[Nummer 3]
[Voor het doek]
[lezer gaat onderuit zitten op de bank met een kop koffie in de aanslag. Slaat de nieuwe Vooys op en begint te lezen... Spotlights gaan aan:
Rob Erenstein staat achter het spreekgestoelte]
erenstein:
[zingzangend] Een literair werk heeft het maar makkelijk...
[doek gaat langzaam open en de opstelling van Wie van de drie wordt zichtbaar; showhost Paul Franssen gebaart meneer A zich voor te stellen]
meneer a:
Ik ben William Shakespeare en ik ben katholiek.
meneer b:
Ik ben William Shakespeare en ik ben protestant.
meneer c:
[verdwaasd] What's in a name?
[uit coulissen strompelt met bebloede handen de berouwvolle Jeptha naar voren en werpt zich op de knieën]
jeptha:
Ik ken mijn schuld en werp mij voor uw voeten / bereid, kan 't zijn, dit zwaar vergrijp te boeten.
[een polyfone pieptoon weerklinkt]
franssen:
Een sms van Christian Schlösser: ‘Voorstelling niet postdramatisch genoeg, moet digitaal nabewerkt worden. CS’.
[Nirav Christophe staat op uit souffleerkistje, slissend met dubbele tong]
christophe:
Ik hoor zoveel stemmen, wie moet ik in hemelsnaam souffleren? Waar is de èigen stem? Hoor ik Hijink of Haasse in de Uit de kast!? Wat is dit voor kamertheater!
[Luk Van den Dries komt oprennen]
van den dries:
Ik heb veel kamertheater gezien, maar niets wat hier op lijkt!
[achterwand van theater stort in: Ko van den Bosch breekt de boel af]
van den bosch:
Vroeger gebeurde er nog eens wat na een voorstelling, viel er eens een muur of een kabinet: nu heb ik het idee dat er overal dingen gebeuren, zonder dat ik er een voorstelling over heb gemaakt.
[lezer sluit achterpagina van de Vooys, gelouterd van zijn begrensde visie op theater in literatuur]