De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 12
(1882)– [tijdschrift] Vlaamsche Kunstbode, De– Auteursrechtvrij
[pagina 559]
| |
Toonkunde.Antwerpsche Muziekmaatschappij.- Het prachtige oratorio De Schepping van Jozef Haydn werd door de Société de Musique, van Antwerpen op 13 en 20 November l.l. met overgrooten bijval uitgevoerd. Als solisten traden op de heeren: Henry Fontaine (Raphaël), Claeys (Adam) en Janssens, (Uriël), benevens Mevr. Coppenrath en mej. Janssens de eerste als Gabriël en de tweede als Eva. Deze vijf solisten kweten zich van hunne lastige taak op hoogst bevredigende wijze en werden dan ook door de talrijke toehoorders naar verdienste toegejuicht. Andermaal hebben wij kunnen vaststellen, dat de muziekuitvoeringen, onder Benoits leiding, zich vooral kenmerken door eene groote eenheid tusschen de verschillende medewerkende krachten, en eene beredeneerde verhouding tusschen het karakter en de kleur van elk hoofddeel van een werk; de verschillige schakeeringen der onderdeelen werken harmonisch samen met de hoofddeelen, zoodat hoofd- en neventempo's in onderling verband zijn, terwijl de laatste bijna mathematisch opvolgend in elkander sluiten. Zoo werden enkele nummers met halve kracht en door het orkest en het neerzittend koor uitgevoerd, derwijze dat de solostemmen helder en duidelijk boven het koor en orkest uitkwamen. Het orkest en het koor, insgelijks neerzittend, begeleidden op ideale wijze het duet tusschen Adam en Eva (begin van het 3e deel), en verwekten eenen toestand, als ware ieder in eenen droom van het paradijs verzonken. Orkest, koren en solisten hebben, gedurende het gansche werk, op heerlijke wijze gespeeld en gezongen, in zooverre dat Charles Gounod, die het concert bijwoonde, zijne bewondering in warme uitdrukkingen lucht gaf en Peter Benoit broederlijk omarmde. Deze schoone avondstonden mag de Société de Musique met gouden letteren in hare jaarboeken aanteekenen.
***
Op het laatste Nederlandsch muziekfeest te Dordrecht, hebben Gustaaf Huberti en Jan Blockx eenige hunner compositiën | |
[pagina 560]
| |
gedirigeerd. De beide toondichters werden door onze Noorderbroeders dapper toegejuicht, en voorzeker zullen zij van hun kunstbezoek in Dordrecht eene aangename herinnering behouden. Alzoo verbreidt zich langzaam maar zeker in het het buitenland de faam onzer jonge Vlaamsche muziek en musici. ***
Het door de koninklijke Akademie van België bekroonde trio voor piano-forte, viool en vioolcel van Jozef Callaerts, professor van orgel bij de Antwerpsche muziekschool, is op het laatste intiem concert van de koninklijke Harmonie uitgevoerd geworden. Het werk wordt zeer geprezen om de technische vaardigheid, welke het vertaadt, maar minder is het te schatten onder oogpunt van individualiteit. Niettemin voldeed het trio zeer aan het talrijk opgekomen publiek, vooral door het zuivere spel der drie vertolkers. Eene warme ovatie werd den heere Callaerts door de aanwezigen gebracht. ***
Op 22 November l.l. werd alhier het St-Ceciliafeest door den beiaard der hoofdkerk des morgens vroeg aangekondigd door het spelen van het Oud-Nederlandsche volkslied Caecilia. Men weet dat het grondmotief van het slotgedeelte van Benoit's piano-forte-concerto met orkest eene soort van kunstmatige vervorming is van gezegd lied.
***
Het 2e der abonnements-concerten voor 1882 van de Antwerpsche muziekschool (tweede jaargang), heeft op den 2 December j.l. plaats gehad. Het programma bevatte stukken van verschillende komponisten der Italiaansche, Fransche en Duitsche school. Het eerste deel bestond uit: 1. Inleidingstuk van de opera Faniska van M.L. Cherubini (1760-1842); 2. Sonate en Allegro con fuoco, twee klavierstukken van P.D. Paradies (1710-1795), zeer verdienstelijk met veel technieke vaardigheid vertolkt door J. Bosiers, leeraar aan de muziekschool; 3. Aria van Ceres uit de opera Proserpine van G. Paisiello (1741-1816), met haar gekend talent voorgedragen door de verdienstelijke kunstzangeres Mej. Lemaire; 4. Danza | |
[pagina 561]
| |
Fanciulla van Fr. Durante (1684-1755), overgeschreven door Peter Benoit voor hobo en strijkkwartet, een lief en aardig stukje, dat door M. Bonzon, professor aan de Muziekschool, en het orkest meesterlijk gespeeld en dan ook gebisseerd werd; 5. Siciliano en Scherzo van D. Scarlatti (1683-1757), pianostukken door M.J. Bosiers en 6. Aria van Ina ui de opera Ariodant van E.H. Mehul (1763-1817), gezongen door Mej. Lemaire. Het tweede deel bevatte de Derde Symphonie van Joz. Haydn (1732-1809). Zelden werd het ons gegeven eene zoo moeilijke compositie met zooveel samenhang en kunstgevoel te hooren uitvoeren. Het orkest wist zich, zooals altijd, door zijne zuivere, esthetische voordracht, van het publiek warm te doen toejuichen. De talrijke fijne schakeeringen werden op waarlijk meesterlijke wijze weergegeven. Peter Benoit dirigeerde.
***
Te Angers, in Frankrijk, was door de maatschappij Association artistique, op het programma van haar volksconcert van 26 November l.l. gebracht: ‘L'Ombre d'Artevelde du Schelde (L'Escaut). poême d'Emmanuel Hiel, musique de Peter Benoit, chanté par M.H. Fontaine, avec accompagnement d'orchestre. (1re audition en France.)’ In het Kunstblad: Angers-Revue van 23 November, treffen wij over Peter Benoit eene bespreking aan, die des te meer waarde heeft, omdat zij in een Fransch blad verschenen is. Wij laten ze hier volgen: ‘L'OMBRE D'ARTEVELDE, de Benoit. Ce morceau est tiré du Schelde (L'Escaut), poème lyrique en trois parties d'Emmanuel Hiel, mis en musique par Peter Benoît. La seconde partie de cet ouvrage exprime la lutte des Flan dres pour la conquête de leur indépendance. Le poète y évoque successivement les ombres des grands hommes que luttèrent avec le peuple flamand et qui ont nom Zannekin, Artevelde, Guillaume d'Orange. C'est dans cette situation que se trouve placé l'air chanté par M. Fontaine, c'est donc l'invocation à la liberté et à la paix par l'ombre d'Artevelde. | |
[pagina 562]
| |
Peter Benoit, l'éminent directeur du Conservatoire d'Anvers, est considéré comme le leader du mouvement musical flamand en Belgique. Ses principales oeuvres sont: Lucifer, qui date de 1863, auquel succédèrent De Schelde (l'Escaut), l'Oorlog (la Guerre), grand poème lyrique en trois parties; les drames de Charlotte Corday et Guillaume d'Orange (épisode de l'histoire de la Pacification de Gand); la Rubenscantate, la Muse de l'histoire, la Cantate pour quatre groupes dintincts de voix d'enfants, la Marche Triomphale à triple orchestre et choeurs écrite pour l'ouverture de l'exposition nationale de 1880 à Bruxelles, et intitulée le Génie de la Patrie. Il travaille en ce moment à une trilogie dont la première partie, l'Hymne à la Beauté, a été exécutée avec un éclatant succès au grand festival de Bruxelles le 20 août 1882. Les deux autres parties de la trilogie auront pour titre: Hymne à l'Humanitè et Hymne à la Vérité. C'est la première fois que la musique de M. Peter Benoit figure dans un programme français. Nous avons le désir de pouvoir faire entendre cet hiver une oeuvre plus importante du Berlioz flamand qui nous a fait espérer sa présence à Angers.’ Naar wij vernemen zal het op einde van Januari e.k. zijn dat te Angers een geheel volksconcert uitsluitelijk aan de werken van den ‘Vlaamschen Berlioz’ zal gewijd worden, onder de leiding van den meester zelven.Ga naar voetnoot(1) Deze muzikale plechtigheid, de eerste die in Frankrijk ter eere van Benoit plaats heeft, zal de volgende compositiën bevatten: Twee fragmenten uit De Schelde, (1868) te zingen door H. Fontaine; Openingstuk uit Erlkoning, een der eerste werken (1858); Idylle en Balscène uit Charlotte Corday; Concerto voor fluit en orkest, verdeelt als volgt: a Dwaallichten; b Melancholie; c Dwaallichtendans; Openingsstuk van het drama De Pacificatie van Gent.
*** | |
[pagina 563]
| |
In Angers-Revue wordt met den meesten lof gesproken over Henry Fontaine, baszanger die zooals men weet Antwerpenaar van geboorte en oud-leerling der muziekschool alhier is Verleden winter heeft onze landgenoot met den grootsten bijval gezongen in de concerten van Pasdeloup en van Broustel te Parijs en in de volksconcerten van Marseille. Het is ons een waar genoegen hier te mogen vermelden, dat de schoone stem en de heldere en gevoelvolle voordracht van dezen Vlaamschen kunstzanger zoo zeer gewaardeerd en geprezen wordt. Toon Schilders. |
|