zagen we de portretten van eenige componisten zooals J.W. Wilms, J.G. Bertelmans, J.J. Viotta, J.B. Van Bree en Frans Hansen, eene klok gegoten door F. en P. Hemony en een viool en violoncel vervaardigd door H. Jacobz. (XVIIde eeuw). De Amsterdamsche Schilder- en Graveerkunst prijkte met de portretten van Rembrandt, F. Bol, Van der Helst, Van der Does, A. Van de Velde, Houbraken, J. Goeree en meer andere. De Bouwkunst, de Beeldhouwkunst en Drijfkunst herinnerden ons aan Jacob Van Campen, Vinckenbrinck, de Antwerpsche Artus Quellien, Paul Van Vianen, Roijer, enz. Ja zelfs voor de schrijfkunst en de thans geheel verdwenen knipkunst, was eene plaats ingeruimd.
De tiende afdeeling gaf ons een denkbeeld van de zeden en gewoonten. Vier vertrekken waren daartoe met uitstekenden kunstsmaak door den heer P.J.H- Cuypers gemeubeld. Deze stelden voor een huiskamer, slaapvertrek en keuken uit de 17de eeuw, en eene kamer uit de 18de eeuw; verder zag men er verzamelingen van huisraad, keukengereedschap, kinderspeelgoed, almanakken, straatliedjes, dagbladen waarbij de Gazeta de Amsterdam in het spaansch gedrukt (1678,) ten behoeve der spaansche en portugeesche Joden. Ook waren er collectiên van familiewapens, mans- en vrouwenkostumes, en eene menigte andere belangwekkende dingen. De elfde en laatste afdeeling behelsde voorwerpen die op groote historische gebeurtenissen betrekking hadden. Onder eenige merkwaardige Archieven der stad Amsterdam lag de giftbrief van Graaf Floris V. gedagteek end van 27 October 1275, waarbij hij aan de lieden, wonende bij den amstelerdam, de vrijheid verleent, om hunne goederen tolvrij door zijn gansche land te voeren. Ook zag men orden giftbrief van Maximiliaan, waarbij hij in 1489, de stad Amsterdam vergunning geeft om ten eeuwigen dage de kroon van het roomsche rijk boven haar wapen te voeren. Portretten, teekeningen, gravuren, gedenkpeningen en spotprenten geven een denkbeeld van al de merkwaardige gebeurtenissen der stad. Ziedaar dan eene ruwe schets van die zoo belangrijke historische tentoonstelling eener groote wereldstad. Onnoodig te zeggen dat ik daarvan slechts een oppervlakkig denkbeeld heb kunnen geven.