De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 6
(1876)– [tijdschrift] Vlaamsche Kunstbode, De– Auteursrechtvrij
[pagina 124]
| |
De Kerkmuziek in Antwerpen.De Duitsche Kerkmuziek.I.In haar geheel genomen, is de Duitsche school stellig eene der schoonste van Europa; maar ongelukkiglijk is 't niet op die wijze dat een kunstcritieker, die uitsluitelijk handelt over de voor den catholijken eeredienst bestemde muziek, deze school kan voorstellen. De scheuring, welke Luther omtrent het midden der XVIe eeuw in den christenen godsdienst bewerken kon, moest er noodzakelijk ook eene doen ontstaan tusschen de toondichters in Duitschland. Heeft nu de Duitsche muziekschool veel opgeleverd voor den catholijken godsdienst? Ziedaar eene vraag die ik in 't kort wil behandelen voor de lezers van de Vlaamsche Kunstbode, wien ik dank verschuldigd ben voor hunne belangstelling in mijne studie over de Kerkmuziek. Mocht ik daardoor den overdreven geestdrift van eenigen, voor de missen en andere opgewijde texten vervaardigde gewrochten der groote duitsche meesters van de XVIIIe eeuw, ietwat doen verkoelen, zoo zou ik mij bovenmate beloond achten. Men weet genoeg dat diegenen welke het Roomsch geloof getrouw bleven, het geringste getal uitmaakten. Om die reden ligt het voor 't oogenblik buiten het gebied mijner verhandeling, hier te spreken over kunstenaars zooals Bodenschatz, Dietrich, Paminger, Scheidt; of ter uitvoering de werken aantebevelen van een Gumpeltzhaimer, een Lindner, een Utenthal, een Meiland; zelfs de produkten aantehalen van Herrerius, Breitengasser, Lechner, Lucacih, Johann Rasch, Georg Otto en Klemens Stephan, allen verdienstelijke toondichters, waarvan eenigen de hervorming van Luther omhelsden en anderen weinig of niets schreven voor den katholijken eeredienst. | |
[pagina 125]
| |
Heinrich Isaac, de nestor der catholijke Duitsclie school, leefde gedurende de XVe eeuw, was kapelmeester te Florentiën en toondichter aan het hof van Keizer Maximiliaan I. Isaac was stellig een man van groot vernuft. Hij liet ontelbare werken voor de kerk na, waaronder ik bijzonderlijk vermelden wil zijne Introïtussen, Missen en Gradualen, benevens zijne Psalmen, Sequentiën, Motetten en Diensten voor het geheele jaar, werken die, volgens 's mans biographen, zich allen door hunne strenge, grootsche opvatting kenschetsen, en evenzeer door veel waarheid en kracht van uitdrukking, hoedanigheden die men maar zelden in de werken der XVe eeuw ontmoet. Een zijner waardigste opvolgers gedurende de volgende eeuw, was Stephan Mahu, zanger der kapel van keizer Ferdinand I. Hij toondichtte twee Magnificat's, Motetten en allerschoonste Lamentatiën. Mahu werd een der beroemdste componisten van Europa, en verdient als een der stichters van de Duitsche school te worden aanzien. Onder de tijdgenoten van Mahu, noemen wij Senfl en Stolzer. Ludwig Senfl, leerling van Isaac, was aan het Hof van Beijeren, als toondichter gehecht. Zijne Motetten, Missen, Voorzangen, zijn de Profundis, zijn Miserere en andere kerkstukken, verdienen ten volle de groote vermaardheid, welke Senfl's werken nog hedendaags in Duitschland genieten. Thomas Stolzer, kapelmeester van koning Lodewijk van Hongariën en toondichter van groote verdienste, is schrijver van Vespers, Officiën, Lofzangen en twee boeken Psalmen. Voor de tweede helft der XVIe eeuw, heb ik, onder vele anderen, uitgekozen: Aichinger, Kapsberger, Hassler, Handl, Stadlmayer, Reiner, Nucius en Praetorius. De priester-organist, Gregorius Aichinger, verliet zijn vaderland om zich te Rome in zijne kunst te volmaken. Hij schreef Voorzangen, verscheidene Magnificat's, Sacroe Cantiones, Lofzangen, Missen, Motetten, Vespers, Litaniën en Officiën voor het geheele jaar. | |
[pagina 126]
| |
Johann-Hieronimus Kapsperger, vermaard toondichter uit eenen adelijken stam van Duitschland gesproten, vestigde zich, evenals zijn landgenoot Aichinger, in Rome, en schreef er Missen en Motetten in den stijl der Venetiaansche school, welke hij voornamelijk had doorgrond. Een der doorluchtigste duitsche organisten-toondichters der XVIe eeuw, was Johann-Leo Hassler, welke onder de leiding van Gabrieli het Contrapunt bestudeerde en zich nooit de moeite spaarde de werken van Palestrina te herlezen en te doorgronden. Door keizer Rudolf II, die hem hoogachtte en zijne verdiensten naar waarde wist te schatten, werd Hassler tot den adel verheven. Men heeft van hem acht Missen, verscheidene Psalmen en Motetten voor het geheele jaar. Jacob Handl, bijgenaamd Gallus, - dien men niet moet verwarren met Händel, den beroemden schrijver van oratorio's, welke in de XVIIIe eeuw leefde, - was een kunstenaar van groote verdiensten. Eerst was hij in dienst des bisschops van Olmutz en later kapelmeester aan het keizerlijk hof. Handl schreef voor de kerk Motetten, Cantiones Sacroe en vrij merkwaardige Missen. Johann Staldmayer, kapelmeester van keizer Rudolf II en der groothertogin van Toscanen, toondichtte verscheidene Magnificat's, alsook Missen op Gregoriaansche zangen, Psalmen, Lofzangen en een Miserere. Van den benediktijner-monik, Jacob Reiner, kapelmeester der abdij van Weingarten, kent men Psalmen van boetvaardigheid, Missen, Voorzangen, een Magnificat en Motetten. De geleerde abt van het klooster Himmelwitz, Friedrich-Johann Nucius, dictactisch schrijver en verdienstelijk toondichter, vervaardigde verscheidene Lofzangen, Psalmen en Motetten. De laatste kunstenaar voor ons overzicht der XVIde eeuw zal wezen Hieronimus Praetorius, de geleerde organist der Sint-Jacobskerk te Hamburg. Hij was het hoofd van eene talrijke rij toondichters zijner familie, en | |
[pagina 127]
| |
schreef Voorzangen, Magnificat's, Motetten voor alle de feestdagen des jaars en een boek Missen. Ook gedurende de XVIIe eeuw waren de catholijke duitsche toondichters niet talrijk: voor dit tijdvak zie ik mij nogmaals, om bovenvermelde reden, genoopt stilzwijgend toonkunstenaars voorbij te gaan als Ruschardus, Pfendner, Staden, Pfleger, Schwartzkopf en Reiner. Men zou mij misschien kunnen tegenwerpen dat sommige dier kunstenaars nogtans Missen en Motetten geschreven hebben, op de door de catholijke kerk aangenomen gewijde texten: ik onken zulks niet, doch deel de zienswijze niet dergenen die denken en staande houden dat het onverschillig is, of de in de catholijke tempels uitgevoerde muziek het werk zij van een' catholijk, een' protestant of een' jood. Neen, ik geloof niet, dat er daarin, als kunstopvatting, geen onderscheid zou bestaan, en het voldoende zijn moet dat die werken op latijnschen tekst zijn bewerkt, opdat de Kerk die zou aannemen om ze onder de ruime gewelven harer tempels te doen weergalmen. Maar waren er dan in de XVIIde eeuw geene Duitsche toondichters, die tot de roomsche kerk behoorden? Ja wel; maar zoo als ik hooger zegde, deze waren in klein getal: ik zal mij vergenoegen, de geleerdsten en beroemdsten onder hen aantehalen. Vooreerst Andreas Hammerschmidt, een in de eerste helft der XVIIde eeuw zeer vermaard toondichter-organist. Men kent van hem zeventien Missen, geschreven in dien eenvoudigen, maar tevens zeer verheven stijl, welke al de muziek diens grooten kunstenaars kenmerkt. Christoph Stadzl, tijdgenoot des voorgaanden en muziekbestuurder in een klooster van Tyrol, schreef Psalmen, Motetten en dertien Missen. Een leerling van Carissimi, die kapelm eester aan het Hof van Beijeren en organist der Sint-Stephanus-kerk in de hoofdstad van Oostenrijk werd, Johann-Kasper De Kerl was mede een der grootste toondichters zijner eeuw. Hij | |
[pagina 128]
| |
liet een tiental Missen, een Magnificat en een aantal in den stijl der goede Italiaansche School bewerkte Motetten achter. De grootste echter onder hen was Johann-Josef Fux, de vermaarde schrijver van den Gradus ad Parnassum. Fux was kapelmeester en toondichter aan het Hof en in de hoofdkerk van Weenen. Door zijne didactische werken, waaronder één over de toonaarden van den Koorzang, en evenzeer door zijne meesterlijke muziekgewrochten, verwierf hij zich eene overgroote befaamdheid van wetenschap en vruchtbaarheid. Hij schreef niet minder dan zeven-en-vijftig Missen waaronder eenige van Requiem, zeven-en-vijftig Psalmen en een Magnificat, vier-en-veertig Litaniën en Motetten, twaalf Gradualen, veertien Offertorium's en honderd-en-zes Lofzangen. Zijne godsdienstige muziek is bewerkt volgens de groote overleveringen der Italiaansche School en bijzonderlijk in de manier alla Palestrina, waarvan Fux zich altijd een groot bewonderaar toonde. Het zal niet zonder belang voor mijne lezers zijn, te vernemen wat die groote kunstenaar over dit onderwerp, aan keizer Karel VI, in de opdracht zijner beroemde Missa Canonica nederschreef: ‘Ich habe es für meine Pflicht gehalten,’ schreef Fux, diese ruhmreiche Kunst von der unbegründeten Meinung einiger zu befreien, welche behaupten, im Laufe der Zeit habe sich das Wesen der alten Musik so verringert, dass sich nach und nach selbst der Begriff derselben verloren habe und uns nichts mehr als der Schatten ihres Namens geblieben sei, den die moderne Musik eingenommen hat... Ich schmeichle mir, Eure Majestät werden in dieser Messe erkennen, dass die alte Musik noch nicht gänzlich verschwunden, und dass uns darin sogar ein Gewinn erwachsen ist, der durch Nachdenken und Forschen gepflegt bewirken kann, dass der Geschmack und die Würde derselben noch fortlebend erscheine. Das ist immer mein Ziel gewesen, und mein geringes Talent hat zum alleinigen Ende, das zu erhalten, was von alter Musik uns noch übrig blieb, all | |
[pagina 129]
| |
ihm mögliche Kraft zusammengenommen, in der Hoffnung, durch das Verdienst dieses mühsamen Strebens alle meine übrigen Unvollkommenheiten erträglicher zu machen.’Ga naar voetnoot(1) Van een Capuciener-monik, met name Felix Suavus, gardiaan des kloosters van Strasburg en Insprück, kent men Psalmen, Litaniën, een Magnificat en Motetten. Eindelijk hebben we nog te noemen den priester Michaël Praetorius, geleerd schrijver over de theorie der muziek, en talentvol toondichter. Deze was prior der abdij van Ringelheim en muziekbestuurder van den hertog van Brunswick. Hij schreef voor de catholijke kerk Missen, een Te Deum, verscheidene Magnificat's en een groot aantal Motetten. (Wordt, voortgezet.) Alfons Goovaerts. |
|