Voorwoord.
Op het oogenblik dat ons Maandschrift, welk in zijn 4 jarig bestaan reeds bewijs van levensvatbaarheid gaf, nu zijn 5den jaargang intreedt, mogen wij met welgevallen en met dankbaarheid tevens op de nog steeds toenemende ondersteuning terugzien, die de Vlaamsche Kunstbode bij onze taalgenoten mocht erlangen.
Inderdaad, dat het ons van wege de letterkundigen evenmin als vanwege het publiek aan medewerking ontbrak, bewijst de inhoud dervier reedsin 't licht gezonden boekdeelen. Van onze meest gevierde dichters en prozaschrijvers zijn daarin pennevruchten verschenen. Noemen wij slechts ter loops: Uit Zuidnederland o.a. Mevr. Courtmans, Mevr. Van Ackere, Mevr. David, Mej. Loveling, Conscience, Alph. Vanden Peereboom, Prof. Heremans, Hiel, Benoit, de Burbure, Sleeckx, Blieck, Van Droogenbroek, Dr. Van Oye, Antheunis, Versnaeyen, Meganck, Mr. De Vigne, Luitenant Vande Weghe, Vander Cruyssen, Bogaerd, Devriendt, Dr. Peeters, Dr. Hansen, enz. enz. - Uit Noord-Nederland: Mevr. Van Calcar, Mr. Vosmaer, Dr. Beets, Dr. Heye, Dr. Schaapman, Smit-Kleine, Emants, Muskein, de Berg, De Beer, enz.
Ook een aantal jongere, reeds gunstig bekende letterkundigen hebben in den Kunstbode met vrucht hunne eerste proeven gedaan. Trouwens voor hen wien het niet aanleg, maar wellicht aan gelegenheid om zich bekend te maken ontbreekt, stellen we volgaarne plaats open. Daar wij echter