schillende deelgebieden van onderling samenhangende werkelijkheidssystemen, getuige het belang van de epistemologie en semiotiek. We leven in een pluriforme samenleving, waarin we met een veelvoud aan waarden, haar verschillende verschijningsvormen moeten waarderen. Die multi-functionaliteit is zelfs een van de hoogste verworvenheden van de moderne kunstuitingen.
Kunst of kul is een vraag die in de geschiedenis van beeldende kunst op z'n minst teruggaat tot de beoordeling van het werk van Van Gogh, en zelfs terug te zien is in de receptiegeschiedenis van de werken van de grote renaissance-meesters. Het is een vraag die natuurlijk altijd gesteld mag worden. Er zijn tenslotte genoeg misstanden in de moderne kunstmarkt. Niemand zal ontkennen dat het soms heel moeilijk, zo niet onmogelijk is, om de betekenis van een bepaald werk te zien. Dat de machinaties van de moderne kunstwereld vaak heel ondoorzichtig zijn, ook dat is zeker waar. Maar of dit soort problemen opgelost worden door op het niveau van Luijken vragen te stellen en zelfs antwoorden te bedenken in uiterst twijfelachtig. Die opstelling van ‘ik zie niet wat het is, dus is het niets’ is een uitgemolken en platgetreden probleem. Aan de andere kant hebben scherprechters als Oosterom zeker niet het recht om vanuit hun ten koste van alles vastgehouden kwaliteitsbesef een norm te stellen waaraan een ieder maar moet voldoen. Zo simpel is het gelukkig allemaal niet meer.
Wat ik uiteindelijk het allerbelangrijkst vind is echter de roekeloze manier, waarmee er met termen als ‘kunst’ of ‘cultuur’ wordt geschermd. Het is zo gemakkelijk om uitspraken te doen in de trant van ‘ons culturele leven is zus of zo’ of ‘de kunst wordt getypeerd door dit of dat’. Natuurlijk zijn er talloze voorbeelden te vinden voor dergelijke uitspraken. Al was het alleen maar omdat in een pluriforme samenleving als de onze de verschillende vormen naast elkaar te vinden zijn. Het levert echter niets op. Iedereen heeft het recht om voor zichzelf bepaalde vormen van kunst af te wijzen of juist te propageren. Maar niet op de welles-nietes manier van Luijken en Oosterom. Het zal duidelijk zijn dat universele waardeoordelen over de kunst of de cultuur niet te geven zijn. Daardoor verzanden discussies als deze. Wel kunnen we zinvol met vergelijkbare methodische begrippen deelgebieden van onze heterogene cultuur op hun waarde onderzoeken. Voorlopig lijkt het mij echter beter een kunst of kul-debat voor onbepaalde tijd in de vrieskist te leggen.