Lege doos
Strikt genomen is het complex dus niet veel meer dan een lege doos. Ook de architecturale waarde van de site is bescheiden en de huidige omgeving herinnert nauwelijks nog aan de oorspronkelijke context. Alleen de authentieke locatie en de bakstenen ruwbouw van deze vertrekhallen leggen de link met de plek waar de migrantenstroom doorheen trok. Op deze plaats namen een paar miljoen mensen inderdaad afscheid van de oude wereld en volgden hun droom richting Amerika. Maar voor de meesten was Antwerpen slechts een kleine tussenstop in een lange en avontuurlijke reis die hen vanuit hun Oost-Europese thuisland naar de VS en Canada zou brengen. Bij de interpretatie van deze migratiegeschiedenis moeten we ervoor waken de emotionele gelaagdheid van de plek niet te overschatten. Antwerpen was niet meer dan een doorgangsstation dat de landverhuizers zo snel mogelijk achter zich wilden laten. Vooral het transitkarakter van deze plaats zal in het nieuwe museumconcept dan ook doorklinken: de slogan ‘People on the Move’, die in juni 2010 bij de symbolische eerstesteenlegging van het restauratieproject gelanceerd werd, tekent het efemere aspect van dit voormalige migratiestation. Het essentiële perspectief van het museumverhaal is dat van transmigratie, zo luidt het.
Om de onderkomen gebouwen tot een aantrekkelijk museum uit te bouwen is een visie nodig, een waardevolle museumcollectie, een wervend beleid en een behoorlijk budget. De investeringskost voor het project, met inbegrip van de aankoop van het gebouw en de realisatie van de vaste tentoonstelling, werd op 17 miljoen euro geraamd waarvan de stad Antwerpen twee derde voor haar rekening neemt. De Vlaamse gemeenschap droeg bij tot de aankoop van het gebouw en - in cofinanciering met de provincie Antwerpen - tot een gefaseerde restauratietoelage. De internationale maritieme groep CMB tekende voor een sponsoring van 2,5 miljoen euro.
In een eerste fase moest men de gebouwen ontmantelen, funderingswerken doorvoeren, muren beschermen tegen opstijgend vocht en een kelderniveau toevoegen. Een tweede fase betreft de restauratie van de bovengrondse structuren. Stalen versterkingen worden in de dakstructuur verwerkt en de buitenwerkzaamheden omvatten het vervangen van beschadigde vensters en van de dakbedekking. In plaats van de vroegere schoorsteen wil men een 26 meter hoge uitkijktoren bouwen zodat de bezoekers, net als de migranten vóór hen, een blik kunnen werpen op de kaaien en de Scheldebocht. Doorheen het hele proces hoopt men de historische elementen te behouden of te herstellen en ontbrekende componenten alleen te reconstrueren als er voldoende informatie voorhanden is. Als gedenkplaats wil men zoveel mogelijk die sleutelelementen restaureren die wezenlijk deel uitmaakten van de ervaring van de emigranten: originele muren, trappen, ramen en deuren. Of met dit geraamde budget ook de verdere inrichting van de site tot op een volwaardig museumniveau mogelijk is moet in de toekomst blijken.