Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst. Deel IX. De provincie Friesland
(1930)– [serie] Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst– Auteursrecht onbekendb. Verdedigingswerken.De oude omwalling is in een plantsoenaanleg veranderd. | |
c. Sluizen, Pompen.1. Vóór het Raadhuis in den kademuur twee gedenksteenen (XVIII c) betreffende den bouw in 1583 van een houten sluis, en de vernieuwing in 1757 door den landschapsbouwmeester Hendrik ‘Sehler’. Een vroeger aanwezige derde steen is vervangen door een nieuwen (1893). | |
[pagina 61]
| |
2. Buiten de stadsgracht eene pomp met ijzer bekleed (1884), de ‘Bonifaciusbron’, met gebeeldhouwde zandsteenen siervaas (XVIIIa), waarop een Bacchantenfeest.
3. Op den hoek van de ‘Fetze’ eene gebeeldhouwde pomp (XVIII a), met hout omkleed; als spuwer een steenen leeuwenkop met zwaren koperen uitlaat; als bekroning een zandsteenen siervaas (XVIII a) met Bacchantenfeest. In den zijgevel tegenover deze pomp een gedenksteen met opschrift: ‘Dit is de Fetzefontein 1712’. | |
d. Wereldlijke openbare gebouwen.1. Het voormalig admiraliteitsgebouw, thans Armhuis, zie f 2.
2. Het raadhuis heeft een keldergedeelte (XVI a) en een bovenbouw (XVII a), naar het W. uitgebreid (1761-1762, door P. de Swart) en verknoeid. Het is een baksteenen gebouw, met vooruitspringende middenpartij en, aan de achterzijde, een uitgebouwden toren (XVI en 1717) en bestaat uit een kelderverdieping, een verhoogden begane-grond en een verdieping. Op den toren een eenvoudige open houten koepel (vernieuwd in 1834) met windvaan. De vroegere midden (top)gevel is vervangen door een kroonlijst met driehoekig gevelveld, bekroond door een houten beeld der Gerechtigheid. Hoofdingang (XVIII d) met halfronde zandsteenen stoep, overdekt door een balcon op Dorische zuilen en met ijzeren balustrade (XIX A), deurkozijn met versierde zandsteenen omlijsting; boven het balcon eveneens een kozijn met versierde omlijsting. Boven in den toren een steen (1717) met de namen der bouwmeesters Outger Douwes en Foppe Hessels. Inwendig: eiken wenteltrap (XVII) met gedeeltelijk behouden oudere ondermetseling: gewelf- | |
[pagina 62]
| |
velden met geprofileerde ribben en met gemetselde spil (XVI c) en treden; leuning met balusters (XVIII a). Op den begane-grond in de wachtkamer (voorm: kantonrechterskamer) een gebeeldhouwde zandsteenen schouw (XVII a, doch geverfd in groen en goud), met ranken en grotesken, rustend op Ionische kolommen, en met het stadswapen; boven het fries een gebeeldhouwde bekroning, waarin het stadswapen; op de hoeken van de schouw twee koperen lichtarmen (XVII c), behangsel van goudleer (XVIII b). In de raadzaal eene betimmering (1763) van bruin geschilderd grenenhout, in den stijl van Lodewijk XV; zoldering met ornament (XVIII c) in stuc; twee schoorsteenen met marmeren onder- en houten bovenmantel en met koperen kaarsarmen; in de bovenmantels witjes (allegorische voorstellingen) in gesneden omlijsting; boven de vier deuren eveneens witjes; in de vakverdeeling der wanden vier historische schilderingen (1763, door D. Reynes) in gesneden omlijsting; aan de wanden zes (waarvan vier gebroken) gesneden houten lichtarmen (alles van 1763); twee leunstoelen en twee-en-dertig stoelen (XVIII b) van beukenhout met snijwerk; vier stoelen (XVIII d); achter de betimmering zijn twee ruimten (toilet en gemak) uitgespaard. In de kleine raadzaal een schoorsteenmantel (XVII c) met moderne schildering; goudleeren behangsel (XVIII b); eene schilderij (XVIII a) met afbeelding van het stadhuis vóór 1760, familiegroep (XVIII b); negen stoelen (XVIII d). Op de deuren van de raadzalen en de wachtkamer koperen kloppers en knoppen (XVII a). Beneden, in de secretarie, een schoorsteenstuk: stedemaagd met het wapen van Dokkum (XVIII c). In de kamer van den burgemeester een koperen kandelaar (XVII) en een zilveren blad (zie h 1). Op den zolder een beschilderde archiefkist (XVIII A). Riblooze kruisgewelven over de kelders in het oudste gedeelte. | |
[pagina 63]
| |
3. Breedstraat. De voormalige waag, in 1752 ter plaatse eener oudere gebouwd, en thans dienst doende als brandweer- en politiehuis, is een vrijstaand baksteenen gebouw (XVIII b/c), afgedekt door een tentdak waarop een eenvoudige houten, met lood bekleede, open koepel met windvaan: stadswapen. De voorgevel heeft vier gemetselde Ionische pilasters, waartusschen drie rechthoekige vlakke nissen en, boven de gootlijst, een gebeeldhouwd zandsteenen topstuk, met het gemeentewapen in omlijsting van zwaar ornament; boven den eenvoudigen achtergevel een dergelijke bekroning, met het wapen van Friesland. In den voorgevel een gebeeldhouwde stichtingssteen met opschrift ‘Weegt en Waakt’ en: 1752. Inwendig een houten opschriftbord over een levering (in 1752) van 50 kazen, wegende 1186 pond, en (in 1759) van 58 kazen, wegende 1293 pond. | |
e. Kerkelijke gebouwen.1. De ned. herv. kerk (H. Martinus) is een baksteenen gebouw (ten deele XIV?, verhoogd en vergroot XV-XVI), bestaande uit een schip met verkort noordelijk zijschip en 5/10- gesloten koor (XV). De westgevel, met dakruiter, werd vernieuwd en gepleisterd (XVI B en XIX). Langs de zijmuren en op de hoeken van het choor steunbeeren; bovendeel van den zijmuur in de westelijke traveeën uitgekraagd op eenige segmentbogen en hieronder, een lage ingang, omlijst met profielsteen en gedekt door een korfboog, waarboven een spitsboog; langs de andere traveeën een tandlijst; met lood bekleed torentje op den westgevel. Inwendig: Schip en zijschip worden gescheiden door vijf ronde zuilen, tusschen welke de spitsbogen zijn weggebroken (XVII d of XVIII a) en eene ‘kraak’ (galerij) werd opgetrokken, rustend op vierkante pijlers, verbonden door rondbogen. Het oorspron- | |
[pagina 64]
| |
kelijke steenen gewelf is vervangen door een gestucadoord segmentvormig houten gewelf. De kerk bezit: Eiken preekstoel (XVIIIb), met trap, klankbord, gesneden rugschot en kuip met gebeeldhouwde paneelen. Eiken doophek (XVIII b) met gedraaide balusters en gesneden middenstuk. Op den preekstoel en het doophek twee gegoten koperen lezenaars (XVII c). Orgel (1688) met balustrade op steenen zuilen. In een der banken een gesneden rugstuk van een vroegere heerenbank (: 1594) en opschrift met de namen Tako van Mockema en ioffrou Isck van Feitsma. Voormalige heeren (thans weezen) bank met rugstuk (XVIII d, overigens XVII). Tochtportaal (XVII d), in het kooreinde, met gebeeldhouwd hoofdgestel; in het fries eene allegorische schildering; (gemerkt; Frans van der Els, 1770 of 1779); in het bekronend fronton het geschilderde stadswapen; balustrade (XVIII d). Avondmaalszilver: een ovalen en twee ronde schotels met opschrift: 1803, (merken: Friesland, Leeuwarden, M = 1789, I.F. = Feddema); een doopbekken en vier bekers (1803 en 1818). Bijbel (1729) met zilveren beslag. De vroeger aanwezige klok, gegoten in 1653 door Eppe van der Arck, is er sinds kort niet meer. Naast de koorsluiting, aan de Fetzestraat A 75, de consistoriekamer: ingezwenkte halsgevel met steenen: 1734 en wapenschild; boven de deur een ovaal licht in omlijsting.
2. De r.k. kerk (H. Bonifacius), gebouwd (XIX d) door Dr. P.J.H. Cuypers, bezit: Relief (XVII d): H. Bonifacius; houten borstbeeld (XVII d) van den H. Leonardus van Vechel. Schilderijen: Maria Boodschap (1633, Vlaamsche | |
[pagina 65]
| |
school); Graflegging (XVII c); H. Ignatius (XVIII); H. Franciscus Xaverius (XVIII); marteling van den H. Laurentius (XVIII b); H. Appolonia (XVII B, school van Rubens); riviergezicht (door D. van Harst); ruiters bij een fontein (± 1700). Verguld-zilveren stralenmonstrans (XVII d, merken: Utrecht en S). Gedreven zilveren miskelk met nodus (XVII c). Gedreven, verguld-zilveren miskelk (1643, merken: Utrecht, C en MB aaneen). Ellipsvormige, zilveren hostiedoos (XVII d), op bolpootjes, op het deksel een Jezus-monogram. Twee zilveren ampullen, waarop een wapenschild; en een ampullenblad (XVIII b, merken: Dokkum, N en HS?) Koperen lavabo (XVII d). Kazuifel (XII B, zeer vergaan) in klokvorm, met gaffelkruis. Koorkap (XII d) van lichtblauwe zijde met patroon van toegewende pauwen. Een fragment van deze kap is in het Aartsbisschoppelijk museum te Utrecht. Drie goudleeren kazuifels (XVIII b/c), met zilveren en gouden rankornament; een dezer kazuifels is in het Aartsbisschoppelijk museum te Utrecht. Hoekkast (XVIII A).
In de pastorie eene kamer, waarin een betimmering (XVIII c); en een schoorsteenstuk (1719, blijkens tijdspreuk): Christus aan het kruis. | |
f. Gebouwen van liefdadigheid.1. Het ned. herv. weeshuis, verbouwd in 1854, heeft in den gevel een gebeeldhouwden gedenksteen (1758) met vers en gemeentewapen, gehouden door twee weezen. Het bezit twee eiken keeften met gepijpte kolommen en gesneden paneelen (XVIIb), en een gewasschen pen- | |
[pagina 66]
| |
teekening (1839), voorstellende den (niet meer aanwezigen) toren der kerk. 2. Lange Oosterstraat, B. 40. Het armhuis, voormalig Admiraliteitsgebouw (Zeekantoor), is een baksteenen gebouw (1618) met zandsteenen banden, blokken en lijsten, waarvan de geveltop over de middenpartij verdwenen is. Boven de vensters paanderbogen met zandsteenen kopjes als sluitstukken; aan het binnenplein de stoep met den ingang, geflankeerd door pilasters, met behakte zandsteenblokken versierd en gedekt door een hoofdgestel met fries (1618) en gebeeldhouwde bekroning met wapen van Friesland - Groningen boven gekruiste ankers, drie obelisken en leeuwenmasker. Acht-en-twintig knopankers. Aan de straatzijde een poortje van bak- en bergsteen, geflankeerd door pilasters met maskers; sluitsteen met leeuwenkop. Inwendig: eiken balkenzoldering met geprofileerde sleutelstukken (XVII a). | |
g. Particuliere gebouwen.A. Late Gothiek.1. Boterstraat A 41. Gepleisterde puntgevel (XVIa), met korfbogen boven de vensters der verdieping en overblijfselen van hoekpinakels. Top gewijzigd. 2. Lange Oosterstraat tegenover B 32. Pakhuis (of brouwerij?) gevel (XVI a), met geprofileerde baksteenen lijsten, ten deele weggehakt; zijgevel onder het dak overgebouwd. | |
B. Renaissance.3. Zijl D 33. Voormalige trapgevel (1622), waarvan de top thans schuin is afgedekt; bak- en bergsteenen banden, met omlijstingen van profielsteen om de vensters. Vensters gewijzigd, waardoor de vier ontlastingsbogen | |
[pagina 67]
| |
van den beganen grond verdwenen; overigens Tudorbogen boven de vensters. Knopankers. 4. Zijl D 34 (hoek Vlasstraat). Hoekhuis met twee trapgevels (1622, blijkens steen) waarvan een in den top verminkt, de andere met gewrongen toppilaster. Bergsteenbanden. Geprofileerde dagkanten aan de bovenste vensters. Tudorbogen. Pui gewijzigd. 5. Dijk D 50. Verminkte topgevel (XVII a) met banden, verder omlijstingen en ontlastingsbogen als bij de twee vorige gevels. De top vervangen door een driehoekig houten fronton. 6. Keppelstraat D 207. Trapgevel (XVII a) met zandsteenen afdekkingen en gewrongen toppilaster op kraagsteen. 7. Zijl D 32. Trapgevel (XVII a), met zandsteenen banden en blokken en toepassing van profielsteen; in de bogen engelkopjes. Kraagsteen onder den uitgeschulpten toppilaster. Acht knopankers. 8. D 175. Trapgevel (XVII b) met geprofileerde afdekkingen en toppilaster op leeuwenkop. 9. Anjelierstraat A 94. Trapgevel (XVII b) met geprofileerde afdekkingen, korfbogen, waarin zandsteenen sluitstukken, profiellijsten en toppilaster op leeuwenkop. Zeven sierankers met knoppen. In den zijgevel de steen vermeld onder c 3. | |
C. Lodewijkstijlen.10. Lange Oosterstraat B 6. Ingezwenkte halsgevel top met krullen, afdekking en topstuk met siervaas. Gebeeldhouwde gedenksteen: grutterij en: 1739. Twee blanke wapenschilden. 11. Vleeschmarkt D 12. Halsgevel (1743) met gebeeldhouwde vleugelstukken en topstuk; in den gevel een groote cartouche: ‘De gouden hand’. | |
[pagina 68]
| |
12. Dijk D 58. Pakhuisgevel met ingezwenkten hals (XVIII A). 13. Kleine Breedstraat B 98. Ingezwenkte halsgevel (1750) met krullen. De gevel is aan eene zijde verbreed. 14. Keppelstraat D 142. Ingezwenkte halsgevel (1758) met krullen, (voorheen brouwerij). Gevelsteen: klok, en I.F. 15. Koningstraat C 78. Ingezwenkte halsgevel, (XVIII c 1759?), gebeeldhouwde krullen (afdekking en topstuk verwijderd). 16. Dijk D 55. Ingezwenkte halsgevel (1762) met krullen en kuif. 17. Keppelstraat D 145. Ingezwenkte halsgevel (1794) met krullen. Fronton verdwenen. 18. Kleine Breedstraat B 104. Gevel (XVIII d) met rechte kroonlijst en gemetselde hoekpilasters.
Gevelsteenen, voor zoover nog niet genoemd: In den tuinmuur naast het pakhuis (zie g. 2), tegenover B 32 (1614, loopend hert); Boterstraat, hoek Anjelierstraat (1649, botervat); Boterstraat A 44 (1656, zeepaard); Lange Oosterstraat B 39 (cartouche XVII); Boterstraat, A 173 (XVII, eenhoorn); Koningstraat C 66. (XVIII, zeilschip). Westerbolwerk bij voormalige walpoort (1834, stadswapen en S P Q D, wellicht afkomstig uit het tolhuis?).
Fragmenten van binnenarchitectuur: 1. Lange Oosterstraat B 13. Inwendig: In de gang een gesneden houten portiek (XVII c) met pilasters en eene bekroning, waarin wapens (o.a. Schwartzenberg) als vulling. Linkervoorkamer met gesneden dubbele deur en schouw (XVIII b), in den stijl van Lodewijk XV; schoorsteenstuk door L. van der Werf (1753). Rechtervoorkamer met bedschot, deuren en schoorsteen en gestucadoord plafond (XIX a) in den stijl van het Eerste | |
[pagina 69]
| |
Keizerrijk. In de achterkamer en in het kantoor een betimmering (XVIII b) en deurbekroningen (XIX a). In de keuken een tegelbekleeding. 2. Koningstraat C 137 a. Stuczoldering (XIX a), in den stijl van het Eerste Keizerrijk. 3. Breedstraat B 19. In een onlangs geheel verbouwd huis van 1697 (blijkens ankers in den achtergevel) is, als eenig overblijfsel van het interieur (XVII d en XVIII B), een beschilderde schoorsteenmantel (± 1800) bewaard gebleven.
Op een der bolwerken een molen: bovenkruier met het jaartal 1849. | |
h. Varia.1. De stad bezit een rechthoekig zilveren blad (1784, merken: Friesland, Leeuwarden, G en HD = H. Daum) met gegraveerde afbeeldingen van twee zegels en met magistraatswapens.
2. Een in Dokkum vervaardigd zilveren oorijzer (1696) met peervormige knoppen, een zegelstempel (XVII) der stad, alsmede een aantal Landdag-, vroedschaps- en gildepenningen (XVII-XVIII), uit deze gemeente afkomstig, bevinden zich in het Friesch museum te Leeuwarden. |
|