| |
Kroniek.
Tooneel- en letterkunde. - Prijskampen.
- De Redactie van het Tijdschrift: Nederlandsch Museum te Gent, schrijft eenen prijskamp uit voor eene Novelle. De stukken, onuitgegeven en maar een zestigtal blz. groot, moeten voor 1en Augusti 1881, vrachtvrij gezonden worden aan M. Ad. Hoste, uitgever van het Tijdschrift, Veldstraat,
| |
| |
Gent. Een prijs van 150 fr., boven het honorarium berekend tegen 1 fr. per bladz. en 25 afdruksels, wordt den schrijver van de beste novelle toegekend. De Redactie behoudt zich het recht voor de niet bekroonde novellen in haar tijdschrift op te nemen, mits 1 fr. per bladz., honorarium en 25 afdrukken. De schrijvers behouden den eigendom van hun werk, doch slechts na de verschijning hunner novelle in het Museum. De jury zal bestaan uit de leden der Redactie van het Tijdschrift.
- De heeren L. de Burbure, Conscience, Heremans, Samuël, Wagener, allen leden der Koninklijke Akademie, benevens Potvin, briefwisselend lid, maken de jury uit van den tweejaarlijkschen wedstrijd voor het dichten van eene Nederlandsche of Fransche kantate, bestemd om getoonzet te worden in den prijskamp van muzikale kompositie van 1881.
- De twee stukken, welke in den wedstrijd van tooneel letterkunde, door de Vereeniging Thalia van Amsterdam uitgeschreven, eene loffelijke melding hebben gekregen, zijn: Hoogmoed, tooneelspel door Louise Stratenus, en De Van Dalens van Poelwyck, blijspel door M. Van Sorgen, advokaat te Utrecht.
- Voor den prijskamp, door de koninklijke Spaansche akademie ter eere van Calderon uitgeschreven, zijn niet minder dan 13 gedichten ingezonden. Met eenparigheid van stemmen heeft de kommissie van beoordeeling den prijs toegewezen aan het gedicht met het motto: Genieèn zijn onsterfelijk, waarvan de schrijver is A.F.J. Reiger, te Leenteren in Gelderland.
- Consciencefeest. Ruim 300 afgevaardigden van Vlaamsche maatschappijen des lands hadden Zondag, 1 Mei, den oproep beantwoord, door de Brusselsche voorloopige kommissie gedaan, om een feest ter eere van Conscience in te richten. De zitting werd geleid door Eugeen Stroobant, notaris en letterkundige. Het voorloopig komiteit had een uitgebreid programma van feestelijkheden opgemaakt, waaronder de uitvoering van koren van Gevaert en Miry, een groot Hymnus van Benoit,
| |
| |
overhandiging van een geschilderd portret door Jan Verhas en van een borstbeeld, door Paul Devigne, oprichting van praalbogen en transparanten met de voornaamste tafereelen uit Conscience's werken, enz., enz. Met algemeene stemmen werd het volgende besloten: 1o Het feest buiten alle politiek te vieren; 2o Geene toelage van Stads- of Staatsbesuur aan te nemen, en van het feest een echt Vlaamsch volksfeest te maken; 3o Eene kommissie te benoemen uit 32 leden bestaande, voor de eene helft katholieken en voor de andere helft liberalen, en die gelast zal zijn met de inrichting van het feest; 4o Bij de kommissie eene andere kommissie te voegen, samengesteld uit 2 afgevaardigden voor elk arrondissement van het Vlaamsche land en door hunne lastgevenden te huis te benoemen; die 2 afgevaardigden moeten insgelijks de eene katholiek en de andere liberaal zijn; 5o Alle Belgen, Vlamingen en Walen, alsook de Noord-Nederlanders tot het feest toe te laten en uit te noodigen.
De Brusselsche kommissie werd volgenderwijze samengesteld: Stroobant, Hoste, De Winde, Rooryck, Des. Delcroix, Paul Devigne, F. Gassée, X. Havermans, Em. Hiel, D. Korps, Laude, Nieter, Lynen-Hoogaerds, Ongena, Schaeken, Tinel, Van Driessche, Van den Dungen, Dr Vande Ven, Jan Verhas, D. Vygen, Waelput, Warnots, Wouters, Dr A. Willems, 4 afgevaardigden - als secretaris - van het Willemsfonds; 4 id. van het Davidsfonds en 2 id. van de Veldbloem.
- Dichter Emanuel Hiel heeft voor het Consciencefeest eenen Hymnus vervaardigd, welken door Peter Benoit op muziek zal worden gesteld, en door duizende stemmen zal gezongen worden. Ook worden door denzelfden dichter twee kinderkoren gemaakt, waarvoor Karel Miry de muziek zal leveren.
- In de laatste zitting van de Klas der Letteren van de Koninklijke Akademie heeft onze gevierde Conscience eene prachtige redevoering uitgesproken over de Vlaamsche Letterkunde in België sedert 1830. Op het einde der zitting heeft de Minister van Binnenlandsche zaken aangekondigd,
| |
| |
dat de beroemde romanschrijver tot groot-officier der Leopoldsorde was bevorderd. Onze hartelijkste gelukwenschen aan den ouden, kloeken strijder.
- Voor een vijftal maanden is er te Antwerpen een nieuwe maatschappij tot stand gekomen, onder den naam van Kunst- en Letterkring. Behalve de lezing van oorspronkelijke stukken, door de leden vervaardigd, en het geven van voordrachten in de wekelijksche vergaderingen, richt deze kring ook letterkundige feesten in, welke publiek zijn. Het eerste dezer feesten, den 22 Februari ll., gegeven, bestond uit eene voordracht over Vondel door den voorzitter M.A. Nuyens, benevens het déclamatorisch voordragen der schoonste brokken uit den Lucifer door M.M. Suetens, Vander Voort en Winkler
Op het tweede feest, den 7 Maart gehouden, werd het woord gevoerd over Shakespeare door M. Julius Vander Voort en Romeo en Julia broksgewijze gedeclameerd; terwijl op het derde feest, den 5 April, gehandeld werd over de Oostersche Poêzie en het gedicht Rama, door M. Frans Willems. Toekomenden winter zullen deze hoogst belangrijke feesten worden voortgezet en de hoofdfiguren der verschillige litteraturen in behandeling komen.
| |
Beeldende kunsten.
- De gemeenteraad van Brussel heeft besloten de huwelijkszaal te doen schilderen en versieren. Het is de kunstschilder Cardon, dezelfde die in de nijverheidstentoonstelling het prachtig Vlaamsch binnenhuis voor de drukpers maakte, welke met het kunstwerk aan het Brusselsch stadhuis gelast is. De zaal zal in Vlaamsch Gothiek van het einde der 15e eeuw geschilderd en versierd worden met de blazoenen der Ambachten en Gilden, de wapens van Brabant en van Brussel, alsook de schilden der patriciërs der stad. Zinnebeeldige figuren, loovers en ranken zullen langsheen de wanden, tusschen de balken en over de korbeelen zwieren. Op deze laatste, 36 in getal, zullen zedespreuken in het Vlaamsch geschilderd worden. - Wij juichen het besluit van den Brusselschen gemeenteraad van harte toe. Het diene tot voorbeeld aan andere steden!
| |
| |
- De Kommissie die zich gelast had met het inzamelen van giften om aan Breydel en de Coninck te Brugge een standbeeld op te richten, heeft hare inschrijving gesloten. Zij heeft 33,077 fr. 53 c. ontvangen en nu den Minister van Binnenlandsche Zaken verzocht aan de Kamer een Krediet te vragen, om de som te volledigen die noodig zal zijn tot oprichting van het standbeeld.
- Op Zondag 1 Mei had te Gent, op het Gemeente-kerkhof, de onthulling plaats van het gedenkteeken, door menigvuldige kunstvrienden en kunstenaars opgericht ter eere van Julius Dekeghel, den verdienstelijken schilder, die vóór een paar jaren overleed. Dit monument is het werk van den jeugdigen beeldhouwer D. Vanden Bossche. Het bestaat uit eenen opgaanden steen in Griekschen vorm, met een bronzen medaljon in het bovendeel, de beeltenis van den overledene voorstellende, ongeven van eenen in steen gehouwen lauwerkrans, en in het voetstuk met de kenteekens des schilderkunst versierd. - Twee redevoeringen werden bij deze plechtigheid, waarbij eene menigte hooggeplaatste personen tegenwoordig waren, uitgesproken: de eene door M. Goossens in naam der uitvoerende kommissie; de andere door M. Lod. Van Biesbroeck, beeldhouwer, namens den Kunst- en Letterkring.
- De reisbeschrijving, welke Max Rooses onder den titel Over de Alpen heeft uitgegeven, wordt met den meesten lof in den Nederlandschen Spectator besproken.
| |
Toonkunde.
- Op het Festival-Liszt, dat alhier den 26 Mei zal plaats hebben, zullen de volgende stukken worden uitgevoerd: 1o Plechtige Mis, voor orkest en koren; 2o Concerto in la bémol, voor klavier en orkest, door Mme Anna Mehlig: 3o Mîgnon, melodie met orkest, door Mej. Ant. Kufferath; 4o Fest-Klänge, symfonisch poëma; 5o De Preludes, symfonisch poëma.
Den Zondag daaropvolgende, 29 Mei, zal de wereldberoemde komponist te Brussel eenen muzikalen morgenstond bijwonen, welke ter zijner eere wordt ingericht door zijne leerlingen Franz Servais en M. en Mme de Zarembski. De schoonste wer- | |
| |
ken des meesters zullen er op worden uitgevoerd, namelijk de Faust-Symfonie, voor koren en orkest; het Concert-pathétique voor 2 klavieren; Jammerklacht en Triomf van Tasso, symfonisch poëma voor orkest, benevens een lîed (waarschijnlijk Loreley). Geen enkel dezer werken werd nog te Brussel ten gehoord gebracht. De koornmaatschappij l'Orphéon, onder het bestuur van Edw. Bauwens, heeft zich welwillend ten dienste gesteld voor de uitvoering van het eerste stuk.
- De Bestuurder der Antwerpsche Muziekschool heeft te Brussel eenen nieuwen zegepraal behaald. Op het laatste feest der Concerts populaires aldaar werden van Peter Benoit ten gehoore gebracht verschillende brokstukken uit Charlotte Corday. De meester dirigeerde het orkest. Al de Fransche bladen de hoofdstad, en inzonderheid degenen, die vroeger Benoit het meest hebben afgebroken, spreken met den grootsten lof over zijne gewrochten en roemen hem hoog als orkestmeester. De franschgezinde Gazette zegt onder andere: Ses idées sont à lui, son orchestration est à lui, et l'ensemble s'impose, bon gré mal gré, à l'admiration. C'est grand, c'est beau; il n'y a pas à dire, celui qui a fait cela est ‘quelqu'un’ Als orkestmeester wordt van hem getuigd, dat zijne tegenwoordigheid voldoende geweest is om bij de spelers een vuur op te wekken, dat wonderen verrichtte; sedert langen tijd hebben wij de symfonie in ut mineur van Beethoven zoo voortreffelijk niet hooren uitvoeren - zegt de Chronique. Ook de revue: L'art moderne getuigt van den overgrooten bijval, dien Benoit heeft ingeoogst en bespreekt met den meesten lof zijne Charlotte Corday, terwijl de Brusselsche briefwisselaar van de Flandre Libérale, een Waal, zegt, dat het orkest, onder zijne gewetensvolle leiding, geheel en gansch van gedaante veranderd was. Zulke getuigenissen wreken den Vlaamschen meester over de kwaadwillige aanrandingen, waaraan hij vroeger blootgesteld is geweest.
|
|