vooruitgang in het zicht houden en in betrekking worden gebracht met de hulpmiddelen, de noodwendigheid en den smaak onzer eeuw, om derwijze eenen oorspronkelijken nieuw-Nederlandschen stijl te scheppen, welken zich in dit voorstel ontleedt: De school voortzetten, dat is aan de moderne opgaven de aestetische bij uitstek nationale gedachten toepassen der oude Vlaamsche Bouwmeesters?
***
Des namiddags om 2 uren had de algemeene vergadering plaats in tegenwoordigheid van den heer Baron Gericke van Herwijnen, gezant van Nederland. Na een paar mededeelingen der Afdeelingen wordt hot woord verleend aan den heer Arthur Cornette (Antwerpen), die in eene sierlijke rede zijn voorstel ontwikkelt tot het inrichten eener bijzondere Congresafdeeling voor het behandelen van alle vraagstukken van stoffelijken aard, dio in 't belang zijn tevens van Noord - en Zuid-Nederland. Dit voorstel dat, van den beginne van het Congres af, de nieuwsgierigheid veler leden had gaande gemaakt, deed eenen storm losbreken, zooals een congres er zelden zag. Schier al de leden spraken verward door elkander, het zij om het voorstel bij te stemmen, 't zij om het af te keuren. Enkelen slechts waaronder de heeren Beets, de Jonge, Franquinet, ten Brink, Heremans, Scherpenseel, Sleeckx, konden zich doen hooren, waarna, bij eene stemming die niet zonder harde en o.i. welverdiende protestaties afliep, het voorstel naar eene commissie werd verzonden. Daarvan maakten deel de heeren Cornette, de Jonge, Pyls, Franquinet, Michiels, van Oojen en Levy: 's Anderendaags zou deze haar verslag uitbrengen.
De heer Jacobson stelde voor tot afwisseling den heer Dr Hansen (Antwerpen) te verzoeken zijn opgegeven gedicht: Aan Dietschland voor te dragen; maar de vergadering stemde liever het voorstel van den heer De Jonge bij, om de zitting te sluiten.
Des avonds vereenigden zich de Congressanten in den fraai verlichten tuin van het Waux-hall (Park), waar het orkest