De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 11
(1881)– [tijdschrift] Vlaamsche Kunstbode, De– AuteursrechtvrijSlechte lectuurGa naar voetnoot(1).Waarschijnlijk is het niet algemeen bekend, op welk een groote schaal de colportagehandel in schandelijke en verderfelijke boeken zijne slachtoffers maakt, voornamelijk in Duitschland, maar ook hier te lande. Ik heb hier bepaald op het oog die werken, welke in afleveringen verschijnen, en waarbij den inteekenaren een of twee prachtige (?) oleographiën door den milden uitgever worden cadeau gemaakt, of wel tegen eene, naar het heet matige vergoeding, (een paar gulden meestal) worden disponibel gesteld. Bij het minder ontwikkelde publiek, voornamelijk bij de vrouwelijke sekse, (naaisters, dienstmeisjes, enz.) vinden deze werken, van een indruk makenden titel voorzien, een goeden aftrek, zoodat èn uitgevers èn colporteurs uitstekende zaken maken. Ik behoef niet te verzekeren, dat met weinig moeite het onwetende, argelooze publiek overgehaald wordt om op deze werken, dikwijls van onzedelijke strekking in te teekenen. Geen wonder dan ook dat ze bij duizendtallen in den lande verspreid wor- | |
[pagina 134]
| |
den, en niet bevorderlijk zijn voor de beschaving en de goede zeden. Een schat van nuttige lectuur zou aangeschaft kunnen worden, voor de som, die aldus nutteloos besteed wordt. Want het publiek verbeeldt zich voor weinig geld in het bezit van iets goeds te geraken; in waarheid ontvangt het niet anders dan een hoop scheurpapier. We willen even nagaan, hoe groot de kosten zijn aan zulk eene inteekening verbonden. In den regel is de prijs der afleveringen zeer laag gesteld, 30 of 35 cents, en zijn dertig of veertig afleveringen noodig om het werk compleet te maken. Voeg hierbij nog extra geld voor de prachtige premien, die men echter betalen moet, (nemen wij aan een paar gulden), zoo komt men voor een tien à twaalf gulden in het bezit van een hoop misdruk en een paar leelijke bonte prenten. Is het nu geen schande dat aldus partij getrokken wordt van de onwetendheid der minder beschaafde volksklasse? Velen zullen hiertegen aanvoeren dat een ieder weten moet wat hij doet; dat de inteekening toch vrijwillig geschiedt, enz., maar vergeten wij niet dat het grootste gedeelte der inteekenaars verkregen wordt door de aansporingen van den nimmer moeden colporteur! Werken met de volgende titels als: Marino Marinelli of De bloednacht van Venetië, De man met het ijzeren masker of De slaapwandelaarster van Parijs en zoovele andere, vallen natuurlijk in den smaak van het onwetende modemaakstertje of dienstmeisje, dat daarvoor hare zuur verdiende penningen opoffert, overgehaald door de verzekeringen van den colporteur: ‘dat het boek zoo overheerlijk mooi en zoo uiterst goedkoop is.’ (sic). Ik behoef niet nader te verklaren, dat ik het niet tegen den colportagehandel in het algemeen gericht heb, maar alleen tegen de schandelijke praktijk om werken als bovengenoemde aan de markt te brengen. Vele boekhandelaren, vooral in Duitschland, vinden toch door het laten colporteeren met boeken grootendeels hun bestaan, en het zij verre van mij te durven beweren, dat hierin iets verkeerds ligt, mits de werken degelijk zijn. - Het doel van mijn stukje is alleen om ouders, voogden en degenen die over hunne dienstbaren | |
[pagina 135]
| |
eenig toezicht houden, te waarschuwen tegen den gevaarlijken handel in slechte lectuur, waarvan menigeen te laat betreurt het slachtoffer te zijn geworden. Voorbeelden zou ik kunnen aanhalen, maar ik acht dit niet noodzakelijk, daar ik niet het voornemen heb, bepaalde personen te compromiteeren. Misbruiken als deze behoort men echter tegen te gaan en het is meer dan tijd dat het publiek tegen den handel in verderfelijke boeken gewaarschuwd worde. Montanus. |
|