De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 11

Bladvulling.

Anekdoten.

I.

Tegenwoordigheid van geest. - Een jong mensch, die exaam voor de marine zou afleggen, werd volgenderwijze ondervraagd:

‘Wat zoudt gij doen, als gij een machien hadt, door u zelve gesteld en goed in orde, maar waarvan de pomp, als zij aan boord van een schip gebracht was, in het geheel geen water gaf?’ - De kandidaat antwoordde, zonder zich van zijn stuk te laten brengen: ‘Ik zou even over boord gekeken hebben, of er nog water in de zee was.’

II.

Niet dom. - Predikant, tegen eenen jongen, dien hij in zijnen tuin op het stelen van appelen betrapt: ‘Fritsje, kom eens hier, ik heb u iets te zeggen.’

Fritsje: ‘Neen, neen, dominée, zeg dat maar aan een ander; zulk een kleine jongen als ik behoeft nog niet alles te weten.’

III.

‘Als ik ontdekt word, dan ben ik verloren!’ riep een komediant uit, terwijl hij achter een scherm op het tooneel trad. ‘Als gij ontdekt wordt, dan zijt gij gevonden,’ zeide een grappenmaker.