Centraal staat een geabstraheerde middeleeuwse krijger en attributen als boeken, pen en inktpot.
De Kempische literatuur-historicus en essayist August Keersmaekers liet Peter Bekaert inspiratie zoeken in de oude spreuk ‘in de boecken salment soecken in der minnen salment vinnen’.
De Antwerpse toneelauteur en journalist Lode Krinkels, hoofdredacteur van het satirische weekblad Tybaert de Kater, liet een kat afbeelden die boven op een groot oud boek tegen een muis zit aan te kijken.
Publicist en radioman Jan Lambin liet kunstenaar André Gastmans inspiratie zoeken in zijn beroepswereld. Centraal staat een bandopnemer, waarboven het devies ‘'t woord getrouw’.
Graficus Victor Delhez vervaardigde voor kunsthistoricus en schrijver Jozef Muls een geheel waarin de pelgrim centraal staat, met de Sint-Jacobsschelpen in een wapenschild.
Schrijver en uitgever Lode Opdebeek klopte aan bij Edward Pellens. Onder het devies
Afbeelding 33
Julius de Praetere voor Frank Lateur (Stijn Streuvels), cliché (AMVC)
Afbeelding 34
Kimberley de la Marche voor Jef Geeraerts, met verwijzing naar zijn werk, CGD, 2005 (IEC)
‘Op de beek recht naar zee’ staat een man rechtop in een bootje vol boeken, terwijl hij zijn vaartuig op de kronkelende rivier richting geeft.
Luc De Jaegher zocht voor Fernand Pauwels-Van Severen (pseudoniem Marnix van Gavere) inspiratie in de familienaam. Een pauw spreidt zijn veren, waarbij tevens een boek openslaat.
Ger Schmook sr., bibliothecaris en literatuur-historicus, gaf aan zijn vriend Anton Herckenrath een opdracht voor een exlibris dat zijn interesses en wetenschappelijke belangstelling onder de aandacht bracht: het poppentheater, het kinder- en jeugdboek, Teun den Eierboer, de geschiedenis van het boek enz.
De Kempische schrijver Remi Sterkens woonde op de buiten in villa De Beuk. Heel keurig staan dan ook de villa en de beuk afgebeeld.
Stijn Streuvels had een grote bibliotheek, maar gebruikte slechts twee exlibris. Rond 1900 vervaardigde de bekende Latemse drukker Julius de Praetere voor hem een ‘Ex-Libris Frank Lateur’, met centraal een boom met een Maria-kapelletje (afb. 33). Later nam Streuvels een exlibris in gebruik waarop onder meer een rij boeken centraal staat, onder de kenspreuk die Streuvels naarstig tot de zijne maakte: ‘Nulla dies sine linea’.
Isidoor Teirlinck, volkskundige en romanschrijver, vader van Herman, koos een molen met de spreuk: ‘Met de winden draei ic - Met de seijlen swaei ic - Op een teirlinck stae ic’.
Dichter en minderbroeder Hilarion Thans koos voor een pater, zittend op een stapel boeken, met een papier in de hand, waarop we lezen ‘Het schoonste moment van 't leven is thans’.
Dichteres Julia Tulkens gaf een opdracht aan Luc De Jaegher. Uit de golven stijgt de muze op. Aan haar voeten ligt de dichterlijke lier.
Jeugdschrijver Leo van Tichelen verkoos het silhouet van de Antwerpse kathedraal met op de voorgrond een opengeslagen boek naast een inktpot met ganzenveer. Vooraan hangt een grote klok waarop - merkwaardig genoeg - zijn pseudoniem, Leo Roelants.
Dichter René Verbeeck gaf een opdracht aan André Gastmans. Centraal staat een boek, waarop niet exlibris, maar ‘Ex poeticis’!
De Antwerpse schrijvende smid Lodewijk Verhees klopte aan bij Edmond van Offel. Een gespierde jongeling houdt een partij smeedwerk in de hand. Boven zijn hoofd hangt dreigend een hamer. Geen exlibrisvermelding hier, maar wel de volgende tekst: ‘Dit boek hoort toe aan Lodew. Verhees’.
Een tweede (minder omvangrijke) reeks bestaat uit portretexlibrissen, tot stand gekomen na een opdracht door een enthousiaste lezer of verzamelaar die op deze wijze eer betuigt aan zijn geliefkoosde schrijver.
Frank-Ivo van Damme tekende in opdracht van Gil Beumont het portret van Anton van Wilderode. Dezelfde kunstenaar maakte voor Karel Boeckx het portret van Ernest Claes.
Gerard Gaudaen maakte voor Herman Walgrave het portret van Louis Paul Boon.
André Gastmans beeldde voor Lierenaar Leo Arras Felix Timmermans af. Timmermans werd wel vaker geportretteerd. Zo o.m. door Eddy Ausloos, Wim Braspennincx en Albessart.
De Lierse verzamelaar Jos de Belder gaf Jan Meeus de opdracht voor de portretten van Anton Bergmann en Jan Frans Willems.
Exlibriskenner en verzamelaar Luc Van den Briele gaf Herwig Pauwels én Gerard Gaudaen (afb. 26) de opdracht een portret van Hugo Claus te maken.
Het gaat hier slechts om een keuze uit een grotere reeks. Duidelijk is dat dit soort opdrachten nog steeds wordt gegeven.
Bij de vorige reeks ging het uitsluitend om schrijversportretten. De derde groep is niet zo strak afgebakend als de tweede. De ‘fan’-exlibrissen roepen een beeld of een thema op uit het werk van een schrijver, of ze behelzen een concreet werk in zijn geheel. In een aantal gevallen wordt een algemene literaire sfeer opgeroepen, met een pen, een inktpot, een lezende figuur.