Voor ongeveer 200.000 Ha. natte grond werden grachten aangelegd en werd drainering doorgevoerd. Op labeurlanden van geringe waarde werd daardoor een onmiddellijke verhoging van de opbrengst bereikt, ofwel werd de mogelijkheid geschapen tot een volledige opbrengst. Voor het braakland werd daardoor de basis gelegd voor het verder bebouwen. Op ca. 50.000 Ha. werden rooiingen en ontginningen gedaan.
Ca. 40.000 Ha. versnipperde eigendommen werden weer saamgebracht tot gesloten landerijen, werden door wegen afgesloten, afgewaterd en zoodoende tot intensievere opbrengst opgevoerd.
9000 Km. wegen voor houtafvoer hebben grote woudgebieden toegankeiijk gemaakt en hun gebruiksmogelijkheid hoger opgevoerd of voor de eerste maal mogelijk gemaakt.
8500 Km. bedrijfswegen hebben de uitbating van labeurgrond vergemakkelijkt.
Voor circa 135.000 Ha. bosgrond werd door houtvesterij de mogelijkheid geschapen nut op te leveren of werd de opbrengst door allerlei werken verhoogd.
Verder verleende de Rijksarbeidsdienst zijn medewerking bij het ontstaan van landbouwnederzettingen of stadsuitbreiding, door het ophogen van bouwfunderingen, wegenbouw enz.
* * *
Dat de jonge meisjes in Duitsland geen deel nemen aan die zware arbeid spreekt vanzelf. Zij doen de arbeid die aan de vrouw toekomt. Zij werken als helpster der boerin in huis, op het erf en in de tuin, zes uur per dag. Vanuit de kampen waarin ze zich bevinden, en die zeer huiselijk ingericht zijn, trekken ze 's morgens naar hun werk bij de boerin; 's namiddags zijn ze allen weer in het kamp om onderwezen te worden in de zaken die de vrouw aanbelangen (kinderverpleging, huishoudkunde enz.). Ook hier staat in het opvoedingsprogramma, naast een degelijke lichamelijke opvoeding, die bijzonder op het lichaam van de vrouw berekend is, een degelijk staatspolitisch onderricht. Ook hier gemeenschappelijke zang en gezamenlijk spel, alles met het doel, gezonde, krachtige vrouwen te vormen. Vrouwen die weten dat niemand uit zichzelf alleen is wat hij is, en dat niemand dat wat hij bezit uit zichzelf alleen heeft, maar dat alles slechts waarde heeft door de gemeenschap, en dat daarom ieder verplicht is zich te gedragen zoals het belang van het volk het vereist. Wij willen door de arbeidsdienst bij de vrouwelijke jeugd bereiken, dat de Duitse vrouw in al haar doen en laten en in de opvoeding harer kinderen steeds voor ogen zou hebben, dat zij niet alleen voor zichzelf en voor haar gezin leeft, maar ook voor haar volk.