Vooys. Jaargang 35

[p. 114]

Personalia

Anne Sluijs is redacteur bij Vooys. Ze studeert Nederlandse taal en cultuur aan de Universiteit Utrecht, waarbij zij zich voornamelijk bezighoudt met moderne letterkunde. Na een half jaar stage te hebben gelopen bij het Nederlands Letterenfonds, werkt ze nu aan haar bachelorscriptie over de Nederlandse reactie op de succesvolle Engelse vertaling van Gerard Reves De avonden (The Evenings). Ze is geïnteresseerd in het moderne auteurschap en de rol van instituties in het literaire veld.

Annelot Prins studeerde af in Cultural Analysis en Literary Studies aan de Universiteit van Amsterdam. In haar onderzoek brengt ze feministische theorie en celebrity studies samen. Haar focus ligt op Amerikaanse popcultuur en ze is in het bijzonder geïnteresseerd in de relatie tussen popmuziek en identiteitspolitiek. In 2016 rondde ze een masterthesis over de star text van Beyoncé af, en schreef ze een tweede masterthesis over de representaties van witte vrouwelijke seksualiteit in de oeuvres van Miley Cyrus en Taylor Swift. In oktober begint Annelot aan haar PhD-onderzoek naar celebrityfeminisme in Amerikaanse popmuziek aan het JFK Institute for North American Studies aan de Freie Universität Berlin.

Arne Vanraes (KU Leuven en Fonds Wetenschappelijk Onderzoek - Vlaanderen (FWO)) zit momenteel in het eerste jaar van zijn doctoraatsonderzoek naar de notitieboeken van Roland Barthes, Hélène Cixous en Bracha L. Ettinger (geconceptualiseerd als nodebooks). Daarvoor bood hij dramaturgische assistentie in (Butoh-)dans en deed hij onderzoek aan de KU Leuven rond literair advies. Hij geeft les in Theory of Contemporary Dance en publiceerde over affecttheorie en literaire expressie, kinesthetische empathie en de relationele filosofie van Butoh en Bracha L. Ettinger, de politiek/economie van crisis, en literair advies rond de poëtica van creatieve receptiviteit in het notitieboek. Hij is co-organisator van het symposium ‘Mediating Immediacy: Choreographing Affect’ (KU Leuven - STUK, 2017).

Bibi Kampstra is een multidisciplinary-artsstudent aan de Toneelacademie Maastricht. Ze focust zich met name op illustratie, film en schrijven. Op het moment zit zij in haar afstudeerjaar en is ze bezig met het maken van een korte speelfilm genaamd ‘Vlagen van Mij’. De film zal in juni in première gaan.

[p. 115]

Carmen Verhoeven is eindredacteur bij Vooys. Ze volgt de onderzoeksmaster Nederlandse literatuur en cultuur aan de Universiteit Utrecht en houdt zich daarbinnen hoofdzakelijk bezig met tekstuele cultuur uit de late zestiende en zeventiende eeuw. Zo deed ze onlangs een verkennend onderzoek naar de invloed van buitenlandse liederen op Nederlandstalige contrafacten. Daarnaast is ze als student-assistent betrokken bij het project ‘Language Dynamics in the Dutch Golden Age’.

David Bolt is Associate Professor in the Department of Disability and Education, Programme Leader on the Disability Studies MA, and Director of the Centre for Culture and Disability Studies at Liverpool Hope University. He is author of The Meta-narrative of Blindness: A Re-reading of Twentieth-Century Anglophone Writing (University of Michigan Press, 2014) and Editor in Chief of the Journal of Literary and Cultural Disability Studies (Liverpool University Press and Project MUSE). He is Book Series Editor, with Julia Miele Rodas and Elizabeth J. Donaldson, of Literary Disability Studies (Palgrave Macmillan and Springer) and General Editor, with Robert McRuer, of the multiple volume project A Cultural History of Disability (Bloomsbury).

Esther Op de Beek is universitair docent en onderzoeker aan de Universiteit Leiden. Ze studeerde Nederlands aan de Radboud Universiteit en promoveerde daar ook op een proefschrift over evaluaties in de Nederlandse literaire dagbladkritiek tussen 1955 en 2005. Ze was jarenlang redactielid van het Tijdschrift voor tijdschriftstudies, bezorgde Cees Nootebooms poëzierubriek uit Avenue ter gelegenheid van diens tachtigste verjaardag (De Bezige Bij, 2013) en - met Jos Muijres - de bundel Op de hielen. Opstellen over recente Nederlandse en Vlaamse literatuur (Vantilt, 2014). Haar huidige onderzoek richt zich op de verwevenheid van cultuurspecifieke geluksdiscoursen, narrativiteit en (poëticale) normativiteit.

Frank Brandsma is docent-onderzoeker vergelijkende literatuurwetenschap (middeleeuwen) aan de Universiteit Utrecht. Zijn onderzoek is gericht op verteltechnieken in de Arthurroman, met speciale aandacht voor de presentatie van emoties.

Gwen Kerkhof Mogot volgde na haar bachelor Literatuurwetenschap de research-master Comparative Literary Studies aan de Universiteit Utrecht. In 2015 studeerde zij af en in datzelfde jaar won zij de scriptieprijs van Indische Letteren voor haar masterscriptie ‘Beyond the Dutch Indies: Colonial Memory of the Second and Third Generation Indo in Literary Texts and Monuments’. Tijdens haar master specialiseerde zij zich in memory studies en koloniaal erfgoed. Nu volgt zij de educatieve master Engelse taal en cultuur, wederom aan de Universiteit Utrecht. Zij heeft ambities in onderwijs en onderzoek en zou graag haar studie naar de herinnering aan het koloniaal verleden voortzetten.

[p. 116]

Inge Mathijssen rondde in 2016 de onderzoeksmaster Comparative Literary Studies aan de Universiteit Utrecht cum laude af. Ze heeft zich in deze studie in het bijzonder gericht op postkoloniale en transnationale vraagstukken, en schreef haar masterscriptie over hoe er vanuit niet-eurocentrische literatuur en theorie gekeken wordt naar het concept van de mens. Binnenkort verschijnt naar aanleiding van deze scriptie in PhiloSOPHIA een recensie van haar hand van het boek Sylvia Wynter. On Being Human as Praxis, van Katherine McKittrick. Ze werkt op dit moment voor de Universiteit Utrecht aan de organisatie van de Annual Meeting van de American Comparative Literature Association die in juli 2017 in Utrecht zal plaatsvinden.

Jante Wortel schrijft proza en poëzie. Ze studeert in 2017 af aan de opleiding Creative Writing op ArtEZ, en schrijft voor haar eindwerk een novelle gebaseerd op de drie maanden dat haar ouders een ex-gedetineerde in huis namen. Daarnaast doet ze onderzoek naar schaamte bij, rond en in het schrijven, waar ze columns over schrijft voor Passionate Platform. In 2016 stond ze in de finale van de landelijke schrijfwedstrijd Write Now!.

Klaas la Roi is redacteur bij Vooys en volgt de master Neerlandistiek aan de Universiteit Leiden. Binnen zijn specialisatie in de moderne letterkunde doet hij onderzoek naar Nederlandse literaire werken over gestorven kinderen. Doordat hij zijn bachelor in de taalbeheersing afrondde, is hij met name geïnteresseerd in de plek van retorische elementen in literatuur en de connectie tussen autobiografisme en taalhandelings-theorieën.

Laura de Bruijn is redacteur bij Vooys. Ze studeert Literatuurwetenschap aan de Universiteit Leiden en zal binnenkort van start gaan met haar bachelorscriptie over Nederlands surrealistisch werk dat verscheen in het tijdschrift De Schone Zakdoek.

Levi van der Veur rondde in de zomer van 2016 de onderzoeksmaster Comparative Literature af aan de Universiteit Utrecht.. Haar interesse in medische metaforen en het lichaam in de literatuur ontstond tijdens een uitwisseling met de universiteit van Kent waar ze het vak ‘Literature and Medicine’ volgde. Nu werkt ze alweer een halfjaar bij Uitgeverij Ten Have en brengt ze het filosofische boek aan de lezer.

Liedeke Plate is als universitair hoofddocent genderstudies en cultuurwetenschappen werkzaam aan de Radboud Universiteit. Ze is auteur van Transforming Memories in Contemporary Women's Rewriting (Palgrave, 2011) en mederedacteur van, onder andere, Handboek genderstudies in media, kunst en cultuur (Coutinho, 2015), Mythen van gender (Vantilt, 2015) en Doing Gender in Media, Art and Culture: A Comprehensive Guide to Gender Studies (Routledge, 2017).

[p. 117]

Maartje Amelink volgt de onderzoeksmaster Nederlandse letterkunde aan de Universiteit Utrecht en de Universiteit van Amsterdam. Ze specialiseert zich in het raakvlak tussen literatuur en filosofie. Sinds oktober 2015 is ze met veel plezier eind- en beeldredacteur bij Vooys.

Moniek Kuijpers doet empirisch onderzoek naar absorberende leeservaringen en de tekstuele elementen die ze veroorzaken en de effecten die ze opleveren. In 2014 heeft ze haar dissertatie Absorbing stories. The effects of textual devices on absorption and evaluative responses verdedigd aan de Universiteit Utrecht. Nu is ze werkzaam als onderzoeker aan het Max Planck Institute for Empirical Aesthetics in Frankfurt am Main. Belangrijke recente publicaties zijn Exploring absorbing reading experiences: Developing and validating a self-report scale to measure story world absorption (2014) en Reconceptualizing Foregrounding: Identifying Response Strategies to Deviation in Absorbing Narratives (2016). Meer over haar onderzoek is te vinden op www.moniekkuijpers.com.

Nanna de Jong volgde een tekencursus van Sayat Uşakligil op de Mimar Sinan Üniversitesi en liep stage bij Jakob Hinrichs en Katia Fouquet. Ze behaalde haar Bachelor of Design aan de Hogeschool van de Kunsten Utrecht en is momenteel freelance illustratrice, parttime barista en fulltime beeldactiviste en levenskunstenares. Zie voor meer informatie haar website: www.nannabananna.com.

Nastia Cistakova is een driehonderd jaar oude ‘human-sized female person’. Ze is boos op de wereld dus probeert ze met een hoge dosis humor, absurditeit en brutale uitspraken mensen wat langer stil te laten staan bij diverse onderwerpen. Haar hart gaat sneller kloppen van t-shirtteksten, mensen in scootmobielen, knalblauw en de ‘shhh-oorlog’ in de stiltecoupé.

Sanne Lammers is bezig met het afronden van de master Vertalen aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Ze werkt als revisor bij Taalcentrum-VU en vertaalt daar inmiddels ook het een en ander, zowel van het Engels naar het Nederlands als andersom. Daarnaast is ze chef eindredactie bij historisch tijdschrift Codex Historiae.

Stephan Besser is universitair docent Moderne Nederlandse letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam en programmadirecteur van de Onderzoekschool Literatuurwetenschap (OSL). In 2013 verscheen zijn studie Pathographie der Tropen. Medizin, Literatur und Kolonialismus um 1900 over de representatie van de tropen in de Duitse koloniale cultuur rond 1900. Momenteel richt zijn onderzoek zich op poëtica's van het weten in de hedendaagse neurocultuur (Worlding the Brain: Tropes and Patterns of Contemporary Neuroculture).