| |
| |
| |
Essay
Nachtmerries in cyberspace
Urban legends, moreel verval en de schaduwzijde van het internet
Mikita Brottman
Vertaling en bewerking: Koen Leurs
Internet is een onuitputtelijke bron van informatie en introduceert als medium een hele nieuwe wereld. Maar wie is zich ervan bewust dat hij met zijn computer tal van gevaren de huiskamer binnenhaalt? Die staat immers linea recta in verbinding met pornografie, pedofilie, bedrog en andere onzuivere koffie. Als internetgebruiker loop je voortdurend het risico door deze gevaren te worden opgeslurkt. Mikita Brottman over urban legends: een traditionele vorm van literatuur, die nu ook op internet welig tiert.
De broer van een vriend van mij, laten we hem Jan noemen, is altijd al bezig geweest met internetpornografie, maar de laatste tijd raakte hij steeds meer gefascineerd door sadomasochisme en andere meer extreme fetisjen. Onlangs ontmoette hij on line via een lokale sm-website een vrouw, laten we haar Marie noemen. Hij was op dat moment verloofd en stond op het punt te gaan trouwen; hij had zich vast voorgenomen na de bruiloft de brui te geven aan zijn verslaving aan internetporno. Na weken van stevige cyberseks met Marie voelde Jan veel voor een allerlaatste slippertje voordat hij definitief in het huwelijksbootje zou stappen, en sprak af met Marie in een lokale sm-club. ‘Je zult me gemakkelijk herkennen’, mailde ze, ‘ik zal geheel in het zwart komen met een puntige leren hondenriem om mijn nek.’ Op de afgesproken nacht dronk Jan zichzelf wat moed in en vertrok naar de bar. Hij overzag de ruimte en spotte een sexy blondine op leeftijd, gekleed in het zwart en gesierd met de omschreven hondenriem. Twee paar ogen ontmoetten elkaar, ze zwaaide, hij zwaaide terug, en ze kwam op hem af om hem te ontmoeten... Jan ontdekte tot zijn grote verbazing en ontzetting dat zijn cybermeesteres niemand anders was dan zijn eigen moeder.
Waarheid of fictie? De persoon die mij dit ongeveer tien jaar geleden vertelde, was ervan overtuigd dat het verhaal een beschrijving was van de realiteit. Zij wist op dat moment niet veel van het internet af, gebruikte geen email en vertelde dat ze het verhaal had gehoord van iemand die de zus van Jan kende. Het is irrelevant of jij als lezer dit verhaal gelooft, het feit dat het wordt overgedragen alsof het de waarheid is, betekent dat het een bepaalde mate
| |
| |
Illustrane Ray Jones
van plausibiliteit in zich heeft. Ook al geloof je niet dat iets dergelijks werkelijk heeft plaatsgevonden, je zult waarschijnlijk beamen dat dit zou hebben kùnnen plaatsvinden.
Een verhaal als dit wordt een urban legend genoemd, iets wat je zou kunnen rangschikken onder hedendaagse folklore, overgeleverd in de vorm van een anekdote of een roddel. De oudste urban legends zijn algemeen bekend geworden: het verhaal van albino alligators die in de riolen van New York City krioelen, de vrouw die haar poedel wilde drogen met behulp van de magnetron. Wij hebben allemaal wel eens dergelijke verhalen gehoord. Misschien geloofden we ze en hebben we ze verder verspreid. Hoewel urban legends niet ‘waar’ zijn - tenminste niet in de letterlijke zin van het woord - zitten er wel degelijk waarheden in deze legenden verborgen: werkelijkheden over de angsten van de mens, over verlangens, ongerustheid en nachtmerries. Als ze niet over een bepaalde hoeveelheid symbolische of metaforische werkelijkheid zouden beschikken, zouden de verhalen niet blijven hangen, niet doorverteld worden, zoals ik het doorgeef.
Dit verhaal, laten we het Oedipus on line noemen, is slechts één variant op een aantal urban legends dat verteld wordt op internet. De meeste zijn verhulde terechtwijzingen die waarschuwen voor de uiterst gevaarlijke verlei- | |
| |
dingen van cyberseks. De meeste verhalen over mensen die on line seksueel actief worden en later uitvinden dat iemand niet zo blijkt te zijn zoals het eerder leek. Soms blijken de twee protagonisten in de familiesfeer gerelateerd te zijn: moeder en zoon, vader en dochter of broer en zus. Soms ook blijken het mensen te zijn die elkaar in de wereld off line in een geheel andere context kenden, zoals leraar en leerling, pastoor en kerkganger of dokter en patiënt. In andere, meer schrikbarende, verhalen wordt het slachtoffer - overwegend een jong meisje, verleid tot een geheime ontmoeting met haar on line geliefde - nooit meer teruggezien, totdat haar lichaam maanden later opduikt, op een stuk verwoekerde grond bij een verlaten boerderij.
Urban legends komen plausibel, waarschijnlijk of aannemelijk over omdat ze overeenkomen met de algemene visie op de wereld. In Oedipus on line is bijvoorbeeld een aantal impliciete aannames te herkennen. Die aannames zal ik nu stuk voor stuk bespreken.
| |
De eerste aanname
Mensen verschuilen zich achter het anonieme karakter van internet
Het is niets nieuws dat mensen zich graag hullen in anonimiteit: verhalen over anonieme correspondenties worden dan ook al eeuwenlang verteld. Verwijzingen naar het internet maken zo'n verhaal modern en dus actueel, tenminste voor diegenen die erin geloven. Dat geldt niet voor alleen email en bijvoorbeeld sms-berichten; er zijn meer anonieme overdrachtsmogelijkheden. In de populaire Amerikaanse cultuur komen vaak verhalen voor waarin onbekenden bekenden blijken te zijn; ook buiten internet en de wereld van kinky seks. In de recente Hollywood-film must love dogs, beantwoordt Diane Lane on line contactadvertenties, wat leidt tot een date met haar eigen vader. En het lied If you like Pina Colada beschrijft een vrouw die zonder het te weten reageert op een oproep van haar eigen man. Vanuit een meer literair perspectief valt te denken aan het Cyrano de Bergerac-thema, waarbij prachtige passionele brieven en liefdesverklaringen niet geschreven blijken te zijn door de charmante knappe hoofdpersoon, zoals eerst aangenomen, maar door de onderschatte underdog. In een meer sinistere vorm komen situaties voor in urban legends met dreigtelefoontjes die getraceerd worden en blijken te zijn gepleegd vanaf de bovenverdieping. Of over seriemoordenaars die worden ontmaskerd en uit de buurt blijken te komen of, in het ergste geval, je eigen man, vader of zoon blijken te zijn.
Voor veel mensen is de anonimiteit het meest angstaanjagende aspect van internet, een angst die bevestigd wordt door frequente nieuwsberichten over adviezen van zogenaamde experts op het web: doktoren en advocaten die later achtjarige computerfreaks blijken te zijn of tienerhackers die in hun eentje immense bedrijven ontregelen. Zo worden de angsten gevoed door de mediale presentatie van internet als de nieuwe schaduwzijde van de Amerikaanse, of Westerse cultuur: het zou de thuishaven zijn van alle slechteriken zoals geesteszieken, plegers van zelfmoordaanslagen, Islamitische terroristen en psychopaten die verantwoordelijk worden geacht voor de angsten die op dagelijkse basis voorkomen in onze moderne samenleving. Cyberspace is een nieuwe vorm van de hel, waarin niemand je kan horen schreeuwen.
| |
| |
| |
De tweede aanname
Intemetmisbruik heeft angstaanjagende gevolgen
Alle nieuwe vormen van technologie zijn angstaanjagend voor mensen die voor het eerst met het betreffende medium in aanraking komen. Nieuwe technologie brengt over het algemeen een stortvloed aan geruchten en legenden over mogelijke gevaren met zich mee, voornamelijk over wat er gebeurt wanneer er iets fout gaat. We hebben allemaal wel gehoord van de doemscenario's: het meisje dat onder een zonnehemel in slaap viel en levend verbrandde, het verhaal van de mobiele telefoon die hersenkanker zou veroorzaken of het huisdier dat in de magnetron gestopt werd om te drogen. Urban legends op internet zijn niet anders. In de media, met name de conservatieve christelijke media, wordt het computerscherm overwegend gezien als een magisch portaal, als een van de zeven poorten tot de hel, waardoor onzichtbare virussen ontsnappen die je huis zullen infecteren: je man verandert in een pornoverslaafde en je kinderen worden slachtoffers van rondsurfende pedofielen.
Computerexpert John Ives is van mening dat de internetexplosie sociale veranderingen veroorzaakt heeft die hebben geleid tot verhalen met bijna apocalyptisch te noemen scenario's waarbij onschuldige gebruikers zichzelf gevangen zien door krachten die ze zelf niet beheersen. Ives weidt uit over de angst van de mens voor de kracht van internet die de stabiliteit van gemeenschappen en organisaties kan ontwrichten. Volgens hem wordt die angst getypeerd door computervirussen die in staat zijn om zich door een harde schijf heen te eten of een computerscherm te laten exploderen. Niet voor niets worden computervirussen plastisch geconcretiseerd als infecties, wormen, Trojaanse paarden en spookprogramma's. Voor vele noobs - onwetende computergebruikers - is cyberspace een ongelimiteerd, ongecontroleerd niemandsland waar pedofielen elkaar tips geven, tieners zelfmoorden beramen en elke smiley wel een kwaadaardige uiting van een gek moet zijn.
Christelijke organisaties, voorstanders van censuur, morele kruisvaarders en andere bepleiters van het gezin als hoeksteen van de samenleving uiten met grote regelmaat bezwaren over het met bijgeloof doorspekte internet met zijn kracht om levens te ruïneren, iedereen verslaafd te maken aan pornografie en onschuldige surfers om te vormen tot kindermisbruikers en seriemoordenaars. In de conservatieve media wordt het internet geportretteerd als een toegangspoort tot een monsterlijke wereld: de bijbehorende aanname dat pixels op een scherm verkrachtingen en moord kunnen veroorzaken wordt nauwelijks in twijfel getrokken. Veel vrouwen, en misschien zelfs meer mannen, zijn voornamelijk angstig voor de kracht van pornografie om de kijker seksueel op te winden. Dat schept namelijk een gevaar voor de familiewaarden.
| |
De derde aanname
Het internet slurpt je op
Waarschuwingen over de magnetische kracht van het internet delen bepaalde onbekritiseerde aannames, zowel binnen de christelijke context van de moraal als de ‘klinische objectiviteit’ van therapeuten. Bovenal wordt aangenomen dat het internet de mogelijkheid heeft om je als het ware naar binnen te halen, waardoor het als gevaarlijker wordt geacht dan meer traditionele media zoals
| |
| |
film of televisie. Het kan je op een subtiele, bijna magische manier in de val lokken en verslaven, zonder je toestemming en zonder dat je ervan bewust bent. In het boek In the Shadows of the Net worden we gewaarschuwd:
The internet and cybersex ... are like the Sirens' call, a seemingly innocent and harmless beckoning to enter a portal that distorts time, perceptions, and values. Cybersex can override your inner voice and begin to collapse your boundaries, just as the reefs crushed the sailor's ships as they followed the Sirens' call. Cybersex is capable of casting a spell under which you no longer think about what you are doing anddistractions fall away as you slip deeper and deeper into the cyber-world. (Carnes e.a. 2004, p. 99)
Diegenen die waarschuwen voor internetpornografie noemen deze gevaren tegelijkertijd meer en minder echt dan de verleidingen van het echte leven. Het is minder echt, volgens de schrijvers van In the Shadows of the Net, omdat het je wegdrijft van tijd, plaats, thuis, werk en familie. Verderop in het boek echter stellen de schrijvers dat cyberseks net zo echt is als ander gedrag dat ze als schadelijk beschouwen, en wellicht zelfs slechter kan zijn. Het mag dan wel lijken alsof je niets aan het doen bent met een ander, zo stellen zij, maar deze illusie is simpelweg een van de vele wijzen waarop het internet ons misleidt omtrent de ware consequenties van ons cyberseksgedrag voor onszelf en onze geliefden.
| |
De vierde aanname
Internetporno is verslavend
Internetpornografie is voor diegenen die geloven in de gevaren ervan erger dan elke drug, omdat het een nooit eerder vertoonde kracht heeft om afschuwelijke beelden permanent in de hersencellen te branden zodat ze niet meer verwijderd kunnen worden. Dat is tenminste de overtuiging van Mar Anne Layden, assistent-directeur van het Seksuele Trauma en Psychopathologie Programma van het Centrum voor Cognitieve Therapie van de Universiteit van Pennsylvania: zij noemt internetpornografie het meest bedreigende ding voor de psychologische gezondheid waarvan zij van het bestaan afweet. Ze voegt hier aan toe dat pornografieverslaafden het moeilijker hebben om van hun verslaving af te komen dan cocaïneverslaafden, omdat cocaïnegebruikers de drug uit hun lichaam kunnen krijgen, maar pornografische beelden voor altijd in de hersenen blijven. Volgens Judith Reisman, die het gezin centraal ziet in de maatschappij, herstructureert pornografie de hersenen op een reflexieve en mechanische wijze, waardoor je in een pornozombie verandert. Porno is volgens haar een erotoxine, die een verslavende drugscocktail produceert, bestaande uit testosteron, oxytocin, dopamine en serotonine, met meetbare organische effecten in de hersenen. Ze claimt dat zelfs tijdens de slaap celmutaties plaatsvinden waardoor we geen weerstand kunnen bieden aan de gecreëerde indrukken. Het argument van Reisman bevestigt wat vele christelijke conservatieven al lang verwachtten:
| |
| |
Illustratie Ray Jones
What happens to the images that we see with our human eyes? Psychologists believe that the sexual images we see can actually be burned into our minds. The hormone epinephrine is released in the brain when a person is emotionally aroused. This causes a chemical reaction that actually burns the picture permanently into your memory... (Reisman 2004)
| |
De vijfde aanname
Internetporno leidt van kwaad tot erger
Het meest verbazingwekkend is de veronderstelling dat een verslaving aan internetpornografie leidt tot een slachtoffer dat zieker en zieker wordt. Dit slachtoffer zou zich een weg banen door de waarachtige mengelmoes van seksuele deprivatie - van hetero, homo en sm-golden showers en bestialiteit - totdat hij uiteindelijk getransformeerd wordt tot de ultieme manifestatie van het menselijke kwaad: de pedofiel.
Porn and cybersex addicts have acquired a tolerance to perverse and obscene material, material that would leave most sick to their
| |
| |
stomachs... they've got to take a ‘harder drug’ to get the same high. In too many cases, this ‘harder drug’ is the addict acting out what they've seen in porn, with real people - often innocent women, teens and children... It's as if he might go crazy without another session. The withdrawal pains may drive an addict to find porn or sexual arousal any way and anywhere he can.
(www.contentwatch. net)
Sommigen denken dat de reikwijdte van internet geen grenzen kent: het heeft de kracht in zich tot corruptie, vernietiging, perversie of zelfs tot moord. Volgens Amanda Chapman bestaat er een correlatie tussen waaraan we onszelf blootstellen en de daden die we verrichten. In november van 1998, stak een elfjarige jongen een achtjarig meisje dood, na het bekijken van twintig minuten van grafische, gewelddadige internetpornografie.’ (www. zol.com) Meer recentelijk, in juni 2005, refereerden enkele websites aan een gebeurtenis in Korea die pas recentelijk in de Westerse pers aan de oppervlakte is gekomen. Het ging om een stelletje dat de vierjarige dochter alleen thuis liet om samen naar een nabij internetcafé te gaan en zichzelf verloor in een on line computerspel. Bij thuiskomst troffen ze hun kind dood aan: overleden door verstikking. De kop van het artikel: ‘On line gamen van koppel leidt tot dood kind.’ Op 9 maart 2004 wijdde een aantal nieuwsdiensten aandacht aan een item over een 31-jarige computerverslaafde, afkomstig uit de provincie Sichuan in China, die stierf achter zijn scherm na een ‘marathonsessie’ van twintig uur non-stop computerspelletjes spelen. Naast een vermelding van computerverslaving werd er geen andere doodsoorzaak vermeld.
| |
Het on line onderbewustzijn
Waarom wordt het internet omringd door zoveel angst en mystificatie, vooral onder diegenen die er het minst gebruik van maken? Waarom wordt de computerterminal - een homp van glas en metaal - gevaarlijker, corrupter en krachtiger geacht dan meer traditionele mediavormen, ‘gewone’ pornografie en zelfs illegale drugs? Laten we wel zijn: internet is bovenal een fysieke manifestatie, niets meer of minder dan een aantal pixels op een scherm, een plak siliconen met symbolen. Je zou ook kunnen stellen dat het niet schadelijker is dan een muur die is bekrast met hiërogliefen of een blad met muziek. Wat is het toch met internet, waardoor aan het medium dergelijke magische krachten worden toegeschreven? Het zou in staat zijn om onze hersenen te herstructureren terwijl we slapen, onze huiselijke sfeer te verpesten en zou zelfs kunnen leiden tot moord en doodslag, terwijl we verbaasd en hulpeloos voor ons verderfelijke scherm achterblijven.
Ik kan de verleiding niet weerstaan om de menselijke vrees voor het onderbewustzijn hierbij in ogenschouw te nemen, dat in zijn populaire vorm wordt voorgesteld als een bodemloze put van incestueuze wanorde. Het blijkt dat de metaforische structuren van internet en van het onderbewustzijn belangrijke overeenkomsten vertonen. In tegenstelling tot andere manifestaties van populaire cultuur zoals televisie of film, die vaak door psychoanalytici worden beschouwd als de onthullers van het onderbewustzijn van een natie, een cultuur of een generatie, wordt datgene wat verschijnt op het computerscherm
| |
| |
Illustratie Ray Jones
van een individu privé opgeroepen, als een respons op individuele prikkels. Onderdrukte seksuele drang vindt een eigen manier van ventilering, zoals in erotische dromen en nachtelijke emissies, aldus Freud.
Het is belangrijk vast te stellen dat diegenen die de minste weerstand hebben tegen de verleiding die stromen van smeerlapperij via internet op hen loslaten, juist die mensen blijken te zijn van wie de seksualiteit onderdrukt is, of mensen die in dienst staan van een hoger ideaal, zoals God, het huwelijk of de familie. Het is interessant dat, over het algemeen genomen, jonge kinderen internetpornografie niet bedreigend vinden; ze zijn er meer nieuwsgierig naar dan erdoor beangstigd. Het zijn de ouders van de kinderen die internetpornografie als een bedreiging zien. Logischerwijs zijn ze er van overtuigd dat kinderen bescherming nodig hebben, omdat ze te onschuldig zijn om zich te realiseren waar ze mee van doen hebben.
Daarentegen is het interessant te constateren dat veel internettegenstanders opmerken dat ouders computers niet voor zichzelf kopen maar voor de kinderen. Wanneer de kinderen per ongeluk op internetpornografie stuiten en daarmee de deksel van de doos van Pandora openen, zijn het de ouders die zichzelf erin kunnen verliezen.
Een andere overeenkomst die het internet heeft met het onderbewustzijn - | |
| |
tenminste, volgens het hierboven geschetste populaire beeld - is de inherente kracht om de gebruikers of eigenaars te misleiden door versprekingen, eventueel in de vorm van een simpele typefout: een verspreking door de vingers. Volgens de mensen die deze angst koesteren, is dat de meest voorkomende manier waarop onschuldige mensen met de schaduwkant van internet in aanraking komen: een ‘misinterpretatie’ van een woord of zinsnede. We worden erover geïnformeerd dat in de geperverteerde wereld van cyberpornografie, onschuldige woorden allerlei seksuele connotaties kunnen hebben: alledaagse woorden als ‘hond’, ‘jongen’ en ‘meisje’ leiden tot expliciet seksueel materiaal. Waarschuwingen over de schaduwzijde van het internet worden vaak in de vorm van een anekdote gepresenteerd, waarbij onwetende, onschuldige mensen beschreven worden die door een verkeerd woord of een typefout misleid worden. Neem bijvoorbeeld de moeder die haar kinderen mee wilde nemen naar het wet and wild waterpark, die wet and wild intypte in een zoekmachine en schokkende zoekresultaten op haar scherm kreeg. Of het kleine meisje dat zocht op ‘Barbie’ en belandde op onzedelijke pagina's. Volgens de auteurs van In the shadows of the net:
a client told of her ten-year-old doing a research project on black holes. She typed in the term ‘black hole’ and was greeted by a web site dedicated to the genitalia of black women and a screen full of black women's vulvas. Another client spoke of how his son wanted to learn more about the president of our country and the White House. He mad a mistake when typing ‘www.whitehouse.gov’ into the search engine and ended up in a porn site. Even accidental discovery gives kids access.
(Carnes e.a. 2004, pp. 192-193)
Het lijkt erop dat internet er met zijn geperverteerde karakter de gewoonte van heeft gemaakt om seksuele connotaties en dubbele betekenissen te verlenen aan de meest onschuldige uitdrukkingen. Dat herinnert me aan de geestelijke stem van de pop van de hypnotiseur, of de papagaai die geheel volgens de conventies van de flauwe grap per ongeluk de diepste geheimen van zijn eigenaar verraadt, vaak voornamelijk malafide verlangens of een dubieus verleden. Als we deze verkeerde lezingen in ogenschouw nemen als voorbeelden van wat Freud ‘parapraxen’ noemt - onderdrukte of onderbewuste verlangens -, kunnen we misschien tot een begrip van Oedipus on line komen. Uiteindelijk is incest immers nog steeds een sterk seksueel taboe, iets wat we allen verafschuwen, omdat we - als we Freud geloven - het allemaal stiekem verlangen.
Dit is precies wat het internet voor velen zo angstaanjagend maakt: met het Freudiaanse verankerd in ons onderbewustzijn, realiseren we ons dat stiekeme blikken op de schaduwzijde van internet niet onschuldig zijn, maar iets onthullen. Ook mensen die zelfs nog nooit van Freud hebben gehoord, hebben zich over het algemeen een idee van het onderbewuste eigengemaakt, er van uitgaande dat we bestaan uit een ‘innerlijk’ en ‘uiterlijk’ leven. Hierbij is het uiterlijk leven ons dagelijks gedrag: het proces van socialisatie of religieuze verlossing dat de drang naar plezier in toom houdt.
Dat mensen internet kunnen verafschuwen, is misschien het best te begrij- | |
| |
pen als een vorm van morele paniek, een type van collectief gedrag dat door socioloog Jeffrey Victor beschreven wordt als ‘suddenly increased concern and hostility, in a significant segment of society, in reaction to widespread beliefs about a newly perceived threat from moral deviants’. (Victor 1998, p. 100) Volgens Victor leidt morele paniek normaliter tot de opkomst van sociale groeperingen, die er op uit zijn het gevaar uit te schakelen. Vanuit een moreel streven in die groepen ontstaan strubbelingen over wetten die de gevaren zouden moeten onderdrukken. Dat gebeurde ook in de Verenigde Staten, toen conservatieve pressiegroepen censuurregulatie voor het internet en straf voor overtreding bij de wet wilden verplichten.
Morele paniek zoals deze is het resultaat van zelfdeceptie, dat Jean-Paul Sartre omschreef als ‘slecht vertrouwen’. Radicaal psychiatrist R.D. Laing beschrijft in zijn boek The Devided Self hoe sociale structuren populaire noties kunnen verwarren, waarbij mensen in onmogelijke situaties terecht kunnen komen. Mensen kunnen belanden in een situatie waarin ze zich onmogelijk kunnen conformeren aan de conflicterende verwachtingen van de maatschappij, zoals de tegenstrijdigheid tussen seksuele behoeften en de plicht tot monogamie. Dergelijke paradoxen leiden onvermijdelijk tot een ‘verlies-verlies situatie’ en tot groot mentaal ongenoegen, tenzij er een systeem is om ze in balans te kunnen houden.
Voor Laing is de familie een dergelijk systeem; hij beschrijft die dan ook als een ‘gemeenschappelijk bescherming racket’. Ons geloof in de natuurlijke heiligheid van de familie, leidt tot veel verwarring met de functie ‘een vals bewustzijn van veiligheid te introduceren; dood te ontkennen door het leven te vermijden; en het transcendale af te snijden om respect, conformiteit, en respect voor respectabiliteit te promoten’. (Laing 1965, p. 35)
We zijn er wellicht niet van bewust, maar een groot gedeelte van de zaken waarin we geloven zijn urban legends. We herhalen dingen die we gehoord hebben van anderen, dingen die we lezen in een boek of tijdschrift en dingen die zagen op televisie. We geloven hierin, omdat ze overeenkomen met onze culturele aannames over ons dagelijks leven. Sommige zijn klassieke urban legends met een zeer plausibele vorm en zo nieuw dat ze nog herkend moeten worden als een dergelijke legende. Andere zijn meer clichématig. Echter, allemaal worden ze vaak aangenomen als de waarheid: ze zijn ‘common sense’ geworden. Het zijn illusies die de status van werkelijkheid hebben verkregen, omdat ze passen binnen onze perceptie van het patroon van hoe de dingen schijnen te werken - of hoe we geloven dat de dingen werken. Of misschien is het beter te stellen dat ze een passen binnen een patroon dat natuurlijk lijkt - en we houden er allemaal van te denken dat het leven volgens patronen verloopt. Zelfs als dit patroon een illusie is, zoals Gustave Le Bon kort en bondig uitlegt in zijn studie over de populaire geest:
From the dawn of civilization onwards, crowds have always undergone the influence of illusions... The masses have never thirsted after truth. They turn aside from evidence that is not to their taste, preferring to deify error, if error seduce them. Whoever can supply them with illusions is easily their master; whoever attempts to destroy illusions is always their victim. (Le Bon 2002, p. 2)
| |
| |
Mikita Brottman is professor Taal, literatuur en cultuur aan het Maryland Institute College of Art in Baltimore in de Verenigde Staten. Daarnaast is ze psychoanalist in haar eigen praktijk. Brottman schrijft over het apocalyptische en het pathologische in onze hedendaagse cultuur, zoals in haar laatste boek. High Theory, Low Culture, uit 2005.
Koen Leurs, vertaler en bewerker van dit artikel, volgt de research master Media Studies aan de Universiteit Utrecht en is redactielid van Vooys.
| |
Literatuur
E.L. Bynum, ‘Internet Filth for your Children’. In: Tabernacle Baptist Challanger, augustus 1998. (http://www.tbaptist.com/aab/pbc-8-98.htm). |
G. le Bon, The crowd. Dover 2002. |
P. Carnes e.a., In the Shadows of the Net: Breaking Free of Compulsive Online Sexual Behavior. Center City 2004. |
A. Chapman, ‘Are Pedophiles in Your Home?’ In: Christian Topical Library, (http://www.zol.com/dial-up-features-library-pedophiles.html). ‘Tricks Pornographers Play’. In: Article Archive ContentWatch. (http://www.contentwatch. com/learn_center/article.php?id=108).
‘Couple's Online Gaming Causes Infant's Death’. In: Gamespot.com, 20 juni 2005 (http://www.gamespot.com/news/2005/06/20/news_6127866.html).
‘First Ever Death From Overdose of Computer Gaming’. In: The Raw Feed Archives, Mike's List, 7 maart 2004 (http://www.mikeslist.com/2004_03_07_archive.html). |
S. Freud, ‘Standard Edition’. In: The Psychopathology of Everyday Life, Vol. VI. London 1960. |
J. Ives, ‘Computer Virus Hoaxes: Urban Legends for the Digital Age’. In: Bad Subjects Issue 37, maart 1998 (http://bad.eserver.org/issues/1998/37/ives.html). |
R.D. Laing, The Divided Self: An Existential Study in Sanity and Madness, London 1965. |
M.A. Layden, Mary Anne, ‘The Science Behind Pornography Addiction’. In: Hearing of the U.S. Senate Committee on Commerce, Science & Transportation, 18 november 2004 (http://commerce.senate.gov/hearings/testimony.cfm?id=1343&wit_id=3912). |
J. Reisman, ‘Testimony before’. In: U.S. Senate Committee on Commerce, Science & Transportation, 18 november 2004.
(http://commerce.senate.gov/hearings/testimony.cfm?id=1343&wit_id=3910) |
J.P. Sartre, Jean-Paul, Being and Nothingness, Washington 1943. |
J.S. Victor, ‘Moral panics and the social construction of deviant behavior: a theory and application to the case of ritual child abuse’. In: Sociological Perspectives, 1998. |
|
|