, dat thans onder Beetsterzwaag behoort (zie blz. 275). De kerk bezit: Twee klokken, waarvan een in 1482 gegoten door Herman, en een in 1520 gegoten door Gerhardus van Wou en Johan Schoonenborg.
h. Een aantal zilveren bisschopsmuntjes (XII, waarschijnlijk te Deventer geslagen), hier in de ‘Oude fenne’ gevonden, is in het Friesch museum te Leeuwarden. | |||||||||||||||||||||||
Beetsterzwaag.a. Een knodssteen met steelopening, gevonden in de Boornevallei, is in het Friesch museum te Leeuwarden.
e. 1. De ned. herv. kerk, in 1803 gebouwd blijkens een steen in den toren, bezit: Kuip en ruggeschot (XVII b) van een eiken preekstoel. Koperen lezenaar (XVII c). Twee eenvoudige familiebanken (XIX a) met overhuiving. Twee groote gebeeldhouwde zerken (1614 en 1635) met wapens-Fockens; op het kerkhof een zerk (1778, vernieuwd in 1905) waarop een standerdmolen is gehouwen. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 275]
| |||||||||||||||||||||||
Drie koperen kronen met opschrift en: 1804, en twee dito lichtarmen. Klok, in 1739 gegoten door Cornelis Crans te Enkhuizen.
2. De ned. herv. hulpkerk, in 1889 gebouwd ter plaatse van de vroegere parochiekerk van Beets (zie blz. 274), bezit: Preekstoel (XVII d, zeer gewijzigd). Drie gebeeldhouwde zerken, thans in den muur gemetseld, waarvan een (1719) met wapens-Lycklama a Nyeholt en-Andringa, een (1770) met wapen-Scheltinga, en een (1773) met wapen-Lycklama a Nyeholt. Twee klokken, waarvan een in 1482 gegoten door Herman en een in 1520 door Gerhardus van Wou en Joh. Schoonenborg.
In het Friesch museum te Leeuwarden bevinden zich sinds 1889 twee zerken (XIII) van roode zandsteen met abtsstaven en geometrische versieringen; een zerk met opschrift en: 1521 van pastoor Dodo Iwsma, deken van Boorndego; een (1524) van roode zandsteen van pastoor Mathias van Eelbing; een dergelijke zerk (1558) van pastoor Poptatus Ibema, uit de vroegere parochiekerk afkomstig.
g. 1. boerderij ‘De Olde Weeme’, ter plaatse der voormalige pastorie, waarvan nog overblijfselen in den grond zijn gevonden.
2. Op het huis lauswold bevinden zich een schilderij van Rembrandt, een Rabbi voorstellend, en twee ovale stukken (school v. Rembrandt, vermoedelijk Joh. Victors).
3. In den tuin van het huis lindestein twee borstbeelden (± 1700) op hardsteenen voetstukken. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 276]
| |||||||||||||||||||||||
4. Bg. 156. In den zijgevel van een nieuw huis een gebeeldhouwde steen (± 1700) met alliantiewapen. 5. Bg. 152. Puntgeveltje met schoorsteen op den top, waarin een nokanker met: 1754. Op den schoorsteen een windwijzer (adelaar). IJzeren arm van uithangteeken. 6. Bg. 133. In een verbouwden gevel gebeeldhouwde afdekkingen (XIXa, in den trant van Lodewijk XV) van togen boven twee vensters (als te Gorredijk; zie blz. 278-279, nrs. 7, 8, en 16); zijpoortje met bekroning (XIX a) van terra cotta. | |||||||||||||||||||||||
Duurswoude.e. De ned. herv. kerk (H. Johannes Evangelist), ± 1250 gebouwd van groote moppen, XVIII d gewijzigd, bestaat uit een schip, een 3/8-gesloten koor en een houten torentje op den verbouwden westgevel (XVIII d, in 1885 bepleisterd). Vensters uitwendig spitsbogig in omlijsting van profielsteen, inwendig rondbogig. In den zuidmuur een dichtgemetselde rondbogige ingang, in den noordmuur een dergelijke ingang. Op de hoeken van het koor lisenen, langs de zijmuren eensversneden steunbeeren; onder de vensters aan de noordzijde een waterlijst, aan de zuidzijde alleen bij de twee westelijkste traveeën. De kerk bezit: Eenvoudigen eiken preekstoel met koperen lezenaar. Doophek (XVIII a). Gesneden lezenaar (XVIII b). Trapeziumvormig rood zandsteenen deksel (XIII?) van een doodkist (voor den ingang). Klok, in 1783 gegoten door L. Haverkamp. | |||||||||||||||||||||||
Gorredijk.e. 1. De ned. herv. kerk, in 1683 gebouwd, in 1735 vergroot en verhoogd, zoodat twee gelijke beuken gescheiden door zuilen ontstonden, werd in 1877 vooral | |||||||||||||||||||||||
[pagina 277]
| |||||||||||||||||||||||
inwendig gewijzigd, waarbij de zuilen zijn verwijderd. Zij bestaat thans uit een vierkant schip, aan de oostzijde driezijdig gesloten, aan de westzijde met twee gepleisterde puntgevels, waarvan de zuidelijke bekroond wordt door een houten spits, terwijl de noordelijke is afgedekt door een segmentvormig topstuk met een gevleugeld kopje. In deze twee gevels zes steenen, waarvan twee betreffende de stichting, met: 1683, een betreffende de vergrooting, met: 1735, twee met opschriften, en een (XVIII b, oude wapensteen) met: 1877. De kerk bezit:
Gebeeldhouwden eiken preekstoel (XVII d) met gewrongen Korinthische zuilen op de hoeken der kuip. Dergelijk doophek (XVII d, geverfd). Gesneden lezenaar (XVII d). Eenvoudige familiebank (XVII d) met overhuiving op Korinthische zuilen.
Avondmaalszilver: gegraveerden beker met alliantiewapen, opschrift en: 1671 (merken: Bolsward, jaarletter V, en monogram J.O. = Jan Olthof); gegraveerden beker met opschrift en: 1739 (merken: Leeuwarden, Friesland, jaarletter D en P.F. = P. Feijijen); dergelijken beker (1806); twee bekers (1805 en 1809, merken: I.P.G., 10, c = 1810 druiventros en I.R.). Twee klokken, waarvan een in 1727 gegoten door Cyprianus Crans, afkomstig uit den klokkenstoel te Hemrik (zie blz. 279), en een, in 1816 hergoten door Andries H. van Bergen en M. Fremy.
2. De synagoge, XVIII d gebouwd, heeft een eenvoudigen classicistischen voorgevel en een pyramidevormig dak bekroond door een koepeltje, waarop een rijk gesmede windwijzer (hert). Kroonlijst met triglyphen, boven het midden waarvan een driehoekig fronton met Hebreeuwsch opschrift. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 278]
| |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
[pagina 279]
| |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
Hemrik.e. De ned. herv. kerk, in 1739 gebouwd (blijkens een wapensteen boven den ingang), ter vervanging eener oudere (H. Andreas), bezit: Eiken preekstoel (XVII c) met boogpaneelen. Doophek met doopbank (XVII B). Eenvoudige banken (XVII B). | |||||||||||||||||||||||
[pagina 280]
| |||||||||||||||||||||||
Op het kerkhof een klokkenstoel met een klok, in 1494 gegoten door Gerhard van Wou. Een tweede klok, in 1727 door Cyprianus Crans gegoten, is thans te Gorredijk. | |||||||||||||||||||||||
Kortezwaag.e. De ned. herv. kerk, in 1797 gebouwd ter vervanging eener oudere (H. Maria?), welker klok nog tot 1920 aanwezig was, in later tijd verknoeid, heeft in den westgevel een portaal van bak- en bergsteen met een driehoekig fronton, waarop een obelisk. Zij bezit: Eenvoudigen eiken preekstoel (XVII d).
g. K 167. Aan de vaart een woonhuis (1744). Puntgevel met schoorsteen op den top, waarin nokanker en toppilaster op leeuwenkop, waaronder een console met opschrift en een steen met: 1744 en W.V. Onder de vensters gegroefde zandsteenen dorpels. Acht sierankers. Inwendig: bakkerswinkel met oorspronkelijke betimmering, voor- en achterkamer en gang met balkenzolderingen gesneden deuren en betimmeringen (± 1750), waarin glazenkastjes en met tegels bekleede wanden. In de achterkamer een schouw, waarin een bekleeding van blauwe en paarse tegels met bijbelsche voorstellingen. | |||||||||||||||||||||||
Langezwaag.e. De ned. herv. kerk, in 1781 gebouwd ter plaatse eener oudere (H. Matthaeus), in 1927 gerestaureerd, bestaat uit een 3/8-gesloten schip en eenen toren, die in zijn benedengedeelten nog overblijfselen van een vroegeren bouw heeft. De kerk bezit: Altaarsteen (XIII?) met wijdingskruisjes, voor den noordelijken ingang. Preekstoel (XVIII c), met rijk gesneden paneelen. Gesneden eiken lezenaar (XVIII c). | |||||||||||||||||||||||
[pagina 281]
| |||||||||||||||||||||||
Eiken Avondmaalstafel (XVII b). Zeven grafzerken (1605, 1655, 1659, 1707, 1741, 1776 en XVIII) rechtop gezet tegen de muren der kerk. Avondmaalszilver: gegraveerden beker (XVII c, merken: S., klaverblad en zwaard tusschen twee kruikjes of eikels? in schild); dito beker (1807, gemerkt DPC) naar den vorigen vervaardigd. Twee klokken, in 1763 gegoten door Pieter Seest. | |||||||||||||||||||||||
Lippenhuizen.e. 1. De ned. herv. kerk, in 1743 gebouwd ter vervanging eener oudere, later gewijzigd, bezit: Eiken preekstoel (XVII c) met gewrongen Korinthische zuilen, omwonden met wijnranken op de hoeken der kuip. Doophek (XVIII d). Heerenbank (XVIII b) bekroond door een alliantiewapen met leege schilden. Eenvoudig gestoelte (XVIII d). Drie koperen twaalflichtskronen. Twee klokken, waarvan een in 1694 gegoten door Petrus Overney en een in 1722 door J.A. de Grave.
2. De doopsgezinde kerk is in 1802 gebouwd.
g. 1. L 182. Woonhuis met luifel (XVII d) op geprofileerde stutten.
2. L 190. Puntgevel (XVIII c) met sierankers. | |||||||||||||||||||||||
Olterterp.e. De ned. herv. kerk (H. Hippolytus), waarschijnlijk ± 1400 gebouwd, in 1744 gewijzigd, in 1913 gerestaureerd (voor rekening van de familie Sandberg), is van groote moppen opgetrokken en bestaat uit een schip, een rechtgesloten koor en eenen vierkanten toren, in 1744 | |||||||||||||||||||||||
[pagina 282]
| |||||||||||||||||||||||
geheel herbouwd, met een ingesnoerde achtkante spits. Aan west- en oostzijde trapgevels; kleine spitsbogige vensters; in noord- en zuidgevel een grooter spitsbogig venster met eenvoudige traceering; in den oostgevel een groep van drie spitsboogvensters, waarboven een ronde lichtopening in den top en waaronder een gedenksteen betreffende de restauratie in 1913; in den zuidmuur een dichtgemetselde korfbogige ingang. Onder de goot een baksteenen tandlijst. In den westmuur van den toren, boven den ingang, een steen met wapens-Boelens en -Lycklama a Nyeholt, een opschrift en: 1744. Inwendig: houten tongewelf (in 1913 vernieuwd) met geprofileerde schinkels. De kerk bezit: Gesneden doophek (XVIII d). koperen lezenaar (XVIII d), waarin: A.C. Trotz. Eenvoudige eiken heerenbank (XVIII d). Zerk (1651-1666) voor Boelard Boelens en zijn vrouw, met alliantiewapen; groote gebeeldhouwde zerk (16...-1672-1690) met alliantiewapen-Boelens en -Hemminga; een kleinere zerk (1676-1709) met alliantiewapen-Boelens en -Ebeltje Mangadan; groote gebeeldhouwde zerk (1715) met wapens-Lycklama a Nyeholt; dergelijke zerk (1720); dergelijke zerk (1730) met alliantiewapen-Boelens en -Hemminga; dergelijke zerk met alliantiewapen voor Ayso Boelens († 1782) en Rinske Lycklama a Nyeholt († 1750). Een halfrond stuk roode Bremersteen (XIV?), waarop een kruis en een (later) ingehakt jaartal: 1718. Vier rouwborden van: Pierius Lycklama a Nyeholt († 1720), Hillegonda Ipekien van Boelens († 1749), Vrouwe Rinske Lycklama a Nyeholt († 1750), Ayzo van Boelens († 1782). Fragment (wapen) uit eert rouwbord van Daniel de Blok Lycklama a Nyeholt († 1781). Klok, in 1776 hersteld door Claudius Fremy te Makkinga. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 283]
| |||||||||||||||||||||||
Terwispel.a. Een aantal sceatta's (VII, z.g. Wodan-monstertype), hier in het veen gevonden, zijn in het Friesch museum.
e. De ned. herv. kerk in 1864 gebouwd, waarschijnlijk op de grondslagen eener oudere, bezit: Eiken preekstoel (XVII) met Dorische zuilen op de hoeken der kuip. Twee klokken, waarvan een in 1662 gegoten door Jurjen Balthasar, en een in 1694 door Petrus Overney. | |||||||||||||||||||||||
Ureterp.a. Een steenen breedtoppige bijl, gevonden te Salmien, is in het Friesch museum te Leeuwarden.
e. De ned. herv. kerk (H. Petrus), waarschijnlijk XIII B gebouwd van groote moppen, ± 1800 verminkt en gedeeltelijk van kleine steen herbouwd, bestaat uit een schip met thans rechtgesloten oostelijk deel (ter vervanging van het vroegere koor), en eenen vierkanten toren van groote moppen, met zadeldak. De noordmuur, evenals de oostmuur van kleine steen, is bezet met eenvoudige pilasters; de zuidmuur bestaat nog grootendeels uit reuzenmoppen en heeft een fragment van een gootlijst (XIII B) van profielsteen. De toren heeft in het bovengedeelte (XVI d?) gekoppelde rondbogige galmgaten. Inwendig: tusschen kerk en toren een spitsbogige verbinding geflankeerd door twee rondbogige muurnissen. In den zuidelijken wand een rondboogstelling. Over de benedenruimte van den toren pendentiefs en muralen van een weggebroken koepelgewelf. De kerk bezit: Kuip van den preekstoel met overblijfselen (± 1650) van gesneden paneelen. Op het kerkhof zerken (1756, 1769 en XIX a). | |||||||||||||||||||||||
[pagina 284]
| |||||||||||||||||||||||
Klokkenstoel, waarin klok in 1766 gegoten door Pieter Seest.
g. Tegenover de kerk de ned. herv. pastorie, oud huis (XIII A) met fragment en aanzetkrullen van een vroegeren halsgevel. | |||||||||||||||||||||||
Ureterp aan de Vaart.g. Nr. 237. Aan de Ureterpervaart een arbeiderswoning genaamd ‘De Paapsche leere’, in welker gewijzigden gevel een wapensteen met wapens-Emingha-Roorda, Latijnsch opschrift en: 1630; op de hoeken van dezen gevel twee zandsteenen engelenkopjes en onderin gebeeldhouwde hoeksteenen. Boven een venster, in een nieuw aanbouwsel, een gebeeldhouwd deurkalf, afkomstig uit Siegerswoude. Nokanker: 1766. | |||||||||||||||||||||||
Wijnjeterp.e. De ned. herv. kerk, in 1778 gebouwd bezit: Gesneden eiken preekstoel (XVIII d), de kuip versierd met voorstellingen van Mozes en de vier Evangelisten. Twee eenvoudige koperen doopbekkens (XVIII?). Heerenbank (XVIII d), bekroond door het geschilderd wapen van Opsterland, gehouden door twee leeuwen. Twee twaalflichts koperen kronen, dertien blakertjes en een koperen arm met twee lichten op den preekstoel (alles XVIII d). Zerk (1690). Zilveren Avondmaalsbeker (1671, merken: Leeuwarden, jaarletter K en meesterteeken A.C. = Alger Claeses). Grooten klokkenstoel met drie klokken, waarvan twee in 1768 en in 1772 gegoten door Steven Borchardt te Enkhuizen en een in 1822 door Andries van Bergen en Mammeus Fremy. |
|