gezorgd ‘goede waar’ te leveren. En de twee deelen, welke tet hiertoe verschenen zijn, bewijzen ten overvloede, dat hij volkomen in zijn voornemen geslaagd is.
Het eerste deel telt 264 blz. en bevat 4 verhalen: Verscheurde Bladen. - Eens is genoeg. - 't Was te ver gekomen. - Tijding uit Amerika. Ook het 2e deel, inhoudende 226 blz., bevat 4 novellen: Livina. - Tante Sidonie. - Vader Joos. - In den Winter.
De uitvoering is, zooals De Seyn het ons gewoon heeft gemaakt, netjes verzorgd: goed papier, klare duidelijke letter, smaakvolle druk. Wat behoeft er meer gezegd om deze boeken aan te bevelen?
En toch komt eene andere aanbeveling zich bij de voorgaande voegen, namelijk, die der verhalen zelven. Mevrouw Courtmans kan zoo gemoedelijk vertellen, zoo eenvoudig en natuurlijk ‘praten’, dat iedere beminnaar van het goede en schoone haar ontegensprekelijk moet liefhebben, wanneer hij eenigen tijd bij haar, in hare werken, vertoefd heeft. Hoe bemoedigend en bevredigend tevens is de indruk, welken de lezing verwekt! Hoe gemakkelijk weet de schrijfster te boeien door eenvoud en natuurlijkheid! Hoe streelt zij ons oor door de zoetvloeiendheid harer taal! Zoekt echter geene ingewikkelde toestanden, geene spitsvondige intrigues, geene aangrijpende ontknoopingen in deze novellen; reeds bij de lezing van het eerste stuk zoudt gij ontgoocheld worden, daar gij niets dan waarheid en natuurgetrouwheid aantreffen zult.
En zijn dit reeds geene eigenschappen genoeg om gelezen en gewaardeerd te worden? Voeg daar nu nog eene zuivere taal en een vloeienden schrijftrant bij, en zeg dan of wij ongelijk hebben elken Vlaming aan te sporen kennis te maken met de beste onzer hedendaagsche schrijfsters.
Wij hopen dan ook uit den grond des harten, dat de pogingen van den Roeselaarschen uitgever naar waarde zullen geschat en beloond worden.
Frans de Ghent.