De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 11

Kroniek.

Tooneel en letterkunde. - Prijskampen.

- In den internationalen tooneelprijskamp der Dijlezonen te Mechelen, werden de prijzen toegekend als volgt:

Drama. - 1^e prijs: Tooneel- en Letterkring van Antwerpen. - 2^e prijs: De Wijngaard van Brussel. - 3^e prijs: Onder ons Vooruit, Antwerpen. - Beste liefhebber, de heer Schoumans van Brussel. - Beste liefhebster, mej. Louise Meyers, van Antwerpen.

Blijspel. - 1^e prijs: De Wijngaard, van Brussel. - 2^e prijs: Van Crombrugghe's Genootschap, van Gent. - 3^e prijs: De Brabantsche Leeuw, van Elsene. - Beste tooneelliefhebber, de heer Elka, van Amsterdam. - Beste tooneelliefhebster, mej. Spoor. - Prijs van aanmoediging aan mej. Thery, van Gent.

- Het verslag over den vijfjaarlijkschen Staatswedstrijd voor de Nederlandsche letteren in Belgie, is onlangs in den Moniteur verschenen. ‘Het getal mededingers was aanzienlijk, ja, betrekkelijk grooter dan in elk vorig tijdvak. Wanneer men daarbij aanmerkt dat verscheidene schrijvers van verdienste ditmaal niets nieuws hebben uitgegeven, zoo verkrijgt men het bewijs dat het getal jonge Vlamingen, die

[p. 94]

hun talent aan de Nederlandsche letteren wijden, merkelijk aangroeit.’

- Het Volksbelang van Gent, dat dezen winter zeer belangwekkende artikelen aan de Duitsche Opera wijdt, besprak ook onlangs Wagner's aldaar opgevoerden ‘Tannhäuser’. Na zijne welverdiende hulde aan den beroemden Duitschen componist, toont zich de verslaggever - Prof. M..., zoo wij 't goed voor hebben? - al even zoo enthusiast over den tekst, die, zooals men weet, van Wagner zelf is:

‘De meester, zoo schrijft hij o.a., bewijst hier vooral ten overvloede, dat de poëzie evenmin geheimen voor hem bezit als de muziek: verzen gelijk de zangen der mededingers in den dichterlijken wedstrijd, prachtig door de harp begeleid, zouden door eenen Rob. Hamerling kunnen onderteekend worden.’

Wij twijfelen sterk of de geniale dichter van ‘Lord Lucifer’⁽¹⁾, althans of het letterkundige Duitschland dit oordeel wel gereedelijk zou bijstemmen. Immers, in Eckstein's ‘Deutsche Dichterhalle’, een der meest verspreide letterbladen van Duitschland, en waarvan juist Rob. Hamerling een der ijverigste medewerkers is, troffen wij indertijd een krachtig protest aan tegen de ‘aanmatiging’ sommiger Wagnerianen, die den meester niet alleen als musicus vieren, maar hem ook als dichter voor een ‘genie van eersten rang aanzien’ en het aanstootelijke ‘Kauderwelsch’ der meeste teksten van Wagner voor poëzie zouden willen doen doorgaan. Kortom, de Dichterhalle is van oordeel dat Wagner zijne taal, ‘'s volks kostbaarste eigendom’, deerlijk mishandelt, zoodat zijne verzen in den regel ‘von Herzen schlecht sind’!

Wie van beiden heeft nu gelijk? Of de Gentsche, of de Duitsche beoordeelaar? - Wij. die enkel door den zang, niet door eigen lezing, iet of wat met Wagner's operateksten bekend zijn, laten het votum over dat geschilpunt liefst aan den bevoegden lezer over.

- Twee vlaamsche letterkundigen, de heeren Jan Van Ryswyck, en Arthur Cornette zijn lot professors benoemd bij de te Antwerpen gestichte Normaalschool voor onderwijzers.

(1) ‘Het Volksbelang’ noemt Hamerling ‘de grootste dichter van onzen tijd’. In elk geval is hij stellig ‘een der grootste’ en verdient hij ten onzent veel meer bekend te zijn.

[p. 95]

- Van den laatstgenoemde verscheen nog onlangs in de Padaegogische Bibliotheek (Redactie Versluys, te Groningen) eene studie over Rabelais. Dit werkje van den heer Cornette is van aard om niet alleen door geestverwanten, maar ook door tegenstrevers van den beroemden Rabelais met belangstelling te worden gelezen.

- Onze medewerker de heer Gust. Segers, professor bij de Normaalschool te Lier, verzoekt ons om eene kleine terechtwijzing aangaande ons artikeltje over het aldaar gehouden Tollensfeest; - nl. dat niet hij, maar wel de Bestuurder der school dit Eeuwfeestje ter eere van den gevierden volksdichter heeft ingericht. Wij ontvingen ook van den heer Segers eene correspondencie, betrekkelijk het werk van J.P. De Keyzer: Neerland's Letterkunde in de XIX^e Eeuw. Wegens plaatsgebrek tot het volgend nommer verschoven.

Toonkunde.

- Door de Société de Musique van Antwerpen, werd onlangs Haydn's meesterstuk ‘De Jaargetijden,’ met zulken schitterenden bijval uitgevoerd, dat, op algemeen verzoek, acht dagen later eene tweede uitvoering van dit prachtig oratorio plaats had.

- Onlangs werd te Turnhout voor de eerste maal uitgevoerd de cantate Vlaanderen van Frans Andelhoff, gedicht van Hiel. Door zijne Heideliederen heeft zich die begaafde jonge componist reeds lang ten gunstigste in de muziekale wereld bekend gemaakt. Dit nieuwe werk kan niet anders dan tot verhooging zijner kunstfaam bijdragen.

Beeldende kunsten. - Prijskampen.

- De maatschappij van Antwerpsche Bouwmeesters schrijft den volgenden prijskamp uit: Er wordt gevraagd eene dorpstatie met aanhoorigheden voor eene gemeente van 12,000 zielen, te ontwerpen volgens een bijgevoegd grondplan.

- Ingevolge de stichting Godecharle, worden door het Staatsbestuur drie beurzen van 1,000 fr. per jaar uitgeloofd tusschen de historieschilders, beeldhouwers of architekten die zouden verlangen hunne kunstopvoeding te volmaken door het bezoeken der voornaamste museum's van het buitenland. Onder de voorwaarden die den kandidaten worden gesteld, bemerkt men dat dezen niet meer dan 25 jaren mogen oud

[p. 96]

zijn en reeds in een der Driejaarlijksche Tentoonstellingen van Brussel een werk hebben tentoongesteld, dat erkend geworden is als bijzonder verdiensten bezittende. Maar waarom weer alleen de historieschilders bevoordeeligd en de andere uitgesloten?

Necrologie.

Karel Pauli, verdienstelijk landschapschilder, professor aan de Kkl. Academie te Gent, overleden in Duitschland. - De ‘Kunst- en Letterkring’ van Gent richt thans eene zoo volledig mogelijke tentoonstelling van de werken des betreurden kunstenaars in.

- Eug. Verboeckhoven, de nestor onzer nationale schilders, overleden te Brussel in den ouderdom van 82 jaar. - Dezc talentvolle kunstenaar verwierf zich, vooral als dierenschilder, eene wereldberoemdheid. Iedereen kent zijne indrukwekkende schilderij ‘Trein door de wolven aangerand’ die zich in de galerij des Konings bevindt, en zijne ‘Schapen door het onweder verrast,’ een der puikstukken van het Modern Museüm tc Brussel.

In 1836 gaf hij eene verzameling portretten uit: Galerij der der schilders van de vlaamsche en hollandsche scholen, en in 1839, twee-en-twintig sterkwaker-studiën. Hij laat vele kostelijke schilderijen na en vele studiën.

Eug. Verboeckhoven heeft Duitschland, Holland, Frankrijk en Italie doorreisd. Hij was eerelid van de academiën van schoone kunsten van Amsterdam, Gent en Antwerpen, lid van de belgische academie, commandeur der Leopoldsorde, gedecoreerd met het IJzeren Kruis en ridder van het Eere-Legioen.

Men zegt dat door een liefhebber 1,500,000 fr. voor Verboeckhoven's nagelaten schilderijen en teekeningen werd geboden.

- Jaak Lemmens, beroemde Belgische organist en verdienstelijk toondichter, overleden te Semst, bij Mechelen. - De heer Lemmens werd in 1823 te Zoerle-Parwys (Antwerpen) geboren. Hij was de echtgenoot der beroemde kunstzangeres Mevr. Lemmens-Sherrington.

- Frederik Muller, beroemde oudheidskenner, op 63jarigen leeftijd te Amsterdam overleden. - Nederland verliest in hem een zijner geleerdste bibliofilen.