Ommen (Stad-).
d. Het raadhuis werd in 1828 opgetrokken, ter vervanging van een ouder (1531-'46 gebouwd).
e 1. De ned. herv. kerk (H. Brigitta), reeds in 1319 genoemd als kerspelkerk, en oorspronkelijk aan een andere heilige gewijd, in 1460 vermeld onder het patronaat der H. Brigitta, is een geheel gepleisterd gebouw (XV), waarvan het onderste gedeelte is opgemetseld van oersteen, bestaande uit eenen hoofdbeuk met ⅜-gesloten koor, een noordelijken zijbeuk met rechtgesloten koor, een uitbouw (XV, thans consistoriekamer) aan de zuidzijde bij het koor, en een vierkant klokkenhuis (XVIII) tegen den westgevel van den zijbeuk. Op het dak van den hoofdbeuk een houten torentje (XIX B). Inwendig: in hoofd- en zijbeuk gepleisterde houten zolderingen. In de consistoriekamer een kruisribgewelf (XVI). In het klokkenhuis is een ongepleisterd gedeelte (XVI) van den oorspronkelijken westelijken puntgevel van den noordbeuk zichtbaar, waarin een dichtgemetseld rond- en een spitsbogig venster, en overblijfselen van een steunbeer. De kerk bezit:
Eiken preekstoel (XVII c).
Gegoten koperen lezenaar (XVIII c), en gegoten ijzeren lezenaar (XVIII c), met de wapens-Pallandt en Haersolte.
Orgel (1821).
Eiken banken (XVII c-XVIII b).
Grafzerken (XVII en XIX a).
Twee klokken, in 1517 gegoten door Henricus de Tremonia (Dortmund).
Een zandsteenen doopvont (± 1200), uit deze kerk afkomstig, is in het Rijksmuseum te Amsterdam.