Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst. Deel VII. De provincie Overijssel
(1923)– [serie] Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst– Auteursrecht onbekend
[pagina V]
| |||||||||||||
Voorwoord.Afdeeling A der bij Koninklijk besluit van 10 Mei 1918, No. 66 ingestelde Rijkscommissie voor de Monumentenzorg heeft in opdracht het samenstellen en uitgeven eener geillustreerde beschrijving van alle in Nederland aanwezige gebouwen en voorwerpen, dagteekenend van vóór 1850, die eenig belang hebben uit een oogpunt van kunst of geschiedenis. Aldus zal worden verkregen een handboek, waarin men over de aanwezigheid, de artistieke of historische waarde en den toestand der monumenten van geschiedenis en kunst uitvoerige inlichtingen kan vinden en tegelijkertijd een volledige en betrouwbare bron voor de Nederlandsche kunstgeschiedenis. Teneinde dit groote werk met meer kennis van zaken te kunnen volbrengen en een handleiding te scheppen, welke bij de in bewerking zijnde en de voorgenomen geillustreerde beschrijvingen nuttigen dienst zou verleenen, tevens ook om zoo spoedig mogelijk een overzicht te verstrekken van al wat het behouden waard is, ging men ertoe over eene ‘Voorloopige lijst’ der monumenten uit te geven, waarin gebouwen en met gebouwen samenhangende voorwerpen alleen kort worden vermeld. Voor het thans verschijnende zevende deel dezer lijstGa naar voetnoot1), bevattende de monumenten der provincie Overijsel, is het voorbereidend werk in de jaren 1904-1918 geschied door het lid der Afdeeling, den heer F.A. Hoefer. Deze heeft daarna, bijgestaan door het lid, den heer W. te Riele Gzn., die in het bijzonder op architectonisch gebied van voorlichting diende, zijn materiaal herzien, waartoe beide heeren de volgende plaatsen bezochten: Almeloo, Ambt-Ommen, Avereest, Batmen, Blokzijl, Dalfsen, Dedemsvaart, Delden, Deventer, Diepenheim, Enschedé, Goor, Den Ham, Hardenberg, Heemse, Heinoo, Hellendoorn, IJselmuiden, Kampen, Kampereiland, Mastenbroek, Oldemarkt, Oldenzaal, Olst, Ommen, Raalte, Rijsen, Steenwijk, Steenwijkerwold, Weerseloo, Wijhe, Zalk en Veekaten, Zwolle en Zwollerkarspel. De heer Hoefer heeft toen zijn aanteekeningen in systematischen vorm gebracht en deze zijn vervolgens door het bureau, met behulp van de hier aanwezige gegevens, aangevuld, in den loop van 1921-1922 in persklaren vorm gebracht en | |||||||||||||
[pagina VI]
| |||||||||||||
gedeeltelijk ter perse gelegd. Het bleek toen echter noodig talrijke vraagpunten op te lossen, wijzigingen en aanvullingen aan te brengen, hetgeen in de meeste gevallen een onderzoek ter plaatse noodzakelijk maakte. Hiertoe bezichtigde het lid, tevens secretaris der Afdeeling, Dr. E.J. Haslinghuis, monumenten in de gemeenten Blokzijl, Deventer, Oldenzaal, Olst, Ootmarsum, Raalte, Rijsen, Steenwijk, Tubbergen, Vollenhove, Wijhe, Zwolle, terwijl de commies, de heer F.A.J. Vermeulen, bezoeken bracht aan de gemeenten Almeloo, Ambt-Delden, Borne, Delden, Deventer, Diepenveen, Goor, Hengeloo, Kampen, Rijsen, Wijhe, Wilsum, Zalk en Veekaten, Zwolle. Ook de vernummering van perceelen, welke middelerwijl in enkele groote gemeenten, met name in Deventer en Kampen had plaats gehad, veroorzaakte eenige vertraging tijdens het ter perse leggen van den tekst. Omtrent het aandeel der leden van de Afdeeling in de samenstelling van dit werk, dient nog te worden vermeld, dat de schilderijen, muurschilderingen en gebrandschilderde vensters door het lid Dr. C. Hofstede de Groot in 1922 en 1923 werden opgenomen en geïnventariseerd. De drukproeven zijn behalve door den samensteller en het bureau ook door den voorzitter, Mr. Dr. J.C. Overvoorde, nagezien. De registers zijn samengesteld door het bureau, vooral door den heer Vermeulen. Met erkentelijkheid moge nog de medewerking worden herdacht, welke werd ondervonden van particulieren, vertrouwd met de locale geschiedenis en toestanden in verschillende gemeenten, met name van mej. C.J. Welcker, gemeente-archivaris te Kampen, en van de heeren, Mr. J. Acquoy, gemeente-archivaris te Deventer, Dr. M.E. Houck ter zelfder plaatse, Mr. G.J. ter Kuile te Enschedé, en A.J. Reijers, architect te Kampen. Zijn de voorafgaande zes deelen der voorloopige lijst gedrukt door bemiddeling van den uitgever A. Oosthoek te Utrecht, het thans verschijnende deel werd, op verlangen van het Departement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, op de persen der Landsdrukkerij gebracht. Hieruit zijn de typografische verschillen en de andere soort van papier te verklaren, waardoor dit deel van zijn voorgangers afwijkt.
Evenals tot dusverre zijn de monumenten in deze lijst gerangschikt volgens de gemeenten, en deze laatste in alphabetische volgorde geplaatst naar de spelling der ‘Woordenlijst’ van het Aardrijkskundig Genootschap. Binnen elke gemeente geschiedt de vermelding der monumenten volgens deze indeeling:
| |||||||||||||
[pagina VII]
| |||||||||||||
Aan de vermelding der monumenten zijn toegevoegd: eene opsomming hunner voornaamste onderdeelen, enkele historische gegevens, voor zoover die in voor de hand liggende literatuur werden gevonden en betrouwbaar geacht, en eene dateering, waar mogelijk aangegeven door een jaartal, en overigens door een eeuwcijfer, gevolgd door A of B ter aanduiding van de eerste of tweede helft eener eeuw, of door a, b, c, d, om een der vierendeelen van de eeuw aan te wijzen. De plaatsaanduiding der onderdeelen van een gebouw geschiedt zooveel mogelijk door aanduiding der windstreek, waarop zij gelegen zijn, bij kerken echter steeds, als waren zij zuiver georiënteerd. Bij Hervormde kerken, die oorspronkelijk zijn gebouwd voor den Katholieken eeredienst, is dit, voor zoover het zonder opzettelijk onderzoek mogelijk was, kenbaar gemaakt door den beschermheilige, aan wien zij waren gewijd, te vermelden. Aangezien de gegevens voor deze lijst grootendeels vóór 1921 zijn bijeengebracht, konden de merken op zilverwerk, waarvan de vermelding bij besluit der Afdeeling van 22 Februari 1921 werd voorgeschreven, niet worden medegedeeld.
Een chronologisch overzicht der voornaamste bouwwerken, een register van kunstenaars en ambachtslieden, ingedeeld volgens de vakken, een register van geslachts- en persoonsnamen, en een topografisch register besluiten het boek. Zooals de titel aanduidt, draagt dit werk een voorloopig karakter. Voor op- en aanmerkingen houdt onze Afdeeling zich daarom dringend aanbevolen.
Afdeeling A der Rijkscommissie voornoemd:
De Voorzitter: Mr. Dr. J.C. OVERVOORDE.
De Secretaris: Dr. E.J. HASLINGHUIS. |
|