Kroniek.
Letter- en tooneelkunde.
- Ter bevordering der nationale kunst, heeft de Regeering der stad Antwerpen, bij besluit van 9 Februari 1891, eenen drijjaarlijkschen Wedstrijd van Tooneelletterkunde uitgeschreven.
De Stedelijke Tooneelraad van Antwerpens Nederlandschen Schouwburg is gelast deze beslissing uit te voeren, en bij dezen wordt de eerste dier wedstrijden geopend.
Derhalve hebben wij de eer al de schrijvers van Zuid- en Noord-Nederland uit te noodigen, om aan den prijskamp deel te nemen. Zij mogen mededingen met nieuwe oorspronkelijke drama's, comedies en blijspelen van allen aard, in gebonden of ongebonden stijl, en van één tot vijf bedrijven.
De uitgeloofde prijzen zijn verdeeld als volgt:
Voor het beste drama fr. 600 |
Voor de beste comedie fr. 500 |
Voor het beste blijspel fr. 300 |
De mededingende werken mogen niet reeds vertoond, gedrukt of anderszins bekend gemaakt zjjn. Zij moeten, leesbaar geschreven, vòòr 1 Juli 1891, vrachtvrij worden besteld in het secretariaat der stad Antwerpen.
Op straf van uitsluiting mogen de schrijvers zich hoegeaaamd niet laten kennen. Hunne ingezonden handschriften moeten eene kenspreuk dragen, welke herhaald is op een bijgevoegd gesloten briefje, de namen en het adres des schrijvers bevattende.
De Tooneelraad benoemt de jury, welke zal uitspraak doen vóòr 1 October 1891.
De bekroonde werken blijven het eigendom der schrijvers; doch het recht der eerste opvoering wordt den Nederlandschen Schouwburg van Antwerpen voorbehouden.
De niet bekroonde handschriften mogen na de beoordeeling worden teruggeëischt. De niet afgehaalde worden na 1 Januari 1892 vernietigd.
Aldus gedaan en goedgekeurd in zitting van den stedelijken Tooneelraad, den 23 Februari 1891.
De Voorzitter, Jan Van Rijswijk. De Secretaris, F. Jos. Van den Branden. De Leden, N. Cupérus, J. Florus, F. Gittens, J. Groesser, F. Kockx, Max Rooses, Kram. Rosseels, Max. Suremont.
- In het Amsterdamsche kunstblad De Portefeuille wordt de aanstaande verdwijning van ‘het voornaamste Vlaamsche-liberale maandschrift Nederlandsch Museum’ aangekondigd.
Wij weten, dat dit bericht volkomen onnauwkeurig is.
- De heer W.H.D. Suringar heeft eene uitgave bezorgd van Die bouc van seden, een middelnederlandsch zedekundig gedicht, dat in vroegere jaren reeds door den Duitschen geleerde Kausler werd uitgegeven.
- Eveneens heeft de heer E.T. Kuiper eene nieuwe uitgave be-