worden en werd ik afgekeurd. Dat was heel hard. Het was ook het moment dat ik geld ging verdienen: na drie jaar zakgeld, was ik inmiddels bij een vast salaris beland. Het vierde en het vijfde jaar van de militaire academie heb ik afgemaakt; maar ik moest een ander vak leren.
Tekenen en schilderen ben ik blijven doen, tot mijn vijfendertigste, toen ik in één keer terugkeerde naar de poëzie. Ik heb eigenlijk nooit meer een kwast vastgepakt, al heb ik best mooie dingen gemaakt. Op een gegeven moment vond ik dat ik te weinig kwijt kon in het schilderen. ‘Ik kon mezelf er onvoldoende in kwijt’ - dat is natuurlijk gek om te zeggen, want vervolgens schreef ik allemaal bundels flarf en procedurele poëzie: losgezongen van mezelf.
Wat kon je in poëzie precies kwijt dat kwast en verf niet konden uitdrukken?
Ik zoek naar een verbinding tussen poëzie en filosofie. Ergens zit daar een raakvlak dat misschien niet heel direct herkenbaar is, maar het zit er voor mij wel. En dat kon ik niet in het tekenen en schilderen kwijt. Ik had de behoefte om me uit te drukken, niet zozeer gevoelens, maar meer qua inhoud, gedachten, meer richting de filosofiekant. Meer diepgang.
Eerder beschreef je de filosofische vragen die je tegenkwam in Afghanistan. Poëzie biedt jou dus de mogelijkheid die vragen te stellen en daarop te reflecteren?
Ja, absoluut. En poëzie verschaft mij de vrijheid om er op een heel andere manier mee om te kunnen gaan, om op andere manieren antwoorden te krijgen. Om vanuit andere invalshoeken, op een niet-militaire manier, te kijken welke antwoorden je zou kunnen geven. Poëzie verschaft mij dat platform.
Dat is ook de reden dat ik ben overgestapt van het schilderen naar het schrijven, naar de taal: omdat poëzie voor mij het medium is waarin alles geoorloofd is, waarin ik alles kan en mag en probeer te doen. Ondanks dat kader dat ik mezelf af en toe opleg. Die beperkingen, hoe gek dat ook klinkt, verschaffen juist die vrijheid. Procedures dwingen je om out of the box te denken. Als je de procedures niet hebt, blijfje te eng en te dicht bij jezelf. Die procedure dwingt je dingen te vinden die je anders nooit gevonden had. Een procedure dwingt me een kant op die ik zelf nooit had kunnen vinden.
Toch stap je steeds meer van de procedures af.
Omdat dit een gebied is dat ik nog niet verkend heb. Het is in elk geval een gebied dat ik per definitie ook wil betreden om te kijken wat me dat oplevert. Het is kwetsbaarder en ik durf me langzamerhand ook steeds kwetsbaarder op te stellen. Ik durf dingen te doen die ik in het begin niet durfde te doen.
Als ik dan al iets toe te voegen heb, dan ligt dat in mijzelf. Dat is één van de redenen waarom ik nu probeer terug naar mezelf te gaan: om te kijken wat ik dan precies toe te voegen heb. Ik kan nog wel honderden van die procedures verzinnen, maar wat heb ik nou daadwerkelijk te zeggen? En natuurlijk: ik ben al die bundels. Ik ben dat allemaal.