Tentoonstelling in het ‘Kunstverbond.’
Ditmaal is zij de moeite van een bezoek waard.
De kleine zaal doet zich netjes voor met hare draperieën, haar frisch groen, hare beelden en schilderijen, en de verzameling is zoo merkwaardig, dat men zich de kosten van eenen cataloog heeft getroost, nogal met eene teekening van Frans Van Kuyck op de voorzijde! Alles in het Fransch natuurlijk, om wille der deftigheid....
Eer aan de jongeren!
Mertens heeft drie schilderijen, die van meer dan gewoon talent getuigen, en waarvan een, de oud-vrijer, een klein meesterstuk is. Wij hebben allemaal zoo eenen gekend in ons leven, vroolijk en onbekommerd zoolang als de jeugd duurde, en dan ook aan niemand peinzend dan aan zichzelven; maar de grijsheid vindt hem op eenen naakten zolder, in verhakkelde vervuilde kleeren te midden van armoede en ellende, bezig met het verstellen eener jas, welke de bedrevener hand eener vrouw behoefde. Het paneel doet den toeschouwer droomen. Arme Stumpert! is hét uwe eigene schuld, dat gij daar zoo van iedereen verlaten zit, of ontbrak het u indertijd aan de noodige stoutheid om een meisje te vragen?
Brunin stelt een aardig figuurtje ten toon, een schoolmeisje, dat een oogenblik van breien uitrust, en met veel natuurgetrouwheid is weergegeven. Met zijnen Oudheidkenner oogst hij echter nog meer lof. Er zit zooveel gevoel, zooveel poëzie niet in als in het stuk van Mertens, doch het getuigt van eene groote bekwaamheid.
Sommigen loopen niet hoog met Goddings Dronk. Hebben zij dan niet bemerkt, wat een prettig tooneeltje de bedreven schilder met die twee personaadjes op zijn doek heeft gebracht? Hoe natuurlijk en geestig zijn beider houding en uitdrukking weergegeven! Er is een gedicht te schrijven op den blik van dien gezonden, knappen grijsaard, die onwetens eene poos zijn maal opschorst, om aan de hupsche jonge meid, bezig met hem een glaasje wijn in te schenken, zijne onverdeelde aandacht te wijden.
Quitton heeft getoond, nog iets anders met talent te kunnen malen, dan die eeuwige doode vogeltjes. Drie tegen eén is voortreffelijk van teekening en bijna evenzeer van kleur; het getuigt tevens van des kunstenaars warm gevoel voor schijnbaar nietige dingen.
Houben, Van Engelen en Boom leverden fraaie schilderijen, doch Verbrugge overtreft hen allen met zijne Markt te Verona. Een blik op dit stuk - en ge hebt Italië vóor u met zijnen azuren hemel, zijn