Stichting en werking
Op 30 oktober 1902 werd een vergadering belegd door Edmond Picard, de grote animator van het literair leven. Er werd een comité gevormd met de schrijvers Octave Maus, Robert Sant en Maurice des Ombiaux, die de statuten van de nieuwe vereniging opstelden. Volgende schrijvers traden toe tot de ‘Association des Ecrivains belges’. Ivan Gilkin, José Perrée, Edmond Glesener, Georges Marlow, Marius Renard, Léopold Rosy, Gaston Heux, Georges Rens, Franz Mahutte, Gustave Vanzijpe, André Ruyters, Henri Maubel, Maurice Wilmotte, Louis Dumont-Wilden, Sander Pierron, Fernand Larcier en Paul André.
De nieuwe vereniging werd een grote steun om de Frans-Belgische schrijvers bij te staan bij het uitgeven en verspreiden van hun boeken. Zullen later toetreden: Georges Rency, Georges Eekhoud, Georges Virrès (burgemeester van het Limburgse Lummen), Charles van Lerberghe (schrijver van La Chanson d'Eve), Fontainas, Eugène Demolder (toekomstig schoonzoon van Félicien Rops), Albert Giraud (uit Leuven), Séverin, Verhaeren, Lemonnier, Firmin Van den Bossche (nog een Limburger), Daxhelet, Hubert Krains (uit de streek van Borgworm), Léopold Courouble (beschrijver van het Brusselse volksleven). Blanche Rousseau was het eerste vrouwelijke lid.
Opeenvolgende voorzitters waren Octave Maus, Hubert Krains, Georges Rency (1934-1951), Alex Pasquier (1951-1962), Georges Dopagne (1962-1970), Adrien Jans (1970-1973), Roger Foulon (1973-1994) en France Bastia (sinds 1994). De ‘Association des Ecrivains belges’ publiceerde bloemlezingen met werk van Camille Lemonnier, Georges Rodenbach en Edmond Picard. Later ook van Emile Verhaeren, Octave Pirmez en André Van Hasselt. In 1906 sloten Jules Destrée (minister voor kunst en wetenschap en in die functie stichter van de Académie Royale de langue et littérature françaises) en Jean d'Ardenne (journalist, schuilnaam voor Léon Dommartin) bij de vereniging aan.
In 1931 verscheen voor het eerst een periodiek Bulletin officiel later genoemd Nos Lettres. In 2004 verschijnen tien afleveringen per jaar. Elke maand, meestal op de derde woensdag, organiseert de vereniging een Soirée des lettres belges. Men bespreekt er nieuw verschenen boeken en wijdt een half uur aan elk werk, drie per avond. Ook worden er geregeld literaire prijzen uitgereikt. De jury wordt voorgezeten door Mevrouw France Bastia, echtgenote van Prof. André Goosse, de bekende uitgever van Le Bon Usage. Thans beheert de ‘Association des Ecrivains belges’ het Camille Lemonniermuseum, waar men regelmatig studenten en wetenschappelijke vorsers ontvangt, ook al wie belangstelling heeft. Het schrijvershuis aan de Waversesteenweg is een Brussels onthaalcentrum geworden, waar iedereen met open armen ontvangen wordt, van welke taal of culturele gemeenschap ook. Elk bezoek gaat gepaard met een geïndividualiseerd commentaar, een ware inleiding tot de Franse letterkunde en cultuur uit ons land zonder de horizon te verwaarlozen van de wijde wereld rondom.
Momenteel houdt men meer rekening met de andere culturen uit ons land. Bovendien heeft de nabijheid van de Europese instellingen een nieuw licht geworpen op de Franse letterkunde uit België en er wordt ook meer rekening gehouden met de federalisering van dit land en met het multicultureel karakter van de Brusselse agglomeratie.