| |
Kroniek
Letter- en tooneelkunde.
- Prijskampen. - Maatschappij Minerva te Hasselt. Internationale Tooneel-Wedstrijd 1886-1887.
De Maatschappij Minerva, gevestigd te Hasselt, schrijft eenen Wedstrijd uit voor Blij- en Tooneelspelen (geen drama), zonder vrouwenrollen, waarop zij alle Maatschappijen van Noord- en Zuid-Nederland uitnoodigt.
De tooneelkringen welke aan den Wedstrijd verlangen deel te nemen, zijn verplicht zich vóor den 10 Juli aanstaande bij den Schrijver der Minerva te laten inschrijven.
Ieder Maatschappij zal één Blij- of Tooneelspel in 1 bedrijf opvoeren.
De volgende prijzen worden uitgeloofd:
1o EERSTE PRIJS: |
300 frank en een verguld zilveren eerepenning. |
TWEEDE PRIJS: |
150 frank verguld zilveren eerepenning. |
DERDE PRIJS: |
75 verguld zilveren eerepenning. |
VIERDE PRIJS: |
een verguld zilveren eerepenning. |
VIJFDE PRIJS: |
een verguld zilveren eerepenning. |
2o Een verguld zilveren eerepenning aan de Maatschappij die de beste uitspraak heeft.
3o Voor de beste Tooneelliefhebbers:
EERSTE PRIJS: |
Een verguld zilveren eerepenning. |
TWEEDE PRIJS: |
Een zilveren eerepenning. |
Elken avond zullen twee of drie Maatschappijen optreden.
| |
| |
N.B. - De Maatschappijen die het reglement van den wedstrijd niet mochten ontvangen hebben, wenden zich tot den Schrijver der Maatschappij, M. Frans Melchior, welke het hun onmiddellijk zal toezenden.
- De tooneelmaatschappij De Limburgsche Weêrgalm van Brussel, noodigt de liefhebbers uit tot een nationalen wedstrijd van uiterlijke welsprekendheid en tooneelstudiën, die plaats zal hebben in het Nieuw Hof van Brussel, Fontainasplaats, op Zondag 27 Juni a.s. ten 3 uur 's namiddags.
Men wende zich voor alle inlichtingen, dien wedstrijd betreffend, tot den heer J. Steentjes, schrijver der maatschappij, Leuvenschen steenweg 119, Brussel.
- Pastoor A. Joos heeft in eene vergadering van het Davidsfonds, afdeeling St-Nikolaas, bekend gemaakt, dat hij bezig is met het samenstellen van een Vlaamsch Idioticon van 't land van Waas. Om de medewerking van velen daartoe te verkrijgen is een prijskamp uitgeschreven, waarvan de voorwaarden in De Vlaamsche Wacht (16 Mei) te vinden zijn.
- In de Leeswijzer van 15 Mei verscheen een opstel van mej. Betsy Perk waarin de begaafde schrijfster het gedacht ontwikkelt proeftooneelen te stichten, ter opbeuring der nederl. tooneelletterkunde. Dit zou hierin bestaan dat de tooneelschrijvers hun werk op eene proef zouden stellen.
De proef zou eigentlijk eene opvoering van het stuk, zonder mise en scène noch decoratiën zijn. Dit zou echter genoeg wezen om bekwame beoordeelaars in staat te stellen de waarde van tooneelstukken te laten kennen.
Wordt een stuk goedgekeurd, dan brengt het gezelschap hetzelve voor het voetlicht. Zoodoende hoopt de schrijfster en velen met haar, het vaderlandsch tooneel en de tooneelschrijvers een grooten dienst de bewijzen, doordien beide min uitsluitelijk in de handen van soms al te baatzuchtige schouwburg-ondernemers zouden geklemd liggen.
- In de Portefeuille van 29 Mei komt een vlug geschreven studie op Brussel's schouwburgen voor. Over het Alhambra wordt het volgende gezegd:
‘In het Alhambra, den grootsten schouwburg van Brussel, speelt het gezelschap Nationaal Tooneel, in afwachting dat de fraaie Vlaamsche Schouwburg. dien de stad laat bouwen in het lagere stadsgedeelte, voltooid is. Het Alhambra is een volkstheater in den vollen zin des woords, dat weinig
| |
| |
aan litteratuur doet, dewijl zijn publiek voor het meerendeel uit kleine burgers en werklieden bestaat, die in litteratuur weinig zin hebben en, daarentegen, vooral op spektakelstukken en bloedige drama's gesteld zijn. Ook, zoodra een dier stukken op het affiche prijkt, mag men zeker zijn de zaal eivol te zien. Wordt integendeel een gewrocht vertoond dat min of meer litterarische verdiensten bezit, dan zijn de toeschouwers dun gezaaid, dewijl slechts het kleinere gedeelte van het publiek der Alhambra die soort van gewrochten weet te waarderen.’
Dit is helaas zóó, en te Gent en te Antwerpen is 't met het vaderlandsch tooneel niet veel beter. Betreurenswaardig! want het tooneel is eene volksschool, en eene volksschool waar men alléén vreemde dingen leert kan niet veel vruchten voor de ontwikkeling der vaderlandsche gevoelens afwerpen. Alzoo oefenen de Vlaamsche tooneelondernemingen eenen allerverderfelijksten invloed uit en bewijzen der vlaamsche Beweging veel meer ondienst dan dienst.
- Naar wij vernemen, zou de heer Fritz Bouwmeester te Antwerpen een tooneelgezelschap stichten, dat onder zijn bestuur en in concurrentie met den Nederlandschen Schouwburg, het a.s. saisoen openen zou.
- Te Gent zijn gedurig verzoekschriften onder het publiek in omloop, tot het verkrijgen eener spoedige beslissing nopens den opbouw eens nieuwen Nederl. schouwburg. Op 25 Mei waren reeds 70 verzoekschriften met 2700 handteekens ten stadhuize gekomen Opmerkenswaardig is 't, dat de werkende klassen het meest ijveren voor deze zaak
- De Bo's Westvlaamsch Idioticon zal binnen kort opnieuw verschijnen bij Eug. Beyaert 18 Palfynstraat te Kortrijk.
Dit nuttig werk is allen taalkundigen en liefhebbers onontbeerlijk en wij bevelen het hun daarom ten warmste aan. Het geheele werk zal slechts fr. 15 kosten, in driemaal betaalbaar.
- Het Gentsche tijdschrift voor wetenschappen Natura, onder redactie van prof. Mac. Leod, houdt op te verschijnen. Betreurlijk! Ziedaar het eenige schrift dat de natuurwetenschappen ten onzent, in 't Nederlandsch, met ernst en kunde vertegenwoordigde, dat bij gebrek aan ondersteuning ten gronde gaat.
- Bij E.J. Van Mol, te Mechelen, is verschenen Aan Vlaanderen, een vaderlandsche lierzang, door Victor Van de Walle.
| |
| |
- Het leven Door is de titel van den nieuwen dichtbundel van Victorien Vandeweghe (vierde reeks). Deze week werd ons den fraaigedrukten bundel toegezonden door den uitgever De Schepper-Philips, Dendermonde.
- Van de keurige vertaling van Shakespeare's werken, door Burgerdijk, is het 6e deel van de pers gekomen, bevattende: Veel leven om niets; De vroolijke vrouwtjes van Windsor; Elk wat wils en Driekoningenavond of wat gij wilt.
- Men kondigt een tweeden druk aan van Busken Huet's Land van Rembrand.
Deze uitgave is nauwkeurig herzien en aangevuld.
De prijs voor de 3 stukken is thans gesteld op 8.50 gulden.
- Grieksche en Romeinsche Bouwkunst, door J. De Waele, leeraar aan de Academie te Gent. Ziedaar de titel van een prachtig boekdeel, klein in 4o, bezorgd door het huis J. Vuylsteke, te Gent.
De tekst is in 't Nederlandsch en in 't Fransch nevens malkander. De gravuren beslaan zooveel bladzijden als de tekst, - Prijs: 4 fr.
Het werk schijnt ons geroepen om onze leeraren van bouwkunde groote diensten te bewijzen, vooral waar 't onderricht in 't Nederlandsch gegeven wordt.
- Onlangs werd eene volksuitgave aangekondigd van de alom bekende Gedichten van den Schoolmeester.
Thans vernemen we dat er reeds 20.000 exemplaren dezer uitgave verkocht zijn.
- Deze maand wordt te Amsterdam op plechtige wijze de zeventigste verjaring van den algemeen gekenden en geachten vaderlandschen dichter Hofdijk op plechtige wijze herdacht.
- Een zeer belangrijk nieuws.... voor Bibliophielen, werd onlangs door de Spectator medegedeeld. Een Franschman, de heer F.P.A. Madden, tracht in een opstel: Essai sur l'origine de l'Imitation te bewijzen, dat de schrijver van het bewonderenswaardige boek De Imitatione Christi is Jan Vos, van Heusden, bijgenaamd Johannes Nescio, geb. in 1363, gestoren te Wundesheim op 2 December 1424 alwaar hij sedert 1391 prior was.
Tot heden was het algemeen aangenomen dat Thomas a Kempis of Jean Gerson de vermoedelijke schrijvers waren van dit werk, dat reeds gedurende verscheidene eeuwen het voorwerp van onafgebroken navorschingen en bestudeeringen is.
| |
| |
De bewering van den heer Madden zal dus niet weinig opspraak en nieuwen strijdlust onder de Bibliophielen verwekken voor het vaderschap van het beroemde werk.
| |
Vlaamsche belangen.
- Wij, Vlamingen, zullen binnen kort ook eene Akademie hebben. Het voorstel werd te Brussel, door Kamer en Senaat gestemd. Te vergeefs kwam ditmaal het oude, duizendmaal weerlegde deuntje van de vijanden onzer Beweging, als zoude onze taal slechts een plaatselijke tongval wezen, voor de pinnen. Te vergeefs werd er mede geschermd, voornamelijk door den heer d'Andrimont, Senator en burgemeester van Luik: het voorstel van het Ministerie is gestemd, en wacht thans slechts op zijne uitvoering.
Wij hadden, en velen met ons, gewenscht de Akademie te Brussel, naast de andere, de nationale, te zien oprichten, doch nu zal zij te Gent worden ingesteld.
Dat hare stichting eene schitterende erkenning der gegrondheid van de Vlaamsche grieven is, zal ieder beseffen, alsmede het nut dat zij zal voortbrengen.
Danken wij dus den ontwerper, en de heeren afgevaardigden die het voorstel ondersteunden, en de regeering voor die prachtige hulde aan Vlaanderen's volk en taal bewezen door het oprichten der Vlaamsche Akademie!
- Volgens het weekblad Rond den Heerd heeft het gemeentebestuur van Brugge aan den Snellaertskring van Gent laten weten, dat het gedenkteeken ter eere der Brugsche helden het volgende opschrift dragen zal:
‘Jan Breidel en Pieter de Coninc
19 Mei 1302 - 11 Juli 1302
met algemeene medewerking der burgers, gilden, maatschappijen van het land, met tusschenkomst van den Belgischen Staat, de Provincie West-Vlaanderen, de stad Brugge plechtig ingehuldigd den 11 Juli 1887.’
Het voetstuk zal versierd zijn met de zinnebeelden der steden Brugge, Gent, Ieperen en Kortrijk, alsook met vier platverhevene beeldwerken, voorstellende de Brugsche Metten, den slag der Gulden Sporen, de terugkomst der zegepralende Bruggelingen en den Slag op den Pevelsberg Onder ieder dier beeldwerken zal een Vlaamsch opschrift te lezen staan.
- De Moniteur van 23 Mei bevatte het koninklijk besluit, waarbij de opschriften der zegels, bestemd voor gezegeld
| |
| |
papier, kwitanciën, handelseffekten, akten, registers, formulen voor het dragen van wapens, stembriefjes en plakkaarten, voortaan in de beide landstalen zullen gesteld worden.
Thans hebben we dus de twee talen samen op de zegels, hetgeen voor 't geld ook had moeten zijn.
De Minister van financiën zal vaststellen, wanneer de nieuwe zegels zullen verkrijgbaar zijn.
- Het bestuur van het Willems-Fonds heeft een verzoekschrift aan den heer Minister van Oorlog gezonden, waarin verzocht wordt de noodige maatregelen te willen nemen, opdat al de nieuwe te benoemen krijgsdoctoren eene genoegzame kennis van beide landstalen zouden bezitten, en ook diegenen, welke reeds in bediening zijnde, de Nederlandsche taal onmachtig zijn, in de gelegenheid gesteld worden om die taal aan te leeren.
| |
Toonkunde.
- Maandag 2n Sinksendag hebben de leeraars der vlaamsche muziekschool van Antwerpen hunnen bestuurder Peter Benoit met zijn marmeren borstbeeld vereerd, als blijk hunner hoogachting voor de gewichtige taak, welke hij op het gebied der Vlaamsche Kunst heeft volbracht. Vele voorname personen hebben deze plechtigheid bijgewoond. In de volgende afl. hopen wij dit feest nader te bespreken.
- Het Vlaamsche zangspel Maria van Burgondië, woorden van Nap. Destanberg, muziek van Karel Miry, wordt thans in Amsterdam met den meesten bijval vertoond.
| |
Beeldende kunsten.
- Onder de artisten die in de tentoonstelling van schilderijen te Parijs eene onderscheiding hebben bekomen. bevinden zich eenige Belgische artisten.
In de schilderkunst: MM. Halkett en Hubert Vos, eene derde medalie; MM. Emiel Claus, Alb. De Vriendt, Van den Eeden en Tytgadt, eene eervolle melding.
Beeldhouwkunst: De heer Const. Meunier en M. Charlier eene eervolle melding.
- De HH. D'Huyvetter, vader en zoon, die aan onze Vlaamsche schilders zooveel dienst bewijzen met hunne tentoonstellingen in de Vereenigde Staten, hielden voor eenigen tijd weder eene tentoonstelling te Boston. De dagbladen dier stad spreken er met den meesten lof over. Ziehier de Nederlandsche schilders waarvan werken tentoongesteld werden. MM.H. Bellis, Carpentier, Canchois, Clays, Col, Croegaart,
| |
| |
De Beul, De Haes, Gérard, Herbo, Lauters, Maes, Noterman, Petit, Plumot, Ed. en Gérard Portielje, Putzeys, Quitton, H. Ronner, Roozenbaan, Schouten, Van Damme, Sylva, Van den Eycken, Van der Vin, C. Van Leemputten, J. Van Leemputten, Van Luppen, Van Severdonk, Verboeckhoven en Jan Verhas.
- Alhoewel er een krediet gestemd is tot herstellen van het Steen te Antwerpen, toch schijnt men niet tot die herstelling te kunnen besluiten. Ziehier wat de ‘Chronique’ aangaande dit punt schrijft:
‘Het “Steen”, die oude Antwerpsche Burg, wacht nog altijd op de werken die het moeten herstellen en versterken; het staat daar als een der merkwaardigste gedenkteekenen van militaire bouwkunde van tijden die lang vervlogen zijn; weldra zal het invallen, zoo men nog lang wacht om het onderste gedeelte te versterken en de bouwvallige muren te herstellen.
Waarom, daar het nu toch officieel beslist is aan de Scheldekaaiën die archeologische aantrekkelijkheid te schenken, niet zonder uitstel de noodige werken begonnen? Zou men misschien de bijgedachte hebben de tijd zijn vernielingswerk te laten volvoeren? ofwel zou men het inzicht hebben om alles op een schoone nacht, als 't onweer is, af te breken, bij middel van dynamiet, om te doen gelooven dat het de bliksem was die dit vandalenwerk volbracht? In een woord, laat men den Zomer voorbijgaan - en dan natuurlijk ook den volgenden winter, - zonder er iets aan te doen, is het wel mogelijk dat de burcht van zelfs zal invallen want het onderste gedeelte vooral is erg bouwvallig.
Is het eerder dit misschien, waarnaar in het geheim de Antwerpsche Raad verlangt?’
Laat ons aannemen dat de ‘Chronique’ overdrijft wanneer ze zegt dat het gebouw zoo ras invallen zal. Nochtans diende de hand aan het werk geslagen te worden; zoo kan en mag het ‘Steen’ niet langer blijven staan.
| |
Nieuwe Uitgaven.
Aan Vlaanderen. Vaderlandsche lierzang door Victor Van de Walle, in 12o 32 blz., Mechelen E.J. van Mol.
|
|