Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst. Deel VII. De provincie Overijssel

[pagina I]

VOORLOOPIGE LIJST DER MONUMENTEN IN DE PROVINCIE OVERIJSEL

[pagina III]

VOORLOOPIGE LIJST DER NEDERLANDSCHE MONUMENTEN VAN GESCHIEDENIS EN KUNST

DEEL VII

DE PROVINCIE OVERIJSEL

OPGEMAAKT EN UITGEGEVEN DOOR AFDEELING A DER RIJKSCOMMISSIE VOOR DE MONUMENTENZORG INGESTELD BIJ KONINKLIJK BESLUIT VAN 10 MEI 1918, No. 66

's Gravenhage - Algemeene Landsdrukkerij - 1923 Verkrijgbaar bij A. Oosthoek te Utrecht

[pagina 187]

Toevoegsels en verbeteringen.

Almeloo (Stad-). Blz. 3, 7e r.v.b. in te voegen: Verzameling-Mr. G.J. ter Kuile. Schilderijen, waaronder een Christus (XVIa, Hollandsche school) op weg naar Emmaus, en een portret (XVIII d), voorstellend Maria van Lelievelt, weduwe van Ds. W. van den Broeck, in gesneden lijst met hare acht kwartieren. Verzameling van praehistorische voorwerpen.

Ambt-Delden. Blz. 5, 6de r.v.b. te lezen: klassistischen gevel met, boven de deur, een zware kroonlijst, enz.

Ambt-Ommen. Blz. 7, na 17en r.v.b. in te voegen: huis Vilsteren. Inrijhek (XVIII d) met siervazen op de pijlers.

In het huis Klein Archem worden zes familieportretten bewaard uit het geslacht van Haersolte (XVIII a-XIX A), waaronder twee (1707, door H. de Valk).

Borne. Blz. 13 onderaan toe te voegen: Verzameling-v. Bönninghausen. Familieportretten uit de geslachten v. Bönninghausen, van Voorst tot Voorst, Mulert. Portret van Suffia van Amerongen, moeder van Lysbet Jansz van Egmont van de Niewburgh door Maerten van Heemskerck.

Dalfsen. Blz. 16, 2e r.v.b. De kwartieren zijn die van Johan Seger van Rechteren († 1701), zijn echtgenoote Agatha Sophia van Raesfelt († 1705), hun zoon Joachim Hendrik Adolf († 1719), en diens echtgenoote Amalia Alexandra Frederica van Limpurg, die het monument liet plaatsen.

Delden (Stad-). Blz. 18, vóór 16en r.v.b. in te voegen: In het raadhuis een steen met het stadswapen en met een tijdvers (1738), afkomstig uit het oude raadhuis.

Blz. 19, 18e r.v.b. te lezen XVII d i.p.v. XVI d.

[pagina 188]

Blz. 19, na 10en r.v.o. Overblijfselen van muurschilderingen in het koor en tegen den oostmuur van den noordbeuk.

Blz. 19, 8e r.v.o. te lezen grafsteen i.p.v. gedenksteen.

Blz. 19, 7e r.v.o. toe te voegen: Vier zilveren bekers, waarvan twee met een gegraveerde afbeelding der kerk, benevens eenig tinwerk worden in het kasteel Twickel bewaard.

Deventer. Blz. 43, nrs. 19-20 te schrappen; nrs. 26-27 is een halsgevel.

Blz. 48, nr. 47 te lezen vestingmuur i.p.v. poortbekroning.

Enschede. Blz. 55, na 8en r.v.b. in te voegen: In het raadhuis bevindt zich een portret van Herman van Lochem (1695-1722) door F. Menninghuysen.

Blz. 55, 8e r.v.o. te lezen 1598 i.p.v. 1578 en bij te voegen: een zilveren beker (XVII a).

Achter h in te vullen: een ijzeren lichtkroon, afkomstig uit de Ned. Herv. kerk te Borne; een repliek van het in het raadhuis aanwezige portret van Herman van Lochem; topographica.

Goor. Blz. 57, na 18en r.v.b. in te voegen: In het raadhuis een gepolychromeerde steen (1648) met het stadswapen en een opschrift, afkomstig uit het oude raadhuis.

Haaksbergen. Blz. 58, na 7en r.v.o. in te vullen: Een koperen kroon (1728).

Blz. 58, 6e r.v.o. te lezen twee groote i.p.v. een groote.

Hellendoorn. Blz. 66, onderste r. en blz. 67, te en 2e r.v.b.: het koor, de kapellen en de toren zijn vermoedelijk XVI (in den westmuur van het koor staat het jaartal 1561).

Blz. 67, na 13en r.v.b. toe te voegen: de R.K. kerk bezit een gedreven zilveren monstrans (XVIII c) en een dito kelk (XVIII d).

Hengeloo. Blz. 67, na 10en r.v.o. toe te voegen: Bij den koster bevindt zich een eiken kistje, eigendom der diaconie, met ijzeren hengsels en beslag; in het deksel een opschrift en: 1773.

[pagina 189]

Kampen. Blz. 75, 13e r.v.o. te lezen schoorsteen i.p.v. schoorsteenen.

Blz. 84, nr. 3. De bouwmeester der Ev. Luthersche kerk is Nic. Plomp.

Blz. 99, nr. 5-9, toe te voegen: Koornmarkt 1 (voormalig gebouw van den Hoofdcursus).

Ootmarsum. Blz. 118, 18e r.v.b. toe te voegen: een zilveren schotel met het wapen van het omstreeks 1835 uitgestorven geslacht von Heyden.