ruimen tijd zag ik dat het kindje Jezus zich bewoog en ik hoorde het schreien; dan scheen Maria tot zichzelf te komen, ze nam het Kind op dat zij in den doek had gehuld en hield het tegen hare borst. Ze zette zich neer, hulde zich gansch met het Kind in haar sluier en ik geloof dat zij het begon te zoogen.
Het was misschien een uur na de Geboorte toen Maria den heiligen Jozef riep die nog in gebed verzonken was. Toen hij naderbij kwam wierp hij zich met het gezicht ter aarde neder, overweldigd door eerbied, deemoed en vreugde. Eerst nadat Maria hem nogmaals vroeg het heilige Godsgeschenk met vreugde te aanvaarden, richtte hij zich op, ontving het Kind in zijn armen en loofde God onder vreugdetranen.
De heilige Maagd wikkelde het Kind in; hoe dit in zijn werk ging, herinner ik me niet meer zoo juist, alleen weet ik dat het twee windsels waren, die onder de armpjes heen geslagen werden, een roode en een witte en dat het daarna nog tot aan het hoofdje in een anderen doek werd gewikkeld. Maria had slechts vier doeken bij zich.
Ik zag Maria en Jozef naast elkander met gekruiste beenen op den naakten grond zitten. Ze spraken niet en schenen beiden in vrome aandacht verzonken. Vóór Maria lag Jezus op het kleedje, gebunseld als klein kindje en stralend als de bliksem. Ach, dacht ik, deze plaats bevat het heil van de gansche wereld en, niemand is er die dit weet.
De tafereelen die volgden op de goddelijke Geboorte, die ik eerder zag als historische gebeurtenissen en niet als kerkelijk hoogfeest, gingen niet vergezeld van uitgelezen natuurwonderen zooals ik er zag op Kerstnacht, waar het meeleven der natuur een prachtig symbool scheen. Maar toch zag ik vandaag weer hoe gedurende deze heilige nacht op vele plaatsen en tot in de verste uithoeken der aarde, alles vol beweging en vol trillende blijdschap was.
Ik zag hoe de harten van vele goede menschen vervuld waren van blij verlangen terwijl de boozen sidderden van angst. De dieren gaven teekenen van vreugdevolle opwinding, op vele plaatsen begonnen de bloemen te bloeien evenals kruiden en heesters, en de boomen ontwaakten tot nieuw leven en verspreidden geuren rondom zich.
Ik zag vele bronnen uit den bodem springen en aanzwellen. Zoo ontsprong er op het uur der goddelijke Geboorte een rijke bron in de grot die op dien heiligen middernacht de grot der Kribbe was. Den volgenden morgen ontdekte de heilige Jozef deze bron en leidde ze af in een bedding.