Volk. Jaargang 2
(1936-1937)– [tijdschrift] Volk– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 174]
| |
Tooneel
| |
[pagina 175]
| |
‘dat het gevaarlijk was 'n stuk te spelen dat door één man moet gedragen worden’ maar Peer heeft zeker alle verwachtingen overtroffen. Wild als zijn pruik en grillig als 'n fjord, heeft hij ons heen en weer geslingerd op zijn dolle vaart door de wereld. Als profeet of als grappenmaker, als wilddans of als gebroken man: steeds bleef hij Peer Gynt - nooit konden we van hem af! Hij was de pochende snoeshaan die zijn moeder beloog, de hoogdraver die zichzelf voorpraatte dat hij 'n held was, de zelfvoldane, materialistische businesman die geen grenzen meer kent aan zijn cynisch utilitarisme; de profeet der Bedouïnen die zich met Anitra bespottelijk maakt; de sadist die, nadat hij al het schoone gebroken had - zijn moeder, zijn eer, zijn Solvejg - opgeleefd en moe naar huis terugkeert - in een plots ontmoeten van den knoopengieter het fiasco van zijn leven inziet en dreigt te breken onder de bedreiging van het Niet, maar in Solvejg weer vrede vindt. Het was echt meesterlijk! Ibsen's Gynt heeft voor ons geleefd in al zijn onstuimigheid, in zijn levenswil en in zijn diepe menschelijkheid. Evenzeer als Peer nog het nijpen van haar stokslagen op zijn lijf voelt, dragen wij de herinnering mee aan die jonge ‘oude Aase’. Het was voorwaar 'n harde handicap voor 'n jong meisje zoo 'n oude, treurende, soms verwijtende, maar toch steeds moederlijk bezorgde Aase uit te beelden! En toch was haar spel uitmuntend: bedroefd om de eeuwige leugens van Peer - gebroken om zijn uitblijven - gelukkig om zijn komst aan haar sterfbed: een moeder! Naast moeder en zoon, ik zou haast zeggen boven en tusschen Aase en Peer, stond Solvejg. Want het gecastigeerde spel was in de opvoering van Leuven het drama van Solvejg geworden. Zij was de echte liefde die in het leven van Peer Gynt gekomen was en die hem zou redden van het dreigende Niet. In die heerlijke rol heeft Jozefa van Nueten zich werkelijk ingeleefd, en - was het omdat het in haar natuurlijke lijn lag of waarom? - ik durf zeggen dat ze, zoo simpel en doorvoeld, haast een ideale Solvejgfiguur heeft gecreëerd. Onvergetelijk blijft vooral de laatste scène waar Peer Gynt, moe en radeloos, zijn Solvejg terugvindt. Zij heeft gewacht op hem, zij zal hem redden. O dat stralend geloof, die granieten hoop en die laaiende liefde! Peer heeft er al de jaren van zijn afwezigheid in geleefd! Van den jongen in hem is zij waarlijk de moeder! Spel en muziek hebben zoodanig harmonisch samengewerkt dat het me onmogelijk is het eene te zien zonder het andere te hooren. Hoe zouden we ons de heerlijke dansen van Nora Lemaigre (de vrouw in het groen) en van Martha Claessens (Anitra) kunnen herinneren zonder dat meeslepende rythme der muziek? De Groene en Anitra waren ten andere ook merkwaardig bekoorlijk in hun bekoringsscènes om Peer Gynt. Het wordt me werkelijk te sterk er in detail aan terug te denken, want de complex indruk dien men er van bewaart is zoo overweldigend, dat alles kris-kras door mekaar loopt: spel en muziek, belichting en koor... En toch dringen door dien globalen indruk steeds meer scènes naar voor: alles bekoort, ieder deeltje houdt u vast. De muziek trippelt en danst, zingt en wiegt. De belichting doet doodsch aan of werpt blijdschap en leven, ze schrikt in korte flitsen of groeit tot orgieën van kleur. Het spel houdt u gevangen en voert u mee. Alles is als 'n kwade roes die u overvalt en niet meer loslaat. Denken we maar aan het tooneel der heksen - het gevecht van Peer met den onzichtbaren Beugen - de komische scène met Mister Cotton en Monsieur Ballon... en ook de massatooneelen die prachtig meegevallen zijn. Daar was weer 'n sterke kant van den regisseur, want die scènes waren niet alleen geen inzinkingen of gapingen in den stijgenden gang van het drama, maar ze gaven aan het geheele spel meer kleur en leven. Zoo was het geheel drama in zijn rijke afwisseling van stof en uitvoering één culmineeren naar de sterk gespeelde eindscène: Peer met den Knoopengieter (Bert | |
[pagina 176]
| |
Smeets) en Solvejg. Hierboven spraken we er reeds over. Ach, dat ontzettend zich bewust worden bij Peer van de verschrikkelijke leegheid van zijn leven! Zoo dol als hij vroeger was, zoo gebroken is hij nu: Peer Gynt, 'n waardelooze nietsnut die moet verdwijnen in het Niet. (Een huiveringwekkend personnage, die knoopengieter!) Maar dan komt Solvejg terug. Solvejg! Zij geeft weer zin aan zijn leven; en in de hooge erkenning dat Hij, die vergeeft om Moeders gebeden, de Vader is, sterft hij - zijn koud hoofd tegen haar warm hart! Het doek valt. Maar voor Vlaanderen blijft deze heerlijke kultuurprestatie van het K.V.H.V. bestaan. Ook Nederland, bij monde van haar Leidschen woordvoerder, heeft moeten getuigen dat het 'n buitengewone gebeurtenis is geweest in de geschiedenis der Dietsche kultuur. Het Vlaamsche volk, en in 't bizonder het K.V.H.V. heeft getuigenis afgelegd van zichzelf. De Leuvensche studenten hebben zich door deze stijlvolle gala-opvoering 'n ruimere plaats verworven in het kultuurleven van hun volk. Ze hebben bewezen welk heimwee naar levenswerkelijke kultuur er leeft in hun jonge geesten, wat al dienstvaardigheid en liefde Vlaanderen van hen kan verwachten. Meteen zijn ook vele vooroordeelen tegenover de Leuvensche studenten gevallen. Ze hebben bewezen dat zij als katholieke en Vlaamsche studenten even hoog staan als gelijk welke universitaire jeugd en als gelijk welk kultuurvolk. Het Verbond is in staat tot hooge kultuurprestaties. Peer Gynt was de inzet! ‘DE MAN MET DEN BEER’
Teekening van A. Ost. |
|