David Guterson
Geert Lernout
■ David Guterson
David Guterson (∘1956) is wellicht vooral bekend omwille van zijn in 1994 gepubliceerde debuutroman Snow Falling on Cedars die hem niet alleen een aantal literaire prijzen opleverde, maar ook een verfilming met Ethan Hawke en een nominatie voor de Oscars. De roman had in elk geval zoveel succes dat de schrijver voortaan van zijn pen kon leven.
Naast een ijzersterk verhaal over een moord, over de Tweede Wereldoorlog en over de discriminatie van Japanse Amerikanen in die oorlog, is dit toch vooral een roman over een heel specifiek landschap, een eilandengroep in de Puget Sound, een grote baai van de Stille Oceaan tussen Vancouver Island (Canada) en Seattle, in de (op één na) meest noordwestelijke Amerikaanse staat Washington. Niet alleen de titel, maar het hele boek ademt deze streek. Het klimaat in dit deel van de Verenigde Staten is voor de meeste Amerikanen veel te vochtig, maar het lijkt heel erg op dat van onze gematigde streken: zachte winters en niet te hete zomers, met heel het jaar door meer regen dan men in de rest van Amerika gewend is.
Tegelijkertijd is de natuur overal: niet alleen liggen de San Juan eilanden, zoals de archipel heet, aan de rand van de grootste oceaan ter wereld, maar van op de eilanden zie je bij mooi weer op het vasteland de top liggen van Mount Baker, een van de reeks vulkanen aan de rand van de oceaan waartoe ook Mount Saint Helens behoort die nog in 1980 uitbarstte. Overal in dit gebied is de natuur uitdrukkelijk aanwezig: van de ceders en de andere enorme naaldbomen waarvoor dit deel van het continent ook vandaag nog bekend is, tot de zee waarin onder meer walvissen, orka's en zee-otters wonen.
Deze eilanden en eilandjes zijn niet door bruggen met elkaar of met het vasteland verbonden: het verkeer gaat via ferries en dit zijn dus nog echt eilanden, die in de zomer wel volop door toeristen bezocht worden, maar die er buiten het seizoen nog uitzien zoals meer dan vijftig jaar geleden, in de tijd van de roman Snow Falling on Cedars.
Het eiland San Pedro uit de roman is het belangrijkste want meest dichtbevolkte eiland van de archipel: op het kaartje dat Guterson behulpzaam in zijn boek laat afdrukken is duidelijk te zien dat zijn fictieve eiland dezelfde contouren heeft als het echte San Juan, met het belangrijkste dorp en de andere herkenningspunten ongeveer op dezelfde plaats. Het leven op het romaneiland ziet eruit zoals het in het midden van de twintigste eeuw echt moet zijn geweest: landelijk en ver van de bewoonde wereld, maar tegelijk via de zee wel heel dicht bij het vijandige Japan. Een visser met Japanse roots wordt beschuldigd van moord en uit het onderzoek komt een geschiedenis te voorschijn van kleindorpse rivaliteit en racisme die sterk in contrast staan met de continuïteit van de natuur.
Iets dergelijks vind je ook in Gutersons Our Lady of the Forest (2003), een roman over een miraculeuze verschijning van Maria in een afgelegen dorp op de flanken van Mount Baker. Het enige probleem is dat de Heilige Maagd verscheen aan een zieke, weggelopen teenager die op zoek was naar paddenstoelen. Het mirakel wordt dankzij het internet kortstondig een sensatie en de toegestroomde nieuwsgierigen zorgen voor nieuwe problemen in het dorpje, vooral voor de lokale priester en de twee eerste volgelingen van de postmoderne Bernadette Soubirous, die allebei zo hun motieven blijken te hebben om een zieneres te volgen die zelf ook op de vlucht is voor haar problemen.
Guterson beschrijft een paar dagen in het leven van zijn zestienjarige hoofdpersonage en in dat van haar eigen drie-eenheid aan volgelingen, maar net zo belangrijk voor deze roman als de persoonlijke drama's is het landschap. Het kleine dorpje wordt voor korte tijd ingenomen door een groep op sensatie beluste gelovigen die allemaal hun redenen hebben om de Heilige Maagd te komen aanbidden: men zegt over de Amerikaanse Westkust (niet geheel ten onrechte) dat zwervers en waanzinnigen in de Verenigde Staten altijd naar het westen trokken, tot ze aan de Stille Oceaan niet verder konden. Na de dood van de zieneres wordt het dorpje stilaan terug wat het ooit geweest was: een punt op de kaart van Washington, ergens tussen nergens en nergens: één van de drie wegen die net boven de stad samenkomen, loopt dood op de flanken van Mount Baker, een andere leidt je recht naar Canada. Dit is een plaats waar mensen even halt houden, maar waar geen enkele reden meer is om er langer dan een paar dagen te blijven. Behalve misschien de paddenstoelen, die nog altijd diep in het woud te vinden zijn, voor iedereen die weet waar je ze moet gaan zoeken.
Net zoals in Snow on Cedars speelt het landschap een belangrijke rol in de roman: het gematigde regenwoud dat zich traag herstelt van de enorme ontbossing in de negentiende en twintigste eeuw. Die ontbossing zorgde voor arbeid en dus de noodzaak voor een dorpje, maar die