4 oktober |
Algemene inleiding: een historisch overzicht van de maatschappelijke ontwikkelingen in Nederland vanaf ruwweg het midden van de vorige eeuw, met de nadruk op de opkomst van de massa-maatschappij. (Prof. dr. K. van Berkel, geschiedenis R.U.G.) |
|
11 oktober |
Cultuurpessimisme van de elite: over de tegenstanders van de moderne westerse samenleving, met aandacht voor ondermeer Nederlandse critici als Ter Braak en Marsman. (dr. F. Ruiter, R.U. Leiden) |
|
18 oktober |
Voorstanders van de massa-maatschappij: waarin de gangbare kritiek van cutuurhistorici op de opkomst van de massa-maatschappij weerlegd zal worden. Hierin zal aandacht worden geschonken aan het interbellum en de daarbij behorende angst voor de opkomst van de barbaren. De laatste decennia worden eveneens behandeld, waarin de angst voor het einde van het denken van belang is. (dr. R. Boomkens) |
|
25 oktober |
De massa in de Nederlandse literatuur: de literaire popart in de jaren '70 in Nederland en de tegenstanders daarvan. (dr. W. Smulders, Nederlands Universiteit Utrecht). |
|
1 november |
Opkomst en verwerking van de massacultuur in de muziek: de spanningen (kloof) tussen de popcultuur van de massa en de hedendaagse (klassieke) muziek. (drs. F. van Rossem, musicoloog) |
|
8 november |
Opkomst en verwerking van de massacultuur in de beeldende kunst: fenomenen als Jeff Koons en Keith Haring en hun rol in de hedendaagse kunst (J. Leering) |
|
15 november |
Massa- en elitefilm. Over de invulling van deze lezing wordt nog overlegd met filmtheater 't Hoogt. |
|
22 november |
De massa en de media: over de debatten die in de Verenigde Staten en Europa ontstonden naar aanleiding van de opkomst van de televisie. (dr. M. van Rossem, geschiedenis Universiteit Utrecht) |
|
29 november |
Emotionele televisie: over de opkomst van televisieprogramma's (All you need is love, Lief en Leed etc.), waarin mensen vrijwillig hun hele emotionele hebben en houden aan een massapubliek prijs geven. Is dit een verantwoorde programmaformule, of is hier sprake van een verachtelijke vorm van voyeurisme. (drs. C. Rohde) |