u en van mij, van de honden. Het is de verpletterende, wanhopig makende vulgariteit van de samenleving’.
Schrijven is voor Duras de enige manier van leven, is hèt leven. ‘[...] ontdekken dat alleen het schrijverschap je redding zal betekenen’. Maar bepaalt het schrijven het leven of bepaalt het leven het schrijven? Duras wekt de indruk dat ze niet weet waar het boek gaat eindigen, ze lijkt zich aan het schrijven te onderwerpen. ‘Als je, voordat je eraan begint, voordat je gaat schrijven, enig idee had van wat je gaat schrijven, zou je nimmer schrijven. Dan zou het niet hoeven. Schrijven is trachten te weten te komen wat je zou schrijven indien je schreef...’
Iemand zei eens van Duras: ‘Waarschijnlijk weet ze niet dat ze schrijft wat ze schrijft. Omdat ze het spoor bijster zou raken. En dat zou een ramp zijn.’ Van deze uitspraak heeft Duras, zoals ze zelf zegt, een basis-identiteit gemaakt. Voor Duras wordt door dit niet-zeker weten, dit niet-begrijpen, een vrijheid gecreëerd. Wat de een gebrek aan kennis noemt is voor Duras vrijheid en noemt ze haar basis-identiteit. Die vrijheid maakt de film Le Vice-consul zo belangrijk: ‘En alle mensen van de film huilden. Het waren vrije tranen, zonder kennis van de betekenis die ze hadden, onontkoombare tranen, de echte, de tranen van de volkeren van de misère.’
De schrijfster heeft een vrijheid, maar de lezer geniet dezelfde vrijheid. In haar verschillende boeken herhaalt Duras hetzelfde, maar steeds op een andere manier. Ze beschrijft háár werkelijkheid, die met de tijd verandert, zodat ook de tekst verandert. Hierdoor zijn meerdere interpretaties mogelijk en blijft een tekst leven. Een tekst heeft nooit een oorspronkelijke of een definitieve vorm, net zoals in Schrijven is er geen begin, geen midden en geen einde. Ze schrijft nieuwe boeken, maar uiteindelijk schrijft ze maar één boek. In L'amant (De minnaar) komt dat duidelijk tot uiting. Alle thema's die Duras in haar eerdere verhalen naar voren had gebracht komen nu tezamen: de jeugd in Indo-China, de armoede van het gezin, het water, de passie voor de oudere en rijke Chinees, de relatie met haar moeder en haar twee broers. Duras schrijft nieuwe boeken, maar eigenlijk herschrijft ze haar boeken: de thema's keren terug in steeds een andere vorm. Ook L'amant, L'amant de la Chine du Nord en de film The Lover van Annaud zijn verhalen die verbonden zijn door hetzelfde thema, maar in een andere vorm gegoten zijn.
Hoe abstract, vol twijfel en paradoxen Duras soms op ons overkomt, ze kan ons ook ontroeren:
[...] alles schrijft, zij, de vlieg, zij schrijft, op de muren, ze heeft heel wat geschreven in de grote kamer [...]. Het zou wel een hele pagina kunnen vullen, wat de vlieg heeft geschreven. Dan zou ze een geschrift zijn. [...] Op een dag, in de loop van de komende eeuwen, zou wat ze heeft geschreven misschien worden gelezen, zou ook deze tekst worden ontcijferd, en vertaald. En de onmetelijkheid van een onleesbaar gedicht zou zich ontvouwen aan de hemel.
Deze gedachte getuigt van een soort oprechte, naïeve directheid die ervoor zorgt dat je van Duras houdt, dat je ondanks de soms wanhopig makende onzekerheid haar werk niet gefrusteerd of boos weggooit. Er is onzekerheid, er is twijfel, maar er zijn ook momenten waarop schoonheid of zekerheid bereikt wordt, al is het maar een kortstondig moment, en dat maakt het boek waardevol voor de lezer.
Het lezen van het werk van Duras is intrigerend. Het is vertrouwd door de herhaling, het is shockerend door het paradoxale. Je kunt je mee laten voeren door de poëzie, door de intensiteit van de woorden en de emoties die ze opwekken. Je kunt ook vechten tegen de twijfel die je wereld op losse schroeven zet, je ergeren aan het net niet kunnen begrijpen wat ze schrijft. Maar hoe dan ook, het is genieten om een kijkje te nemen in de gedachten van Duras, in haar beleving van het schrijven en van het leven. En vervolgens, bij de constatering dat je voortdurend aan het zoeken bent naar het begrijpen, beseffen dat je er dus niets van begrepen hebt.
Duras zegt over de vlieg: ‘Ze wist. En ze aanvaardde’. Aangezien een vlieg niet kan begrijpen waarom ze sterft, heeft ze het begrepen. En over het schrijven in de eenzaamheid van het huis in Neauphle-le-Château zegt ze: ‘Twintig jaar heb ik er voor nodig gehad om dit te schrijven wat ik nu zeg’. Het geschrevene was al lang aanwezig, in de vorm van het schrijven van haar boeken. Haar leven was al schrijven, maar ze kon het niet beschrijven. Nu kan ze voor het eerst over het schrijven zelf schrijven.
In L'amant zegt Duras dat ze tot dan toe alleen maar heeft kunnen schrijven over de heldere dingen uit haar jeugd. Toen haar moeder en twee broers er niet meer waren, kon ze schrijven over de verborgen episodes uit haar jeugd en echt tot de gebeurtenissen uit haar jeugd doordringen. Zou ze nu ook over